2. Veiligheid
Voor de veiligheid van het systeem is de gebruiker verplicht een analyse
van de ontstekingsbron door te voeren. De verantwoordelijkheid voor de
zone-indeling ligt bij de manager van de installatie en niet bij de fabri-
kant/leverancier van de bedrijfsmiddelen.
NL
Voor het instrument moet met deze ontstekingsbronnen rekening worden
gehouden:
1. Hete oppervlakken
Het oppervlak van het instrument kan heet worden als gevolg van de
temperatuur van de meetstof. Dit hangt af van de installatiesituatie en
hier moet de gebruiker rekening mee houden.
2. Mechanisch gegenereerde vonken
Mechanisch gegenereerde vonken vormen een potentiële ontste-
kingsbron. Indien de gebruikte materialen een totaal massapercen-
tage van 7,5 % magnesium, titanium en zirkonium overschrijdt, moet
de gebruiker adequate beschermingsmaatregelen nemen.
3. Statische elektriciteit
- Om elektrostatische lading te voorkomen moet het instrument
opgenomen worden in de potentiaalvereffeningsleiding van het
systeem. Dit kan geschieden via de procesverbinding of via andere
adequate maatregelen.
- Het instrument kan optioneel componenten bevatten met een
niet-geleidende oppervlaktecoating of voering. In dergelijke geval-
len moet de gebruiker adequate maatregelen nemen om elektro-
statische lading te voorkomen.
- Metalen componenten van de instrumenten (bijv. tagplates) moeten
tijdens installatie en werking in de potentiaalvereffeningsleiding van
het systeem worden opgenomen.
4. Adiabatische compressie en schokgolven
Bij gasvormige stoffen kan de temperatuur zich verhogen door
compressiewarmte. In zulke gevallen moet evt. de drukveranderings-
snelheid resp. de toegestane meetstoftemperatuur worden geredu-
ceerd.
8
Gebruikshandleiding capsulemanometer, model 63x.50 volgens ATEX