De beeldkwaliteit fijn afstellen
Ongeacht de geselecteerde beeldmodus, u kunt de betreffende instellingen altijd aanpassen aan elk
presenteerdoel. Zodra u het OSD-menu afsluit, worden deze aanpassingen opgeslagen in de actuele
vooraf ingestelde modus.
Aanpassen van Helderheid
Selecteer Helderheid in het menu Beeld -- Basis en pas
de waardes aan door op
afstandsbediening.
Hoe hoger de waarde, hoe helderder het beeld. En hoe
lager de instelling, hoe donkerder het beeld. Stel deze knop
zo in dat de zwarte gedeelten van het beeld echt zwart
worden weergegeven en er nog details zichtbaar zijn in de
donkere gedeelten.
Aanpassen van Contrast
Selecteer Contrast in het menu Beeld -- Basis en pas de
waardes aan door op
afstandsbediening.
Hoe hoger de waarde, hoe groter het contrast. Gebruik
deze optie om het maximale witniveau in te stellen nadat u
eerder de Helderheid hebt ingesteld overeenkomstig de
geselecteerde ingang en de omgeving.
Aanpassen van Kleur
Selecteer Kleur in het menu Beeld -- Basis en pas de waardes aan door op
projector of afstandsbediening.
Een lagere instelling produceert minder verzadigde kleuren. Wanneer u de minimumwaarde instelt,
wordt het beeld zwart-wit. Wanneer de instelling te hoog staat, worden de kleuren op het beeld te fel,
waardoor het beeld onrealistisch wordt.
Aanpassen van Tint
Selecteer Tint en pas de waardes aan door op
Hoe hoger de waarde, hoe roder het beeld. Hoe lager de waarde, hoe groener het beeld.
Deze functie is niet beschikbaar als de Preset Mode ISF Night of ISF Day is.
Aanpassen van Scherpte
Selecteer Scherpte en pas de waardes aan door op
op projector of afstandsbediening te drukken.
Hoe hoger de waarde, hoe scherper het beeld. Hoe lager
de waarde, hoe zachter het beeld.
/
te drukken op projector of
/
te drukken op projector of
/
op projector of afstandsbediening te drukken.
/
Aansluiten van videoapparatuur
30
50
30
50
/
te drukken op
3
5
70
70
7
29