2. Veiligheid
Vakpersoneel
Onder vakpersoneel wordt personeel verstaan dat op grond van techni-
sche training, meetkennis en controletechnologie en van ervaring met en
kennis van specifiek nationale regels, actuele standaards en richtlijnen
NL
in staat is de beschreven werkzaamheden uit te voeren en onafhankelijk
potentiële risico's te herkennen.
2.4 Veiligheidsaanwijzingen voor gebruik in gevaarlijke atmosferen
WAARSCHUWING!
Het niet in acht nemen van deze inhoud en de instructies kan
leiden tot het verlies van explosiebeveiliging.
WAARSCHUWING!
Gebruiksvoorwaarden en veiligheidstechnische gegevens
van de gebruikshandleiding beslist in acht nemen.
▶
Voor gebruik in omgevingstemperaturen onder het vriespunt
van water worden gevulde instrumenten aanbevolen. De
vulling van de behuizing voorkomt de vorming en het bevrie-
zen van condens in de behuizing.
Toegestane omgevingstemperatuur
Type 632.50: -40 ... +60 °C (niet gevuld)
Type 633.50: -20 ... +60 °C (glycerinevulling)
Attentie! Bij gasvormige stoffen kan de temperatuur zich verhogen door
compressiewarmte. In zulke gevallen moet evt. de drukveranderingssnel-
heid resp. de toegestane meetstoftemperatuur worden gereduceerd.
10
Manometers moeten worden geaard via de procesaan-
sluiting.
-40 ... +60 °C (siliconenolievulling)
Gebruikshandleiding capsulemanometer, model 63x.50 volgens ATEX