Geavanceerde ontvangstopties
Werken met een tweede toestel
Als u een faxoproep aanneemt op een tweede toestel of op een
extern toestel, kunt u de oproep doorverbinden naar de machine
door de faxontvangstcode in te toetsen. Als u de faxontvangstcode
51
intoetst, zal het faxbericht op uw machine worden ontvangen.
(Raadpleeg Fax Detect (uitsluitend MFC-3220C) op pagina 5-5 of
Raadpleeg Fax Detect (uitsluitend FAX-1820C) op pagina 5-6.)
Als de machine een normaal telefoontje aanneemt en het dubbele
belsignaal geeft, toetst u de code voor het aannemen van de telefoon
#51
in (
) om het telefoontje op een tweede toestel aan te nemen.
(Raadpleeg De F/T-beltijd instellen (alleen in de stand Fax/Tel) op
pagina 5-4.)
Als u een telefoontje aanneemt en u niets hoort, betreft het
hoogstwaarschijnlijk een inkomend faxbericht.
51
Druk op
het LCD-scherm Ontvangst weergeeft, pas dan mag u
ophangen.
Degene die u opbelt moet op zijn of haar machine op Start drukken
om de fax te verzenden.
Uitsluitend voor de stand Fax/Tel
Als de machine in de stand Fax/Tel staat, wordt het dubbele
belsignaal gebruikt om aan te geven dat het een normaal telefoontje
betreft.
Wanneer u bij de machine bent, kunt u de hoorn opnemen om te
antwoorden. (Uitsluitend FAX-modellen).
Neem de hoorn van de externe telefoon van de haak en druk op
Telefoon/Intern
Als u zich bij een tweede of extern toestel bevindt, moet u de hoorn
tijdens het overgaan van de dubbele bel opnemen en tussen twee
dubbele belsignalen in op
toestel is of wanneer iemand u een fax wil sturen, stuurt u het
gesprek terug naar de machine door op
en wacht u tot u het tjirpende geluid hoort of totdat
om de telefoon aan te nemen.
#51
drukken. Wanneer niemand aan het
DE ONTVANGSTSTAND INSTELLEN 5 - 9
51
te drukken.