Beeld- of geluidsproblemen oplossen
Weergeven vanaf een Mac-laptop
Als het bericht "Geen signaal" wordt weergegeven bij het projecteren vanaf
een Mac-laptop, moet u de laptop instellen voor gespiegelde weergave.
(Raadpleeg de handleiding van uw laptop voor details.)
a
Open het hulpprogramma Systeemvoorkeuren en selecteer
Beeldschermen.
Selecteer de optie Beeldscherm of Kleuren-LCD, indien nodig.
b
c
Klik op het tabblad Rangschikken of Rangschikking.
d
Selecteer Schakel synchrone weergave in.
Oplossingen wanneer het bericht "Niet ondersteund"
verschijnt
Als het bericht "Niet ondersteund" wordt weergegeven, probeert u de
volgende oplossingen:
• Controleer of het juiste ingangssignaal is geselecteerd in het menu Signaal
I/O van de projector.
• Controleer of de beeldschermresolutie van de computer niet hoger is dan de
resolutie- en frequentielimieten van de projector. Selecteer indien nodig een
andere beeldschermresolutie voor uw computer.
• Als u projecteert vanaf een HDMI-bron, wijzigt u de instelling HDMI EQ-
instelling in het menu Signaal I/O. Na het wijzigen van de instelling, moet
u de projector mogelijk opnieuw opstarten. Volg de aanwijzingen op het
scherm.
• Als u projecteert met een mediastreaming-apparaat op miniatuurgrootte, zet
u de HDMI EQ-instelling op 1 in het menu Signaal I/O van de projector.
g g Verwante koppelingen
• "Instellingen ingangssignaal - Menu Signaal I/O"
• "Ondersteunde resoluties voor de monitorweergaven"
Oplossingen wanneer alleen een gedeeltelijk beeld
verschijnt
pag.176
pag.237
Probeer de volgende oplossingen als slechts een deel van het computerbeeld
verschijnt:
• Als u projecteert vanaf een computer met een VGA-computerkabel, drukt u
op de afstandsbediening op de knop [Auto] om het beeldsignaal te
optimaliseren.
• Controleer of u de juiste instelling voor Schermtype hebt geselecteerd in het
menu Instelling van de projector voor het scherm dat u gebruikt.
Als er marges zijn tussen de rand van het beeld en het geprojecteerde
schermframe, pas dan de positie van het beeld aan.
• Controleer of de instelling Schaal is uitgeschakeld in het menu Beeld van de
projector (EB‑L255F/EB‑L250F).
• Probeer de beeldpositie aan te passen met de instelling Positie in het menu
Afbeelding van de projector.
Afbeelding > Aanpassing analoog signaal > Positie
s
• Druk op de knop [Aspect] op de afstandsbediening om een andere hoogte-
breedteverhouding van het beeld te selecteren.
• Wijzig de instelling Resolutie in het menu Afbeelding van de projector aan
de hand van het signaal voor de aangesloten apparatuur.
• Als u hebt in- of uitgezoomd op het beeld met de knoppen [E-Zoom], drukt
u op de knop [Default] tot de projector terugkeert naar een originele
beeldgrootte.
• Controleer de beeldscherminstellingen van uw computer om de dubbele
beeldschermweergave uit te schakelen en stel de resolutie in binnen de
limieten van de projector.
• Controleer de resolutie die is toegewezen aan uw presentatiebestanden om
te zien of ze voor een andere resolutie zijn gemaakt.
• Als u projecteert in de modus Inhoudsweergave, zorg dan dat u de juiste
instellingen voor Overlay-effect gebruikt (EB‑L255F/EB‑L250F).
Bewerking > Inhoudsweergave > Overlay-effect
s
• Controleer of u de juiste instellingen voor Projectie hebt geselecteerd in het
menu Installatie van de projector.
218