Tweede uitgave • Tweede druk
Platformbedieningspaneel
1 Claxonknop
Druk op de claxonknop om de claxon te horen.
Laat de claxonknop los om de claxon te stoppen.
2 Gebruikt voor optionele uitrusting
3 Schakelaar 'secundaire arm op/neer'
Beweeg de schakelaar
omhoog om de secundaire
arm omhoog te brengen.
Beweeg de schakelaar
omlaag om de secundaire
arm neer te laten.
4 Platformnivelleringsschakelaar
Beweeg de platform-
nivelleringsschakelaar
omhoog om het platform
omhoog te brengen.
Beweeg de platform-
nivelleringsschakelaar
omlaag om het platform neer
te laten.
5 Schakelaar 'jib op/neer'
Beweeg de schakelaar
omhoog om de jib omhoog
te brengen. Beweeg de
schakelaar omlaag om de jib
neer te laten.
6 Platformrotatieschakelaar
Beweeg de platform-
rotatieschakelaar naar
rechts om het platform naar
rechts te draaien. Beweeg
de platformrotatieschakelaar
naar links om het platform
naar links te draaien.
7 Z-40/23N RJ: Jib-rotatieschakelaar
Beweeg de jib-
rotatieschakelaar naar
rechts om de jib naar rechts
te bewegen. Beweeg de
jib-rotatieschakelaar naar
links om de jib naar links te
bewegen.
Onderdeelnr. 1258834DU
8 Hulpvoedingschakelaar met afdekklepje
Gebruik de hulpvoeding als de primaire
krachtbron defect is.
Houd de hulpvoedingschakelaar ingeschakeld
en activeer tegelijkertijd de gewenste functie.
9 Indicatielampje 'overbelasting platform'
Een knipperend lampje geeft aan dat het
platform is overbelast en dat geen enkele
functie in werking kan treden. Verwijder gewicht
van het platform tot het lampje uitgaat.
10 Indicatielampje 'machine niet vlak'
Het lampje knippert als het platform omhoog
is gebracht en de machine zich op een steile
helling bevindt. De rijfunctie in een of beide
richtingen werkt niet.
11 Rode noodstopknop
Druk de rode noodstopknop in de stand 'uit'
om alle functies stop te zetten. Trek de rode
noodstopknop uit naar de stand 'aan' om de
machine te bedienen.
12 Proportionele joystick voor rijfunctie en
duimschakelaar voor stuurfunctie
Beweeg de joystick in de richting van de
blauwe pijl op het bedieningspaneel om de
machine vooruit te laten rijden. Beweeg de
joystick in de richting van de gele pijl om de
machine achteruit te laten rijden.
Druk op de linkerzijde van de duimschakelaar
om de machine naar links te sturen. Druk op
de rechterzijde van de duimschakelaar om de
machine naar rechts te sturen.
13 Snelheidscontroller armfuncties
Verdraai de schijf om de snelheid van de
machinefuncties te verhogen of verlagen.
14 Indicatielampje 'rijden ingeschakeld'
Als het lampje brandt, duidt dit aan dat de
arm net voorbij een van beide achterwielen is
gedraaid en de rijfunctie is uitgeschakeld.
Z-40/23N • Z-40/23N RJ
Bedieningshandleiding
Bedieningselementen
19