Antiblokkeerrem- en tractiecontrolesystemen
Aanloopkoppelingregeling (DTC)
WAARSCHUWING: De aanloopkoppelregeling vermindert de
hoeveelheid slip op het achterwiel in sommige rijomstandigheden,
waardoor de veiligheid bij het rijden op bepaalde op oppervlakken
met weinig tractie wordt gemaximaliseerd. De potentieel lagere
vermogensopwekking door de tussenkomst van het
tractiecontrolesysteem in omstandigheden en oppervlakken met
weinig tractie is geen vervanging voor goede rijpraktijken.
WAARSCHUWING : Wanneer de ABS is uitgeschakeld, wordt
ook de DTC uitgeschakeld. De motorfiets werkt als een
motorfiets die niet met ABS en DTC is uitgerust, potentieel met
een grotere stopafstand, slippende banden tijdens het afremmen
en een onvoorspelbare remregeling. Om de ABS te activeren zie
"De ABS in- of uitschakelen", op pagina
WAARSCHUWING : DTC kan de motorrijder niet beschermen
tegen alle mogelijke gevaren op de weg en van het rijden en is
geen vervanging voor goede rijpraktijken. Wees bekend met de
DTC-functie en wat de beperkingen ervan zijn. De motorrijder is
ervoor verantwoordelijk zich aan de verkeerswetten te houden
en naargelang de weersomstandigheden, wegoppervlak en
verkeerssituatie zijn snelheid aan te passen.
WAARSCHUWING : Rij altijd binnen de wettelijke
snelheidslimiet.
Tijdens het afremmen regelt de aanloopkoppelregeling (DTC) de
aanloop op het achterwiel door de hoeveelheid gegenereerd
4.24
4.19.
vermogen te laten toe- of afnemen. Als de wielsnelheidssensoren
melding doen van slip op het achterwiel tijdens het afremmen,
beperkt de DTC-functie automatisch de hoeveelheid aanloopkoppel
om te helpen de tractie op het achterwiel te handhaven.
De DTC is uitgeschakeld wanneer de ABS -indicator
brandt. Wanneer de motorfiets stilstaat en de sleutel
in de ON-positie staat, is het normaal dat de
ABS-waarschuwingsindicator op het dashboard brandt. De
indicator blijft branden totdat het systeem detecteert dat de
snelheid van de motorfiets boven 5 km/h (3 mph) ligt. Daarna
blijft hij OFF totdat de sleutel in de OFF-positie en daarna weer in
de ON-positie gezet wordt.
Let op: Als u een AANGEPAST-rijmodus aanmaakt met de
Off-modus van het ABS -systeem geselecteerd, blijft de
aanloopkoppelregeling uitgeschakeld wanneer het contactslot in
de OFF-positie wordt gezet en weer terug in de ON-positie.