20
Tekst invoeren
Tip: Als u de nummermodus wilt activeren, de tekstvoorspellingsmodus wilt activeren
of uitschakelen of de schrijftaal wilt instellen, kunt u ook # ingedrukt houden en de
gewenste optie selecteren.
Schrijven met traditionele tekstinvoer
1
Druk een of meer keren op een cijfertoets (2-9) totdat het gewenste teken wordt
weergegeven.
2
Voeg het volgende teken in. Als de volgende letter zich op dezelfde toets bevindt
als de huidige, wacht u tot de cursor wordt weergegeven, of verplaatst u de cursor
naar voren.
Welke tekens beschikbaar zijn, hangt af van de geselecteerde schrijftaal.
De cursor verplaatsen
Selecteer
of
Een veelvoorkomend interpunctieteken invoegen
Druk herhaaldelijk op 1.
Een speciaal teken invoegen
Selecteer
en het gewenste teken.
Een spatie invoegen
Druk op 0.
Tekstvoorspelling gebruiken
Schrijven met tekstvoorspelling
Met het ingebouwde woordenboek worden woorden voorgesteld wanneer u de
cijfertoetsen selecteert.
1
Selecteer elke cijfertoets (2-9) eenmaal voor elk teken.
2
Selecteer herhaaldelijk * om het gewenste woord te zoeken.
3
Selecteer
om het woord te bevestigen.
Een ontbrekend woord toevoegen aan het woordenboek
Als ? wordt weergegeven wanneer u een woord invoert met tekstvoorspelling, staat
het woord niet in het woordenboek. U kunt het aan het ingebouwde woordenboek
toevoegen.
1
Selecteer Spellen.
2
Schrijf het woord in met traditionele tekstinvoer.
3
Selecteer Opslaan.
, of tik waar u de cursor wilt plaatsen.