Inhoudsopgave Veiligheidsinformatie....................15 Algemene informatie....................17 Printerconfiguraties..........................17 Basisfuncties van de scanner......................17 Informatie over de ADF en de glasplaat....................18 Informatie over het bedieningspaneel....................19 Informatie over het beginscherm.......................20 Knoppen op het aanraakscherm gebruiken..................23 Opties installeren......................28 Interne opties installeren........................28 Beschikbare opties ............................. 28 Klep van systeemkaart openen voor installatie van interne opties............. 28 Geheugenkaart installeren .........................
Pagina 4
Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier kiezen................46 Kringlooppapier gebruiken.......................... 46 Richtlijnen voor het afdrukken op briefhoofdpapier................47 Richtlijnen voor het afdrukken op transparanten................48 Richtlijnen voor het afdrukken op enveloppen..................49 Richtlijnen voor het afdrukken op etiketten..................49 Richtlijnen voor het afdrukken op karton...................50 Papier bewaren..........................50 Ondersteunde papierformaten, -soorten en -gewichten..............51 Papierformaten die door de printer worden ondersteund ................
Pagina 5
Meerdere pagina's op één vel kopiëren ..................... 63 Een aangepaste taak maken (taak samenstellen) ..................63 Taakonderbreking..........................64 Informatie op kopieën afdrukken.......................64 De datum en tijd boven aan iedere pagina plaatsen .................. 64 Een overlay-bericht op elke pagina afdrukken ................... 65 Een kopieertaak annuleren.......................65 Een kopieertaak annuleren terwijl het document zich in de ADF bevindt...........
Pagina 6
Afdrukstand ..............................74 Inbinden..............................74 E-mailonderwerp ............................74 E-mailbericht............................... 74 Resolutie..............................74 Verzenden als............................. 74 Inhoud................................. 75 Geavanceerde opties ..........................75 Faxen..........................76 De printer voorbereiden voor faxen....................76 Een faxverbinding kiezen ........................... 76 Een RJ11-adapter gebruiken........................77 De printer rechtstreeks op een telefoonwandcontactdoos aansluiten (Duitsland) ........80 Aansluiten op een telefoon .........................
Pagina 7
Intensiteit ..............................91 Geavanceerde opties ..........................91 Faxkwaliteit verbeteren........................92 Faxen in een wachtrij zetten en doorsturen..................92 Faxen in wachtrij............................92 Een fax doorsturen ............................. 93 Scannen naar een FTP-adres..................94 Scannen naar een FTP-adres......................94 Scannen naar een FTP-adres via het toetsenblok ..................94 Scannen naar een FTP-adres met behulp van een snelkoppelingsnummer ..........
Pagina 8
Afdrukken........................102 Printersoftware installeren.......................102 Een document afdrukken.........................102 Een document afdrukken vanaf een Windows-computer ................. 102 Een document afdrukken vanaf een Macintosh-computer ............... 102 Afdrukken van vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij..........102 Afdruktaken in de wachtstand zetten......................102 Vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij afdrukken via Windows .......... 103 Vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij afdrukken vanaf een Macintosh-computer .....
Pagina 9
Printermenu's......................127 Menuoverzicht..........................127 Supplies, menu..........................128 Menu Paper (Papier)........................129 Menu Standaardbron..........................129 Menu Papierformaat/-soort........................129 Configuratie U-lader, menu ........................131 Menu Ander formaat..........................132 Menu Papierstructuur ..........................132 Menu Papier plaatsen..........................133 Menu Aangepaste soorten ........................134 Menu Aangepaste namen ........................134 Menu Aangepaste ladenamen........................
Pagina 10
Een fotoconductor vervangen........................221 Een tonercartridge vervangen ........................224 Buitenkant van de printer reinigen....................226 De glasplaat reinigen........................227 Lexmark producten hergebruiken....................227 De printer verplaatsen........................228 Voordat u de printer verplaatst ......................... 228 Printer en opties naar andere locatie in het kantoor verplaatsen ............. 228 De printer van de scannerplaat loskoppelen alvorens de printer te verplaatsen........
Pagina 11
Problemen oplossen....................239 Niet-reagerende printer controleren....................239 Klep A sluit niet goed........................239 Problemen met afdrukken oplossen....................240 Meertalige PDF's worden niet afgedrukt ....................240 Display op het bedieningspaneel is leeg of er worden alleen ruitjes weergegeven ......... 240...
Pagina 12
Er wordt een foutbericht over het lezen van het USB-station weergegeven ..........240 Taken worden niet afgedrukt ........................240 Vertrouwelijke en andere taken in de wachtrij worden niet afgedrukt ............241 Het duurt heel lang voordat de taak is afgedrukt..................241 Taak wordt afgedrukt vanuit de verkeerde lade of op het verkeerde papier ..........
Pagina 13
Tekens hebben gekartelde of ongelijkmatige randen................254 Onvolledige afbeeldingen ......................... 254 Donkere strepen ............................254 Grijze achtergrond ............................ 255 Onjuiste marges ............................255 Licht gekleurde streep, witte streep of streep met de verkeerde kleur ............. 255 Gekruld papier ............................256 Onregelmatigheden in de afdruk ......................
Dit product is ontworpen, getest en goedgekeurd volgens de strenge internationale veiligheidsvoorschriften die van toepassing zijn op het gebruik van specifieke Lexmark onderdelen. De veiligheidsvoorzieningen van bepaalde onderdelen zullen niet altijd duidelijk zichtbaar zijn. Lexmark is niet verantwoordelijk voor het gebruik van vervangende onderdelen.
Pagina 16
Dit product maakt gebruik van een aardlekschakelaar. Het wordt aanbevolen de aardlekschakelaar maandelijks te controleren. Let op: Als u geheugenkaarten of optiekaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, dient u eerst de printer uit te zetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact te halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en haal de kabels uit de printer.
Algemene informatie Printerconfiguraties Basismodellen Automatische documentinvoer (ADF) Bedieningspaneel Standaarduitvoerlade Standaardlade voor 520 vel (lade 1) Kast of hoge-capaciteitslader De hoge-capaciteitslader met: Lade voor 520 vel (lade 2) Lade voor 2000 vel met dubbele invoer • 6 - Lade voor 867 vel (lade 3) •...
Informatie over de ADF en de glasplaat Glasplaat Gebruik de ADF (automatische documentinvoer) voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften). U kunt de ADF of de glasplaat gebruiken om documenten te scannen. De ADF gebruiken Met de automatische documentinvoer (ADF) kunt u meerdere pagina's scannen, inclusief dubbelzijdig afgedrukte pagina's.
Informatie over het bedieningspaneel PQRS WXYZ Onderdeel Beschrijving Display Scan-, kopieer-, fax- en afdrukopties en de status- en foutberichten bekijken. Indicatielampje Geeft de printerstatus aan: • Uit - de voeding is uitgeschakeld. • Knippert groen - de printer is bezig met opwarmen, met het verwerken van gegevens of met afdrukken.
Onderdeel Beschrijving Beginscherm Druk op om naar het beginscherm te gaan. Start • Druk op om de huidige taak op het display te starten. • Druk in het beginscherm op om een kopieertaak met de standaardinstellingen te starten. • Deze knop heeft geen functie als het apparaat bezig is met scannen. Stop Hiermee wordt elke activiteit van de printer gestopt.
Pagina 21
Onderdeel van display Beschrijving Kopiëren Hiermee opent u de kopieermenu's. Opmerking: Als het beginscherm wordt weergegeven, kunt u de kopieermenu's ook openen door op een nummer op het toetsenblok te drukken. E-mail Hiermee opent u de e-mailmenu's. Menu's Hiermee opent u de menu's. Deze menu's zijn alleen beschikbaar als de printer in de stand Gereed staat.
Pagina 22
Knop Naam van de knop Functie Taken in wacht zoeken Hiermee kunt u taken zoeken en weergeven op basis van de volgende criteria: • Gebruikersnamen voor in de wacht geplaatste of vertrouwe- lijke afdruktaken • Namen voor taken in wacht, exclusief vertrouwelijke afdruk- taken •...
Knop Naam van de knop Functie Taken annuleren Hiermee wordt het scherm Taken annuleren geopend. In het scherm Taken annuleren worden drie kopjes weergegeven: Afdrukken, Faxen en Netwerk. De volgende items zijn beschikbaar onder de kopjes Afdrukken, Faxen en Netwerk: •...
Pagina 24
Knop Naam van de knop Functie Knop Aflopend naar links bladeren Hiermee kunt u in aflopende volgorde naar een andere waarde bladeren. Knop Oplopend naar rechts bladeren Hiermee kunt u in oplopende volgorde naar een andere waarde bladeren. Knop Pijl naar links Hiermee kunt u naar links bladeren.
Pagina 25
Voorbeeldscherm 2 Knop Naam van de knop Functie Pijl-omlaag Hiermee bladert u omlaag naar het volgende scherm. Pijl-omhoog Hiermee bladert u omhoog naar het volgende scherm. Niet-geselecteerd keuzerondje Dit is een niet-geselecteerd keuzerondje. Het keuzerondje is grijs om aan te geven dat het niet-geselecteerd is. Geselecteerd keuzerondje Dit is een geselecteerd keuzerondje.
Knop Naam van de knop Functie Taken annuleren Hiermee wordt het scherm Taken annuleren geopend. In het scherm Taken annuleren worden drie kopjes weergegeven: Afdrukken, Faxen en Netwerk. De volgende items zijn beschikbaar onder de kopjes Afdrukken, Faxen en Netwerk: •...
Pagina 27
Functies Functie Naam van de functie Beschrijving Menu's Instellingen Kopieerinstel- Menupad Boven in elk menuscherm wordt een lingen Aantal exemplaren pad weergegeven. De functie toont het pad naar het huidige menu en de exacte locatie binnen de menu's. U kunt elk onderstreept woord aanraken om naar het betreffende menu of menu- item terug te gaan.
Opties installeren Interne opties installeren Let op: Als u geheugenkaarten of optiekaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, dient u eerst de printer uit te zetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact te halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en haal de kabels uit de printer.
Trek de klep en systeemkaart voorzichtig uit de printer en verwijder ze. Onderstaande illustratie geeft aan waar de juiste connector te vinden is. Waarschuwing: De elektrische componenten van de systeemkaart raken bij statische elektriciteit gemakkelijk beschadigd. Raak daarom eerst een metalen voorwerp aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.
Een optionele geheugenkaart kan afzonderlijk worden aangeschaft en op de systeemkaart worden bevestigd. U installeert de geheugenkaart als volgt: Open de toegangsklep van de systeemkaart. Pak de geheugenkaart uit. Opmerking: Raak de aansluitpunten aan de rand van de kaart niet aan. Open de vergrendelingen van de connector voor de geheugenkaart.
Houd de kaart aan de zijkanten vast en breng de pinnen aan de onderkant op gelijke hoogte met de uitsparingen in de systeemkaart. Plastic pinnen Metalen pinnen Druk de kaart stevig op zijn plaats. Opmerkingen: • De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart. •...
Pagina 32
Opmerking: U hebt kruiskopschroevendraaier nummer 2 nodig om een interne afdrukserver of een PIC-kaart (Port Interface Card) te installeren. Met een interne afdrukserver kunt u een verbinding maken tussen de printer en het lokale netwerk (LAN). Met een optionele PIC-kaart kunt u de mogelijkheden waarmee de printer verbinding kan maken met een computer of externe afdrukserver, uitbreiden.
De systeemkaart terugplaatsen Waarschuwing: De elektrische componenten van de systeemkaart raken bij statische elektriciteit gemakkelijk beschadigd. Raak daarom eerst een metalen voorwerp aan voordat u de elektrische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt. Opmerking: Hiervoor hebt u een kruiskopschroevendraaier nummer 2 nodig. Plaats de systeemkaart voorzichtig in de printer.
Pagina 34
USB-poort Ethernetpoort Scannerconnector Scannerconnector...
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de laden voor 520, 850 en 1150 vel en de universeellader moet vullen. Hierin vindt u ook informatie over de papierafdrukstand, het instellen van de papiersoort en het papierformaat en het koppelen en ontkoppelen van laden.
Pagina 36
Druk de breedtegeleiders samen, zoals in de afbeelding wordt aangegeven, en schuif de breedtegeleider naar de juiste positie voor het formaat papier dat u wilt plaatsen. Druk de lengtegeleider naar binnen, zoals op de afbeelding wordt aangegeven, en schuif de geleider naar de juiste positie voor het formaat papier dat u plaatst.
Afdrukstand Lange zijde Afdrukstand Korte zijde Zorg ervoor dat de papiergeleiders goed tegen de zijkant van het papier zitten. Lijn de lade uit en plaats deze weer terug. Bij het plaatsen van een ander soort papier dan voorheen moet de instelling Papiersoort voor de lade via het bedieningspaneel worden gewijzigd.
Raak Indienen aan. Raak Menu Configuratie afsluiten aan. Papier plaatsen in de laden voor 867 en 1133 vel Hoewel de laden voor 867 en voor 1133 vel er verschillend uitzien, zijn ze geschikt voor dezelfde papierformaten en -soorten en kunt u het papier er op dezelfde manier in plaatsen. Ga als volgt te werk om papier in een van de laden te plaatsen: Pak de handgreep en open de lade.
Plaats de papierstapel met de aanbevolen afdrukzijde naar boven. Zorg ervoor dat de papiergeleiders goed tegen de zijkant van het papier zitten. Schuif de lade volledig in de printer. Bij het plaatsen van een ander soort papier dan voorheen moet de instelling Papiersoort voor de lade via het bedieningspaneel worden gewijzigd.
Pagina 40
Stapelhoogte-indicator Trek de lade van de universeellader naar beneden. Pak het verlengstuk vast en trek het voorzichtig naar buiten totdat het volledig is uitgetrokken. Zorg dat het papier klaar is om geplaatst te worden. • Buig de vellen enkele malen om ze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak een rechte stapel op een vlakke ondergrond.
Pagina 41
Plaats het papier en pas vervolgens de papiergeleiders aan zodat deze licht tegen de rand van de stapel papier drukken. • Plaats afdrukmateriaal van Letter- of A4-formaat en transparanten met de aanbevolen afdrukzijde naar beneden, waarbij de lange zijde van het papier als eerste in de printer wordt gevoerd. •...
Instellingen voor universeel papier configureren Het papierformaat Universal is een door de gebruiker gedefinieerde instelling waarmee u kunt afdrukken op papierformaten die niet vooraf zijn ingesteld in de printermenu's. Stel het papierformaat voor de betreffende lade in op Universal als het gewenste formaat niet beschikbaar is in het menu Papierformaat. Geef vervolgens alle onderstaande instellingen voor het universele formaat voor uw papier op: •...
Als u een lade wilt ontkoppelen, wijzig dan de volgende lade-instellingen, zodat deze niet overeenkomen met de instellingen van andere laden: • Paper Type (Papiersoort), zoals Plain Paper (Normaal papier), Letterhead (Briefhoofdpapier), Custom Type <x> (Aangepast <x>) De papiersoort omschrijft de eigenschappen van het papier. Als de naam die uw papier het beste omschrijft al aan laden is gekoppeld, wijs dan een andere papiersoortnaam aan de lade toe, zoals Custom Type <x>...
Een aangepaste papiersoortnaam toewijzen Wijs een aangepaste papiersoortnaam aan een lade toe bij het koppelen of ontkoppelen van de lade. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Raak op het bedieningspaneel aan. Raak Menu Papier aan. Raak Papierformaat/-soort aan.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal Richtlijnen voor papier Papierkenmerken De volgende papierkenmerken zijn van invloed op de afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de papierinvoer. Houd rekening met deze kenmerken wanneer u een nieuw type papier overweegt. Gewicht De printer kan automatisch papier met een gewicht van 60 tot 220 g/m met de vezel in lengterichting invoeren.
Kringlooppapier gebruiken Lexmark is een milieubewust bedrijf en stimuleert het gebruik van zakelijk kringlooppapier dat speciaal is geproduceerd voor gebruik in (elektrofotografische) laserprinters. In 1998 heeft Lexmark een onderzoek gepresenteerd aan de Amerikaanse overheid waarin werd aangetoond dat kringlooppapier dat door grote papierfabrieken in Amerika is geproduceerd, net zo goed kan worden ingevoerd door de printer als gewoon papier.
Lexmark test haar printers voortdurend met kringlooppapier (gemaakt van 20 tot 100% hergebruikt materiaal) en verschillende soorten testpapier van over de hele wereld. Daarvoor gebruikt Lexmark klimaatkamers (testruimtes) om te testen bij verschillende temperaturen en vochtigheidsgraden. Lexmark heeft geen enkele reden gevonden om het gebruik van modern zakelijk kringlooppapier af te raden, maar normaal gesproken zijn de volgende richtlijnen van toepassing op kringlooppapier.
Afdrukstand Korte zijde Zonder finisher Bij geïnstalleerde finisher Briefhoofdpapier in de lade voor 867 vel plaatsen Zonder finisher Bij geïnstalleerde finisher Briefhoofdpapier in de lade voor 1133 vel plaatsen Zonder finisher Bij geïnstalleerde finisher Richtlijnen voor het afdrukken op transparanten Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden transparanten aanschaft.
Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden etiketten aanschaft. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide (alleen Engelstalig) voor meer informatie over het afdrukken, de kenmerken en het ontwerp van etiketten. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark, op www.lexmark.com/publications.
• Gebruik etiketten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters. Informeer bij de fabrikant of de leverancier van de etiketten of de lijm, de voorzijde (bedrukbaar materiaal) en de coating bestand zijn tegen temperaturen tot 230 °C en een druk tot 25 psi zonder delaminatie, lekken aan de randen of het vrijkomen van gevaarlijke gassen. Gebruik geen vinyletiketten.
Ondersteunde papierformaten, -soorten en -gewichten In de volgende tabellen vindt u informatie over standaardladen en optionele papierladen en de papiersoorten die de laden ondersteunen. Opmerking: Gebruik voor een papierformaat dat niet in de lijst voorkomt een universeel papierformaat. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor informatie over karton en etiketten. Papierformaten die door de printer worden ondersteund Papierformaat Afmetingen...
Papierformaat Afmetingen Laden voor 520 Hoge-capaci- Universeel- Duplexeenheid vel (standaard of teitslader lader optioneel) DL-envelop 110 x 220 mm De printer kan de papierformaten A5 en Statement niet tegelijkertijd detecteren. Geef in het menu voor automa- tische formaatdetectie op welk papierformaat de printer moet detecteren. Deze instelling geldt voor alle automa- tische laden met uitzondering van de universeellader.
Pagina 53
De standaarduitvoerlade van de finisher en lade 1 ondersteunen papiergewichten van 60–220 g/m . Lade 2 (boekjesmaker) ondersteunt papiergewichten van 60–90 g/m plus een extra omslag van maximaal 220 g/m Papiersoort Horizontale transpor- Standaarduitvoerlade Lade 1 (1500/3000 Uitvoerlade 2 teenheid finisher (500 vel) vel) (300 vel)
Ondersteunde afwerkfuncties Horizontale transporteenheid Standaarduitvoerlade finisher Finisherlade 1 Finisherlade 2 (boekjesmaker) Opmerkingen: • De bovenstaande finisher is de finisher voor boekjes. Lade 2 is alleen beschikbaar als de finisher voor boekjes is geïnstalleerd. • Alle papiercapaciteit is gebaseerd op papier van 75 g/m Horizontale transporteenheid •...
Afwerkfuncties van lade 1 Size (Grootte) Punch (Perfo- Offset (Verschuiven) Single/double Double dual staple staple (Enkel/ (Tweemaal dubbel ratie) dubbel nieten) nieten) Executive Folio JIS B4 JIS B5 Legal Letter Statement Tabloid Universal Enveloppen (alle formaten) Bij universeel papier moet de afwerkrand minimaal 229 mm bedragen voor een drievoudige perforatie en 254 mm voor een viervoudige perforatie.
Pagina 56
Afwerkfuncties van lade 2 Size (Grootte) Bi fold (Tweeledig Booklet fold (Boekje Saddle staple (Rug vouwen) vouwen) nieten) A4 (alleen SEF) Executive Folio JIS B4 JIS B5 Legal Letter (alleen SEF) Statement Tabloid Universal Enveloppen (alle formaten) X SEF: het papier wordt met de korte zijde als eerste geplaatst. De korte zijde van het papier gaat als eerste de printer binnen.
Kopiëren Glasplaat Gebruik de ADF (automatische documentinvoer) voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften). Kopieën maken Snel kopiëren Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Geef de gewenste kopieerinstellingen op. Raak Kopiëren aan. Kopiëren via de glasplaat (flatbed) Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Raak Kopiëren aan op het beginscherm of voer het aantal kopieën in via het toetsenblok. Het scherm Kopiëren wordt weergegeven.
Kopiëren op briefhoofdpapier Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF.
Raak Kopiëren naar aan en raak vervolgens Handmatige invoer aan of de lade met het gewenste soort papier. Raak Kopiëren aan. Een document kopiëren dat verschillende papierformaten bevat Gebruik de ADF om een origineel document te kopiëren dat verschillende papierformaten bevat. Afhankelijk van de papierformaten die in de laden zijn geplaatst en de instellingen "Kopiëren naar"...
Kopiëren op beide zijden van het papier (duplex/dubbelzijdig) Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF.
Raak de knop aan die het beste beschrijft wat u wilt kopiëren: • Tekst: als het origineel hoofdzakelijk bestaat uit tekst of lijnwerk. • Tekst/foto: als het origineel een combinatie van tekst en afbeeldingen of foto's bevat. • Foto: als het origineel een kwalitatief zeer goede foto of afdruk van een inkjetprinter is. •...
Selecteer een van de volgende opties: • Tussen pagina's • Tussen exemplaren • Tussen taken Raak Gereed aan. Raak Kopiëren aan. Meerdere pagina's op één vel kopiëren Om papier te besparen kunt u twee of vier opeenvolgende pagina's van een document met meerdere pagina's op één vel papier kopiëren.
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en met de korte zijde als eerste in de ADF. Pas de papiergeleiders aan. Raak Kopiëren aan op het beginscherm. Raak Opties aan. Raak Aangepaste taak aan. Raak Aan aan. Raak Gereed aan.
Raak Kopiëren aan op het beginscherm. Raak Opties aan. Raak Datum-/tijdstempel aan. Raak Aan aan. Raak Gereed aan. Raak Kopiëren aan. Een overlay-bericht op elke pagina afdrukken Op elke pagina kan een overlay-bericht worden geplaatst. U hebt de keuze uit Dringend, Vertrouwelijk, Kopie en Concept.
Raak Geselecteerde taken verwijderen aan. De resterende pagina's van de afdruktaak worden geannuleerd. Het beginscherm wordt weergegeven. Informatie over de kopieerschermen en -opties Kopiëren van Met deze optie opent u een scherm waarin u het formaat kunt invoeren van de documenten die u gaat kopiëren. •...
Opmerking: Als u een kopie van een kleurenafbeelding wilt maken, zorg dan dat de knop Kleur ook is geselecteerd. Zijden (Duplex) Gebruik deze optie om instellingen voor dubbelzijdig afdrukken te selecteren. U kunt documenten op een of twee zijden afdrukken, dubbelzijdige (duplex) kopieën van dubbelzijdige originelen maken, dubbelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen maken of enkelzijdige (simplex) kopieën van dubbelzijdige originelen maken.
Datum-/tijdstempel Met deze optie wordt de datum en tijd boven aan elke pagina afgedrukt. Overlay Met deze optie maakt u een watermerk (of bericht) dat als overlay over de inhoud van uw document wordt afgedrukt. U hebt de keuze uit: Dringend, Vertrouwelijk, Kopie en Concept. Het woord dat u kiest verschijnt in grote, lichte letters op elke pagina zodat de eigenlijke tekst nog goed leesbaar blijft.
E-mailen Glasplaat Gebruik de ADF (automatische documentinvoer) voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften). U kunt de printer gebruiken om gescande documenten via e-mail naar één of meerdere ontvangers te verzenden. U kunt op vier manieren een e-mail verzenden vanaf de printer.
Klik op E-mailsnelkoppelingen beheren. Vul in alle velden de juiste gegevens in. Klik op Indienen. Een e-mailsnelkoppeling maken Een e-mailsnelkoppeling maken met de Embedded Web Server Open een webbrowser. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk en druk vervolgens op Enter. Klik op Configuratie.
Raak E-mail aan op het beginscherm. Voer het e-mailadres of het snelkoppelingsnummer in. Als u meerdere ontvangers wilt invoeren, drukt u op de optie voor volgend adres. Vervolgens kunt u de e- mailadressen of de snelkoppelingsnummers invoeren die u wilt toevoegen. Raak E-mailen aan.
Typ een e-mailadres. Raak Opties aan. Raak Kleur aan. Raak E-mailen aan. Profielen gebruiken Een e-mailprofiel maken Open een webbrowser. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk en druk vervolgens op Enter. Klik op Configuratie. Klik op Instellingen E-mail/FTP. Klik op E-mailsnelkoppelingen beheren.
Raak Onderwerp aan. Typ het onderwerp van de e-mail. Raak Gereed aan. Raak Bericht aan. Typ een e-mailbericht. Raak Gereed aan. Raak E-mailen aan. Het bestandstype wijzigen voor verzending Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Informatie over e-mailopties Origineel formaat Met deze optie opent u een scherm waarin u het formaat kunt invoeren van de documenten die u per e-mail wilt verzenden. • Raak de knop voor een papierformaat aan om dit te selecteren als de instelling voor Origineel formaat. Het scherm E-mail wordt weergegeven met de nieuwe instelling.
Inhoud Deze optie geeft aan de printer door wat voor soort document het origineel is. U hebt de keuze uit Tekst, Tekst/foto of Foto. Kleur kunt u in- of uitschakelen bij elke optie onder Inhoud. Opties onder Inhoud hebben invloed op de kwaliteit en grootte van uw e-mail.
Faxen Glasplaat Gebruik de ADF (automatische documentinvoer) voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften). De printer voorbereiden voor faxen Mogelijk zijn de volgende verbindingsmethoden niet van toepassing voor alle landen of regio's. Let op: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer.
Apparatuur Voordelen Binnenkomende telefonische berichten en faxen ontvangen. • De printer • Een telefoon • Een antwoordapparaat • Drie telefoonkabels • Faxen verzenden met de computer of de printer. De printer • Een telefoon • Een computermodem • Drie telefoonkabels Een RJ11-adapter gebruiken Land/regio •...
Pagina 78
Als uw telecommunicatieapparaat een Amerikaanse (RJ11-)telefoonlijn gebruikt, dient u de onderstaande stappen te volgen om het apparaat aan te sluiten: Verwijder de plug uit de EXT-poort aan de achterzijde van de printer. Opmerking: Als de plug is verwijderd, werkt land- of regiospecifieke apparatuur die u als adapter op de printer hebt aangesloten niet correct.
Pagina 79
Land/regio • • Saudi-Arabië Israël • • Verenigde Arabische Emiraten Hongarije • • Egypte Polen • • Bulgarije Roemenië • • Tsjechië Rusland • • België Slovenië • • Australië Spanje • • Zuid-Afrika Turkije • Griekenland U sluit als volgt een telefoon, antwoordapparaat of ander telecommunicatieapparaat op de printer aan: Verwijder de plug uit de achterzijde van de printer.
Land/regio • Duitsland • Oostenrijk • Zwitserland Er is een plug geïnstalleerd in de EXT-poort van de printer. Deze plug is noodzakelijk voor de correcte werking van de printer. Opmerking: Verwijder de plug niet. Als u deze wel verwijdert, werkt mogelijk andere telecommunicatieapparatuur in uw huis (zoals telefoons of antwoordapparaten) niet.
Als u dezelfde telefoonlijn voor zowel de fax als de telefoon wilt gebruiken, sluit u een tweede telefoonlijn (niet meegeleverd) aan tussen de telefoon en de F-sleuf van een werkende telefoonwandcontactdoos. Als u dezelfde telefoonlijn wilt gebruiken voor het opnemen van berichten op uw antwoordapparaat, sluit u een tweede telefoonlijn (niet meegeleverd) aan tussen het antwoordapparaat en de andere N-sleuf van de telefoonwandcontactdoos.
Haal de beschermstekker uit de EXT-poort van de printer. Sluit de andere telefoonkabel aan op een telefoon en sluit de kabel vervolgens aan op de EXT-poort van de printer. Aansluiten op een antwoordapparaat Sluit een antwoordapparaat aan op de printer als u binnenkomende telefonische berichten en faxen wilt ontvangen. Opmerking: Welke installatiestappen u precies moet uitvoeren, is afhankelijk van het land of de regio.
Haal de beschermstekker uit de EXT-poort van de printer. Sluit een tweede telefoonkabel aan op de telefoon en het antwoordapparaat. Sluit een derde telefoonkabel aan op het antwoordapparaat en de EXT-poort van de printer. Aansluiten op een computer met een modem Sluit de printer aan op een computer met een modem als u faxen wilt verzenden vanuit de softwaretoepassing.
Pagina 84
Sluit een telefoonkabel aan op de LINE-poort van de printer en sluit de kabel vervolgens aan op een werkende telefoonwandcontactdoos. Haal de beschermstekker uit de EXT-poort van de printer. Sluit een tweede telefoonkabel aan op de telefoon en de computermodem. Sluit een derde telefoonkabel aan op de computermodem en de EXT-poort van de printer.
De naam en het nummer voor uitgaande faxen instellen Op de volgende wijze kunt u de toegewezen faxnaam en het faxnummer op uitgaande faxen afdrukken: Open een webbrowser. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk en druk vervolgens op Enter. Klik op Configuration (Configuratie).
Een fax verzenden Een fax verzenden via het bedieningspaneel Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF.
Klik op Bestemmingen beheren. Opmerking: U wordt mogelijk om een wachtwoord gevraagd. Vraag uw systeembeheerder om een gebruikersnaam en een wachtwoord als u deze nog niet hebt. Klik op Instellingen faxsnelkoppeling. Typ een unieke naam voor de snelkoppeling en geef het faxnummer op. Als u een snelkoppeling voor meerdere nummers wilt maken, dient u de faxnummers voor die groep op te geven.
Raadpleeg het gedeelte over snelkoppelingen in dit hoofdstuk voor meer informatie over het maken van snelkoppelingen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF.
Raak de knop aan die overeenkomt met de door u gewenste resolutie. Raak Faxen aan. Een fax lichter of donkerder maken Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Een faxlog bekijken Open een webbrowser. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk en druk vervolgens op Enter. Klik op Rapporten. Klik op Faxinstellingen. Klik op Faxtaaklog of op Kieslog faxnummers. Een uitgaande fax annuleren Een fax annuleren terwijl de originele documenten nog worden gescand •...
Zijden (Duplex) Deze optie geeft aan de printer door of het origineel eenzijdig (simplex) of dubbelzijdig (duplex) is bedrukt. De scanner weet nu wat er moet worden gescand om te faxen. Resolutie Met deze optie geeft u aan u hoe nauwkeurig de scanner het document bekijkt dat u wilt faxen. Als u een foto, een tekening met fijne lijnen of een document met zeer kleine lettertjes faxt, moet u de instelling Resolutie verhogen.
Faxkwaliteit verbeteren Vraag Wanneer moet ik de modus Tekst gebruiken? • Gebruik de modus Tekst als het behoud van de tekst het belangrijkste doel is van de fax en als het behoud van de afbeeldingen op het origineel van ondergeschikt belang •...
Een fax doorsturen Met deze optie kunt u ontvangen faxen afdrukken en doorsturen naar een faxnummer, e-mailadres, FTP-site of LDSS. Open een webbrowser. Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk en druk vervolgens op Enter. Klik op Configuratie. Klik op Faxinstellingen.
Scannen naar een FTP-adres Glasplaat Gebruik de ADF (automatische documentinvoer) voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften). Met de scanner kunt u documenten rechtstreeks scannen naar een FTP-server (File Transfer Protocol). U kunt per keer slechts één FTP-adres naar de server verzenden.
Scannen naar een FTP-adres met behulp van een snelkoppelingsnummer Raadpleeg het gedeelte over snelkoppelingen in dit hoofdstuk voor meer informatie over het maken van snelkoppelingen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Voer een snelkoppelingsnummer in. Als u een nummer invoert dat al in gebruik is, wordt u gevraagd een ander nummer te kiezen. Klik op Toevoegen. Een snelkoppeling voor een FTP-bestemming maken met het aanraakscherm Raak FTP aan op het beginscherm. Typ het adres van de FTP-site.
Inhoud Deze optie geeft aan de printer door wat voor soort document het origineel is. U hebt de keuze uit Tekst, Tekst/foto of Foto. Kleur kunt u in- of uitschakelen bij elke optie onder Inhoud. Opties onder Inhoud hebben invloed op de kwaliteit en grootte van uw FTP-bestand.
Scannen naar een computer of een apparaat met USB-flashgeheugen Glasplaat Gebruik de ADF (automatische documentinvoer) voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften).
Er is automatisch een snelkoppelingsnummer toegewezen toen u op Submit (Verzenden) klikte. U kunt dit snelkoppelingsnummer gebruiken wanneer u uw documenten gaat scannen. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Bestandsindeling Met deze optie stelt u de bestandsindeling in voor de gescande afbeelding (PDF, TIFF of JPEG). • PDF: uitvoer is één bestand. • TIFF: uitvoer is één bestand. Als u Multipage TIFF uitschakelt in het menu Configuratie, bestaat de uitvoer uit een reeks bestanden van één pagina.
Geavanceerde beeldverwerking Met deze optie kunt u Kleurbalans, Achtergrond verwijderen, Contrast en Schaduwdetail aanpassen voordat u het document scant. • Kleurbalans: hiermee past u de verschuiving van de kleurtoon in de kleuruitvoer aan. Raak aan om de kleurwaarde te vergroten of raak aan om de kleurwaarde te verkleinen.
Afdrukken Dit hoofdstuk gaat over afdrukken, afdrukrapporten en het annuleren van afdruktaken. De keuze en de verwerking van papier en speciaal afdrukmateriaal kunnen de betrouwbaarheid van het afdrukken beïnvloeden. Raadpleeg voor meer informatie "Papierstoringen voorkomen" en "Afdrukmateriaal bewaren". Printersoftware installeren Een printerstuurprogramma is software die zorgt voor de communicatie tussen de computer en de printer.
Soort taak Beschrijving Vertrouwelijk Als u een vertrouwelijke afdruktaak naar de printer verzendt, dient u een PIN-code onder Eigen- schappen te maken. De PIN-code moet bestaan uit vier cijfers van 0 tot en met 9. De afdruktaak wordt vervolgens in het printergeheugen opgeslagen totdat u de PIN-code invoert via het bedie- ningspaneel en aangeeft of u de taak wilt afdrukken of verwijderen.
Tot de ondersteunde bestandstypen behoren: .pdf, .gif, .jpeg, .jpg, .bmp, .png, .tiff, .tif, .pcx, and .dcx. Veel apparaten met USB-flashgeheugen zijn getest en goedgekeurd voor gebruik met de printer. Ga naar de website van Lexmark op www.lexmark.com voor meer informatie.
Pagina 105
Opmerkingen: • Hi-Speed (hoge snelheid) USB-apparaten moeten tevens de full-speed (volle snelheid) standaard ondersteunen. Low-speed (lage snelheid) USB-apparaten worden niet ondersteund. • USB-apparaten moeten het FAT-systeem (File Allocation Tables) gebruiken. Apparaten die zijn geformatteerd met NTFS (New Technology File System) of een ander bestandssysteem worden niet ondersteund. •...
Pagina's met informatie afdrukken Pagina met menu-instellingen afdrukken Druk een pagina met menu-instellingen af om de huidige menu-instellingen te bekijken en te controleren of de printeropties correct zijn geïnstalleerd. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Raak aan op het beginscherm.
Een afdruktaak annuleren U kunt een afdruktaak op verschillende manieren annuleren. In de volgende gedeelten leest u hoe u via het bedieningspaneel of de computer (afhankelijk van het besturingssysteem) een afdruktaak kunt annuleren. Een afdruktaak annuleren via het bedieningspaneel Als de taak wordt geformatteerd of al wordt afgedrukt en op het display Taak annuleren wordt weergegeven, raakt u Taak annuleren aan op het aanraakscherm.
Afdrukken in zwart-wit Stel de printer in op Alleen zwart om alle tekst en afbeeldingen alleen met de zwarte tonercartridge af te drukken. Opmerking: Het printerstuurprogramma kan deze instelling negeren. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Raak aan op het beginscherm.
Gebruik uitsluitend aanbevolen papier of speciaal afdrukmateriaal. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide (alleen Engelstalig) voor meer informatie. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark op www.lexmark.com/publications. • Plaats niet te veel papier. Zorg ervoor dat de stapel niet hoger is dan de aangegeven maximale stapelhoogte.
Pagina 110
Storingsnummer Gebiednaam Instructies 200–203 Klep A Open klep A en verwijder het vastgelopen papier. 230–231 Klep B Open de kleppen A en B en verwijder al het vastgelopen papier. Klep C Open klep C en verwijder het vastgelopen papier. Open lade 1 en verwijder het vastgelopen papier. 242–244 Klep D Open klep D en verwijder het vastgelopen papier.
200–203: papierstoringen Open klep A door de ontgrendelingshendel op te tillen en de klep omlaag te trekken. Let op: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. Trek de groene hendel omhoog, trek het papier omhoog en trek het naar u toe.
Pagina 112
Trek de groene hendel omhoog, trek het papier omhoog en trek het naar u toe. Opmerking: Zorg dat u alle snippers papier eruit haalt. Duw de groene hendel omlaag. Sluit klep A.
Pagina 113
Trek de universeellader omlaag en open vervolgens klep B. Verwijder het vastgelopen papier. Sluit klep B. Raak Doorgaan aan.
241 Papier vast Open klep C. Trek het papier omlaag en naar u toe. Opmerking: Zorg dat u alle snippers papier eruit haalt. Sluit klep C. Open lade 1 en verwijder eventueel verkreukeld papier uit de lade. Sluit de lade. Raak Doorgaan aan.
242–244: papierstoringen Open klep D. Trek het papier omlaag en uit de printer. Opmerking: Zorg dat u alle snippers papier eruit haalt. Sluit klep D.
Pagina 116
Verwijder verkreukeld papier uit de laden 2–4. Open lade 2 en verwijder verkreukeld papier volledig. Sluit lade 2. Open lade 3 en verwijder verkreukeld papier volledig. Sluit lade 3.
Open lade 4 en verwijder verkreukeld papier volledig. Open de binnenklep en verwijder vastgelopen papier volledig. Sluit de binnenklep en sluit vervolgens lade 4. Raak Doorgaan aan. 250: papierstoring Verwijder het papier uit de universeellader. Buig de vellen enkele malen om ze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak een rechte stapel op een vlakke ondergrond.
Plaats het papier in de universeellader. Schuif de papiergeleider naar de binnenkant van de lade totdat de geleider licht tegen de rand van het papier drukt. Raak Doorgaan aan. 280–282: papierstoringen Open klep F. Verwijder het vastgelopen papier. Opmerking: Als het vastgelopen papier aan de rechterkant moeilijk te verwijderen is, dient u de knop naar rechts te draaien.
Sluit klep F. Raak Doorgaan aan. 283–284 en 287–288: papierstoringen Kleppen, knoppen en hendels die zich achter klep G van de finisher bevinden Naam van klep, knop of hendel Klep G1 Klep G2 Knop G3 Klep G4 Klep G7 Knop G8...
Pagina 120
Naam van klep, knop of hendel Hendel G9 Open klep G. Trek beide hendels van klep G1 omhoog en verwijder vastgelopen papier volledig. Duw klep G2 naar rechts en verwijder vastgelopen papier volledig. Opmerking: Als het papier is vastgelopen in de rollen, draait u knop G3 naar links. Duw klep G4 omlaag en verwijder vastgelopen papier volledig.
Til de binnenklep op. Als het papier is vastgelopen in de rollen, draait u knop G8 naar rechts en verwijdert u vervolgens het vastgelopen papier. Sluit klep G. Raak Doorgaan aan. 284–286: papierstoringen Open klep H. Verwijder het vastgelopen papier. Sluit klep H.
289: nietjes vastgelopen Open klep G. Schuif nietapparaat G5 naar de voorkant van de finisher. Trek de hendel omhoog en verwijder de nietcassette.
Pagina 123
Open de klep van het nietapparaat. Verwijder het vastzittende nietje en sluit de klep. Plaats de nietcassette in het bovenste nietapparaat.
Pagina 124
Open de onderste nietlade. Verwijder de nietcassette die op het display is aangegeven. Verwijder de vastzittende nietjes en plaats de nietcassette in het nietapparaat.
Sluit de nietlade. Sluit klep G. Raak Doorgaan aan. 290–295: papierstoringen Verwijder alle originele documenten uit de ADF. Open de klep van de ADF en verwijder vastgelopen papier. Til de velbeschermer omhoog en verwijder vastgelopen papier. Opmerking: Als u het vastgelopen papier niet gemakkelijk kunt verwijderen, draait u het papierdoorvoerwieltje naar links.
Pagina 126
Sluit de klep van de ADF. Open de klep van de scanner en verwijder vastgelopen pagina's. Sluit de klep van de scanner. Raak Doorgaan aan.
Printermenu's Menuoverzicht Er is een aantal menu's beschikbaar waarmee u op eenvoudige wijze printerinstellingen kunt aanpassen. Raak aan in het beginscherm als u de menu's weer wilt geven. Menu Supplies Menu Papier Rapporten Cyaan toner Standaardbron Pagina Menu-instellingen Gele toner Papierformaat/-soort Apparaatstatistieken Magenta toner...
Supplies, menu Menu-item Beschrijving Hiermee kunt u de status van de tonercartridges weergeven. Cyaan, magenta, gele of zwarte toner Laag Vervangen Ontbreekt of defect Niet-onderst. Hiermee kunt u de status van de fotoconductoreenheden Cyaan, magenta, gele of zwarte fc-eenheden weergeven. Bijna op/versleten Vervangen Ontbreekt...
Menu Paper (Papier) Menu Standaardbron Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de standaardpapierbron in voor alle afdruktaken. Standaardbron Lade <x> Opmerkingen: U-lader • In het menu Papier stelt u Configuratie U-lader in op Cassette om U-lader als menu- Handm. invoer pap. instelling weer te geven.
Pagina 130
Menu-item Beschrijving Formaat U-lader Hiermee wordt het papierformaat in de universeellader opgegeven. 11 x 17 Opmerkingen: • In het menu Papier stelt u Configuratie U-lader in op Cassette om U-lader als menu-instelling weer te geven. • "Letter" is de standaardinstelling in de VS. "A4" is de internationale Executive standaardinstelling.
Menu-item Beschrijving Papiersoort handm. invoer Hiermee wordt de papiersoort opgegeven die u handmatig plaatst. Normaal papier Opmerking: "Normaal papier" is de standaardinstelling. Karton Transparant Glossy Etiketten Bankpostpapier Briefhoofdpapier Voorbedrukt papier Gekleurd papier Aangepast <x> Envelopformaat handm. invoer Hiermee wordt het envelopformaat opgegeven dat u handmatig plaatst. 7 3/4-envelop Opmerking: "10-envelop"...
Menu Ander formaat Menu-item Beschrijving Hiermee vervangt u een opgegeven papierformaat als het gewenste papierformaat niet Ander formaat beschikbaar is. Statement/A5 Opmerkingen: Letter/A4 • "Alles in lijst" is de standaardinstelling. Alle beschikbare formaten zijn toegestaan. 11 x 17/A3 • De instelling "Uit" geeft aan dat geen andere formaten zijn toegestaan. Alles in lijst •...
Menu-item Beschrijving Structuur envelop Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van de enveloppen die in een specifieke lade zijn geplaatst. Glad Opmerking: "Normaal" is de standaardinstelling. Normaal Structuur briefhoofd Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van het papier dat in een specifieke lade is geplaatst.
Menu-item Beschrijving Briefhoofdpap. laden Hiermee bepaalt u of alle afdruktaken met "Briefhoofdpapier" als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt. Duplex Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. Voorbedrukt laden Hiermee bepaalt u of alle afdruktaken met "Voorbedrukt papier" als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt. Duplex Opmerking: "Uit"...
Menu Aangepaste ladenamen Menu-item Beschrijving Hier kunt u een aangepast naam opgeven voor de standaardlade. Standaardlade <geen> Uitvoerlade 1 Hier kunt u een aangepaste naam opgeven voor lade 1 <geen> Menu Universal-instelling Met deze menu-items geeft u de hoogte, de breedte en de invoerrichting op voor het universele papierformaat. De instelling voor het universele papierformaat is een door de gebruiker gedefinieerde instelling voor papierformaat.
Lade-instelling, menu Menu-item Beschrijving Hiermee worden de uitvoerladen vastgesteld. Uitvoerlade Standaardlade Opmerking: Standaardlade is de standaardinstelling. Uitvoerlade 1 Uitvoerlade 2 Laden configureren Hiermee geeft u configuratieopties voor uitvoerladen op. Mailbox Opmerkingen: Koppelen • Mailbox is de standaardinstelling. Koppeling optioneel • De lade van de boekjesmaker (lade 2) kan niet aan een andere lade worden Toewijzing soort gekoppeld.
Pagina 137
Menu-item Beschrijving Pag. Netwerkinstellingen Hiermee wordt een rapport afgedrukt met informatie over de instellingen van de netwerkprinter, zoals informatie over het TCP/IP-adres. <none> (<geen>) Opmerkingen: • Dit menu-item wordt alleen weergegeven op netwerkprinters of printers die zijn aangesloten op afdrukservers. •...
Menu Settings (Instellingen) Menu Algemene instellingen Menu-item Beschrijving Hiermee wordt de taal van de tekst op het display ingesteld. Taal op display English Opmerking: Niet alle talen zijn voor alle printers beschikbaar. Français Deutsch Italiano Español Dansk Norsk Nederlands Svenska Português Suomi Russisch...
Pagina 139
Menu-item Beschrijving Toetsenbord Hiermee heeft u toegang tot de accenttekens en symbolen vanaf het toetsenbord op het bedieningspaneel van de printer. Tabblad Accenten/symbolen De beschikbare keuzes voor elke menuoptie zijn: Tabblad Russisch/Pools Tabblad Koreaans Algemene std.instell. Hiermee geeft u de fabrieksinstellingen van de printer op. Internationaal Beginprompts weergeven Hiermee start u een installatiewizard als de printer wordt ingeschakeld.
Pagina 140
Menu-item Beschrijving Achtergrond verwijderen toestaan Hiermee stelt u in of het toegestaan is de achtergrond van een afbeelding te verwijderen tijdens kopiëren, faxen, e-mailen, FTP of scannen naar USB Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. De achtergrond van de afbeelding wordt dan verwijderd. Aangepaste scantaken toestaan Hiermee kunt u meerdere taken naar één bestand scannen.
Pagina 141
Menu-item Beschrijving Time-outs Hiermee kunt instellen na hoeveel minuten inactiviteit het systeem overschakelt op de stand-bymodus. Stand-bymodus Opmerking: De standaardinstelling is "15" minuten. Uitgeschakeld 2–240 Time-outs Hiermee kunt instellen na hoeveel minuten inactiviteit het systeem overschakelt op de spaarstand. Spaarstand Uitgeschakeld Opmerkingen: 2–240...
Pagina 142
Menu-item Beschrijving Afdrukherstel Hiermee krijgt de printer opdracht automatisch door te gaan als bepaalde offlinesituaties niet binnen de opgegeven termijn zijn opgelost. Auto doorgaan Uitgeschakeld Opmerkingen: 5–255 • Uitgeschakeld is de standaardinstelling. • 5–255 is een tijdbereik in seconden. Afdrukherstel Hiermee geeft u op of de printer vastgelopen pagina's opnieuw afdrukt.
Menu Kopieerinstellingen Menu-item Beschrijving Hiermee geeft u het type inhoud van de kopieertaak aan. Inhoud Tekst/foto Opmerkingen: Foto • "Tekst/foto" is de standaardinstelling. U kunt de instelling Tekst/foto Afgedrukte afb. gebruiken als het origineel tekst en afbeeldingen of foto's bevat. Tekst •...
Pagina 144
Menu-item Beschrijving Sorteren Hiermee houdt u de pagina's van een afdruktaak op volgorde als u de taak meerdere malen afdrukt. Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. Perforeren Hiermee kunt u perforeren inschakelen. Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. Nieten Hiermee kunt u nieten inschakelen. Opmerking: "Aan"...
Menu-item Beschrijving Uitvoerlade Hiermee kunt u de uitvoerlade opgeven waarin de kopie wordt uitgevoerd nadat deze is afgedrukt. Standaardlade Uitvoerlade 1 Aantal exemplaren Hiermee geeft u het aantal exemplaren op voor de kopieertaak. <geen> Overlay Hiermee geeft u de overlaytekst op die wordt afgedrukt op elke pagina van de kopieertaak.
Pagina 146
Menu-item Beschrijving Station-ID Hiermee kunt u opgeven hoe de fax wordt aangeduid. Stationsnaam Stationsnummer Handmatig faxen inschakelen Hiermee kunt u de printer zo instellen dat hiermee alleen handmatig kan worden gefaxt. Dit vereist een telefoonlijnsplitter en een telefoonhandset. Opmerkingen: • Gebruik vervolgens een normale telefoon om een binnenkomende faxtaak te beantwoorden en een faxnummer te kiezen.
Faxverzendinstellingen Menu-item Beschrijving Resolutie Hiermee kunt u de kwaliteit in dpi (dots per inch) opgeven. Een hogere resolutie biedt een betere afdrukkwaliteit, maar leidt bij uitgaande faxen Standaard tevens tot een langere transmissietijd. Fijn Opmerking: "Standaard" is de standaardinstelling. Superfijn Ultrafijn Origineel formaat Hiermee geeft u het papierformaat op van het document dat wordt...
Pagina 148
Menu-item Beschrijving Intensiteit Hiermee maakt u afdrukken lichter of donkerder. -5 tot +5 Opmerking: "5" is de standaardinstelling. In het weergegeven numerieke invoerveld kunt u een prefixnummer Prefix kiezen invoeren. <geen> Automatisch opnieuw kiezen Hiermee geeft u op hoe vaak de printer moet proberen een fax naar het opgegeven nummer te verzenden.
Menu-item Beschrijving Contrast Hiermee kunt u het contrast voor de uitvoer opgeven. Beste instelling voor inhoud Opmerking: “Beste instelling voor inhoud” is de standaardinstelling. 0–5 Schaduwdetail Hiermee kunt u de zichtbaarheid van de schaduwdetails op een kopie aanpassen. -4 tot +4 Opmerking: "0"...
Menu-item Beschrijving Fax doorsturen Hiermee schakelt u het doorsturen van ontvangen faxen naar een andere ontvanger in. Doorsturen Afdrukken Afdrukken en doorsturen Doorsturen naar Hiermee geeft u het type ontvanger op waaraan faxen worden doorge- stuurd. Faxen Opmerking: Dit menu-item is alleen beschikbaar op geïntegreerde E-mail webpagina's van de printer.
Menu-item Beschrijving Log papierbron Hiermee stelt u de papierbron in voor het afdruken van logs. Lade <x> U-lader Weergave logs Hiermee stelt u in of op afgedrukte logs het gekozen nummer of de geretourneerde stationsnaam te zien is. Naam station op afstand Gekozen nummer Opdrachtlog inschakelen Hiermee hebt u toegang tot de faxtaaklog.
Menu-item Beschrijving Drie signalen Met met optie "Drie signalen" worden oproepen beantwoord met drie signalen. Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. Menu Faxmodus (Faxserver) In de faxservermodus wordt de faxtaak naar een faxserver verzonden voor transmissie. Instellingen faxserver Menu-item Beschrijving Volgens indeling Hiermee kunt u gegevens invoeren met het virtuele toetsenbord op het aanraakscherm van de printer.
Menu-item Beschrijving Origineel formaat Hiermee geeft u het papierformaat op van het document dat wordt gescand. Letter Legal Opmerking: "Letter" is de standaardinstelling in de VS. "A4" is de inter- nationale standaardinstelling. Executive Tabloid Folio Statement JIS B4 JIS B5 Boek origineel Automatische formaatdetectie Combinatie formaten...
Pagina 154
Menu-item Beschrijving Resolutie Hiermee geeft u op met hoeveel dpi wordt gescand. Opmerking: 150 dpi is de standaardinstelling. Intensiteit Hiermee maakt u afdrukken lichter of donkerder. -5 tot +5 Opmerking: "5" is de standaardinstelling. Afdrukstand Hiermee kunt u de afdrukstand van de gescande afbeelding opgeven. Staand Opmerking: "Staand"...
Pagina 155
Menu-item Beschrijving Foto JPEG-kwaliteit Hiermee kunt u de verhouding tussen de kwaliteit van een JPEG- afbeelding met een foto en de bestandsgrootte instellen. 5–90 Opmerkingen: • 50 is de standaardinstelling. • Bij de instelling 5 is de bestandgrootte geringer, maar is de afbeelding van lagere kwaliteit.
Menu-item Beschrijving Bitdiepte e-mail Hiermee kunt u de modus Tekst/foto inschakelen om kleinere bestanden te verkrijgen door gebruik te maken van 1-bits afbeeldingen wanneer 8 bit Kleur op Uit is ingesteld. 1 bit Opmerking: "8 bit" is de standaardinstelling. Aangepaste scantaak Hiermee kunt u een document dat bestaat uit verschillende papierfor- maten kopiëren naar één taak.
Pagina 157
Menu-item Beschrijving Instellingen e-mailserver Hiermee kunt u opgeven welk type verificatie voor de gebruiker is vereist om te kunnen scannen naar e-mail. Verificatie SMTP-server Opmerking: Uit is de standaardinstelling. Gebruikersnaam en wachtwoord apparaat Gebruikersnaam en wachtwoord E-mail en wachtwoord gebruiker Instellingen e-mailserver Hiermee kunt u de gegevens van de e-mailserver opgegeven.
Menu FTP-instellingen Menu-item Beschrijving Hiermee geeft u de indeling van het FTP-bestand op. Indeling PDF (.pdf) Opmerking: "PDF (.pdf)" is de standaardinstelling. Secure PDF TIFF (.tif) JPEG (.jpg) PDF-versie Hiermee stelt u de versie in van het pdf-bestand voor FTP. 1.2–1.6 Opmerking: "1.5"...
Pagina 159
Menu-item Beschrijving Origineel formaat Hiermee geeft u het papierformaat op van het document dat wordt gescand. Letter Opmerking: "Letter" is de standaardinstelling in de VS. "A4" is de inter- Legal nationale standaardinstelling. Executive Tabloid Folio Statement JIS B4 JIS B5 Boek origineel 4 x 6 3 x 5...
Pagina 160
Menu-item Beschrijving JPEG-kwaliteit Hiermee kunt u de verhouding tussen de kwaliteit van een JPEG- afbeelding met een tekst of tekst/foto en de bestandsgrootte instellen. 5–90 Opmerkingen: • 75 is de standaardinstelling. • Bij de instelling 5 is de bestandgrootte geringer, maar is de afbeelding van lagere kwaliteit.
Menu-item Beschrijving Opslaan als snelkoppeling toestaan Hiermee stelt u in of er een snelkoppeling wordt gemaakt voor FTP- adressen. Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. Achtergrond verwijderen Hiermee stelt u in hoeveel van de achtergrond zichtbaar is op een kopie. -4 tot +4 Opmerking: "0"...
Pagina 162
Menu-item Beschrijving Resolutie Hiermee geeft u op met hoeveel dpi wordt gescand. Opmerking: "150 dpi" is de standaardinstelling. Intensiteit Hiermee maakt u afdrukken lichter of donkerder. -5 tot +5 Opmerking: "5" is de standaardinstelling. Afdrukstand Hiermee kunt u de afdrukstand van de gescande afbeelding opgeven. Staand Opmerking: "Staand"...
Pagina 163
Menu-item Beschrijving Foto JPEG-kwaliteit Hiermee kunt u de verhouding tussen de kwaliteit van een JPEG-afbeelding met een foto en de bestandsgrootte instellen. 5–90 Opmerkingen: • 50 is de standaardinstelling. • Bij de instelling 5 is de bestandgrootte geringer, maar is de afbeelding van lagere kwaliteit.
Menu-item Beschrijving Contrast Hiermee kunt u het contrast voor de uitvoer opgeven. Beste instelling voor inhoud Opmerking: “Beste instelling voor inhoud” is de standaardinstelling. 0–5 Schaduwdetail Hiermee kunt u de zichtbaarheid van de schaduwdetails op een kopie aanpassen. -4 tot +4 Opmerking: "0"...
Pagina 165
Menu-item Beschrijving Copies (Exemplaren) Hiermee geeft u een standaardaantal exemplaren op voor elke afdruktaak. 1–999 Opmerkingen: • "1" is de standaardinstelling. • Als u een aantal exemplaren wilt instellen voor een bepaalde afdruktaak, klikt u in de softwaretoepassing op File (Bestand) Print (Afdrukken) en klikt u vervolgens op Properties (Eigenschappen), Preferences (Voorkeuren), Options (Opties) of Setup (Instellen).
Pagina 166
Menu-item Beschrijving Separator Source (Bron scheidingspagina) Hiermee geeft u de papierbron voor de scheidingsvellen op. Tray <x> (Lade <x>) Opmerkingen: MP Feeder (U-lader) • Tray 1 (Lade 1) (standaardlade) is de standaardinstelling. • In het menu Paper (Papier) stelt u Configure MP (Configu- ratie U-lader) in op Cassette om MP Feeder (U-lader) als menu-instelling weer te geven.
Menu-item Beschrijving Hole Punch (Perforeren) Hiermee stelt u in of een afdruktaak wordt geperforeerd. On (Aan) Opmerkingen: Off (Uit) • Dit menu is alleen beschikbaar als de finisher is geïnstal- leerd. • Off (Uit) is de standaardinstelling. Afdruktaken worden niet geperforeerd.
Pagina 168
Menu-item Beschrijving Afdrukresolutie Hiermee stelt u de resolutie in van de afgedrukte uitvoer. Beeldkwal. 2400 Opmerking: "Beeldkwal. 2400" is de standaardinstelling. Hiermee maakt u afdrukken lichter of donkerder. Tonerintensiteit 1–5 Opmerkingen: • "4" is de standaardinstelling. • Als u een lager cijfer kiest, bespaart u toner. •...
Pagina 169
Menu-item Beschrijving Kleurvoorbeelden Hiermee worden voorbeeldpagina's afgedrukt voor elk van de RGB- en CMYK- kleurconversietabellen die in de printer worden gebruikt. sRGB-display sRGB-levendig Opmerkingen: Display - Echt zwart • Als u een instelling selecteert, wordt het voorbeeld afgedrukt. Levendig • De voorbeeldpagina's bevatten een reeks gekleurde blokjes met de RGB- of Uit - RGB CMYK-combinatie waaruit de kleur van elk afzonderlijk blokje is samengesteld.
Menu-item Beschrijving Aangepaste kleur Hiermee kunnen CMYK-kleurconversies worden aangepast. CMYK-kleurbeeld Opmerkingen: CMYK-VS • "CMYK-VS" is de standaardinstelling in de VS. Met "CMYK-VS" wordt een kleur- CMYK-Euro conversietabel toegepast om de SWOP-kleuruitvoer te benaderen. CMYK-levendig • "CMYK-Euro" is de internationale standaardinstelling. Met "CMYK-Euro" wordt een kleurconversietabel toegepast om de EuroScale-kleuruitvoer te benaderen.
Pagina 171
Menu-item Beschrijving Takenloggegevens Hiermee drukt u een lijst af met alle opgeslagen takenloggegevens of verwijdert u de informatie van de vaste schijf van de printer. Afdrukken Wissen Opmerkingen: • Dit menu-item is alleen beschikbaar als er een goed werkende vaste schijf in de printer is geïnstalleerd.
Menu Instellingen Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de printertaal in voor het versturen van gegevens van de computer naar Printertaal de printer. PS-emulatie PCL-emulatie Opmerkingen: • PCL-emulatie gebruikt een PCL-interpreter voor het verwerken van afdruktaken. PostScript-emulatie gebruikt een PS-interpreter voor het verwerken van afdruk- taken.
Pagina 173
Menu-item Beschrijving Takenloggegevens Hiermee kunt u instellen of statistische informatie over de meest recente afdruktaken wordt opgeslagen op de vaste schijf. Opmerkingen: • De statistische informatie vertelt u of er fouten zijn opgetreden bij de afdruktaak, hoeveel tijd de taak heeft gekost, wat de omvang (in bytes) is van de afdruktaak, wat het geselecteerde formaat is en de geselecteerde soort van het afdrukmateriaal, wat het totale aantal afgedrukte pagina's is en het geselecteerde aantal exemplaren.
Pagina 174
Menu PostScript Menu-item Beschrijving Hiermee wordt een pagina afgedrukt die de PostScript-fout bevat. PS-fout afdrukken Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. Voorkeurslettertype Hiermee bepaalt u waar de printer begint met het zoeken naar het gewenste lettertype. Intern Opmerkingen: Flash/schijf • "Intern" is de standaardinstelling. •...
Pagina 175
Menu-item Beschrijving Symbolenset Hiermee wordt de symbolenset voor elke lettertypenaam weergegeven. 10U PC-8 Opmerkingen: 12U PC-850 • "10U PC-8" is de standaardinstelling in de VS. • "12U PC-850" is de internationale standaardinstelling. • Een symbolenset is een set met alfabetische en numerieke tekens, interpunctie en speciale symbolen.
Pagina 176
Menu-item Beschrijving Instell. PCL-emulatie Hiermee stelt u de printer in op A4-papierformaat. A4-breedte Opmerkingen: 198 mm • "198 mm" is de standaardinstelling. 203 mm • Met de instelling van 203 mm wordt de breedte van de pagina zo ingesteld dat er tachtig 10-pitch tekens kunnen worden afgedrukt.
Pagina 177
Menu PDF Menu-item Beschrijving Hiermee past u de inhoud van een pagina aan het formaat van het geselecteerde Formaat passend maken papier aan. Opmerking: "Nee" is de standaardinstelling. Aantekeningen Hiermee stelt u in of u aantekeningen in het PDF-bestand wilt afdrukken. Niet afdrukken Opmerking: Niet afdrukken is de standaardinstelling.
Menu-item Beschrijving Afdrukstand Hiermee stelt u de afdrukstand voor HTML-documenten in Staand Opmerking: "Staand" is de standaardinstelling. Liggend Margegrootte Hiermee stelt u de paginamarge voor HTML-documenten in 8–255 mm Opmerkingen: • "19 mm" is de standaardinstelling. • De margegrootte kan in stappen van 1 mm worden aangepast. Achtergronden Hiermee geeft u aan of u achtergronden in HTML-documenten wilt afdrukken Niet afdrukken...
Menu Beveiliging Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de verificatiemodus in. Verificatiemodus Verificatie uitgeschakeld Opmerkingen: NTLM • "Verificatie uitgeschakeld" is de standaardin- LDAP stelling. LDAP + GSSAPI • Als "Verificatie uitgeschakeld" is geselecteerd, Intern worden de instellingen van Toegang tot functies Kerberos 5 die gebruikers-ID's of wachtwoorden vereisen, genegeerd.
Pagina 180
Menu-item Beschrijving Toegang tot functies Hiermee stelt u de toegang in tot de functies om te scannen naar FTP. Toegang tot FTP Geen verificatie vereist Alleen gebruikersnaam vereist Gebruikersnaam en wachtwoord vereist Functie uitgeschakeld Toegang tot functies Hiermee stelt u de toegang in tot taken die in de wacht staan.
Pagina 181
Menu-item Beschrijving Toegang tot functies Hiermee stelt u de toegang in tot de functies om af te drukken van een flashstation. Afdrukken van flashstation Geen verificatie vereist Opmerkingen: Alleen gebruikersnaam vereist • “Geen verifcatie vereist” is de standaardinstelling. Gebruikersnaam en wachtwoord vereist •...
Pagina 182
Menu-item Beschrijving Wachtwoordbeveiliging Hiermee kunt u de toegang tot het menu Papier bevei- ligen. Menu Papier Opmerking: ”Alleen geavanceerd wachtwoord accep- Alleen geavanceerd wachtwoord accepteren teren” is de standaardinstelling. Geavanceerd wachtwoord en gebruikerswacht- woord accepteren Niet beveiligd Wachtwoordbeveiliging Hiermee kunt u de toegang tot het menu Rapporten beveiligen.
Pagina 183
Menu-item Beschrijving Wachtwoordbeveiliging Hiermee kunt u de toegang tot de instellingen voor het maken van een scanprofiel beveiligen. Scanprofiel maken Opmerking: ”Alleen geavanceerd wachtwoord accep- Alleen geavanceerd wachtwoord accepteren teren” is de standaardinstelling. Geavanceerd wachtwoord en gebruikerswacht- woord accepteren Niet beveiligd Wachtwoordbeveiliging Hiermee kunt u de toegang tot de instellingen voor embedded solutions beveiligen.
Datum en tijd instellen Menu-item Beschrijving Parijs Hiermee kunt u de tijdzone voor de fax instellen. Tijdzone Praag Niet ingesteld Opmerking: "Niet uitvoeren" is de standaardin- Rome stelling. VS Hawaï Stockholm VS Alaska Wenen VS/Canada Stille Oceaan Warschau Tijuana Oost-Europa VS/Canada Berggebied Caïro VS/Canada Centraal...
Menu-item Beschrijving Maand Hiermee kunt u de maand opgeven. Januari Februari Maart April Juni Juli Augustus September Oktober November December Hiermee kunt u de dag opgeven. 0–31 Hiermee kunt u de uren opgeven. 0–23 Minuut Hiermee kunt u de minuten opgeven. 0–59 DST-modus Hiermee kunt zomertijd instellen (DST-modus).
Pagina 186
Menu-item Beschrijving TCP/IP Hiermee kunt u het huidige TCP/IP-adres opgeven. Hostnaam instellen Opmerking: Dit is een IP-adres met vier velden. Adres Netmask Gateway Hiermee kunt u de gegevens van het TCP/IP-adres configureren. TCP/IP Statisch IP-adres instellen Adres Netmask Gateway TCP/IP Hiermee kunt u de instelling bekijken of wijzigen.
Menu-item Beschrijving TCP/IP Hiermee kunt u de instelling bekijken of wijzigen. WINS-serveradres DNS-serveradres Back-up DNS-serveradres Domeinzoekvolgorde Beperkte serverlijst Standaard-TTL DDNS mDNS Zero Configuration-naam SLP-broadcast LPD-timeout LPD-voorblad LPD-infopagina LPD-regelterugloopconversie IPv6, menu Gebruik de volgende menu-items om de IPv6 (Internet Protocol versie 6)-gegevens te bekijken of in te stellen. Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar voor netwerkmodellen of printers die zijn aangesloten op afdrukservers.
Menu-item Beschrijving IPv6 Hiermee schakelt u DHCPv6 op de printer in. Schakel DHCPv6 in Opmerking: "Nee" is de standaardinstelling. Yes (Ja) No (Nee) Menu Instellingen e-mailserver In het volgende menu kunt u de e-mailserver (SMTP) configureren. Menu-item Beschrijving Hiermee kunt u de gegevens voor de SMTP-serverpoort Instellingen e-mailserver opgeven.
Menu-item Beschrijving Instellingen e-mailserver Hiermee wordt een e-mail alleen verzonden wanneer de domeinnaam (bijvoorbeeld van het bedrijf) in het adres Bestemmingen beperken aanwezig is. Opmerkingen: • Er kan alleen e-mail naar het opgegeven domein worden verzonden. • De limiet is één domein. Instellingen e-mailserver Hiermee bepaalt u de padnaam.
Standaardnetwerk, menu Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de printer zo in dat deze automatisch overschakelt op PCL SmartSwitch PCL-emulatie als dit door een afdruktaak wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen: • "Aan" is de standaardinstelling. • Als PCL SmartSwitch is ingesteld op "Uit", controleert de printer de binnenkomende gegevens niet.
Pagina 191
Menu-item Beschrijving Netwerkbuffer Hiermee stelt u de grootte van de netwerkinvoerbuffer in. Autom. Opmerkingen: 3K tot <maximaal toegestane grootte> • Autom. is de standaardinstelling. • De waarde kan in stappen van 1K worden gewijzigd. • De maximumgrootte die is toegestaan hangt af van de hoeveelheid geheugen in de printer, de grootte van de andere koppelingsbuffers en of u het menu-item Bronnen opslaan hebt ingesteld op "Aan"...
Standaard-USB, menu Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de printer zo in dat deze automatisch overschakelt op PCL SmartSwitch PCL-emulatie als dit door een afdruktaak op de USB-poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen: • "Aan" is de standaardinstelling. • Als PCL SmartSwitch is ingesteld op "Uit", controleert de printer de binnenkomende gegevens niet.
Pagina 193
Menu-item Beschrijving USB-buffer Hiermee stelt u de grootte van de USB-invoerbuffer in. Uitgeschakeld Opmerkingen: Autom. • Autom. is de standaardinstelling. 3K tot <maximaal toegestane grootte> • Met de instelling 'Uitgeschakeld' schakelt u het opslaan van taken in de buffer uit. Afdruktaken die al in de schijfbuffer zijn opgenomen, worden afgedrukt voordat het normaal verwerken van nieuwe afdruktaken wordt hervat.
NetWare, menu Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de toegewezen NetWare-aanmeldingsnaam in. Aanmeldingsnaam <geen> Afdrukmodus Hiermee geeft u de toegewezen NetWare-afdrukmodus weer. PSERVER RPRINTER Netwerknummer Hiermee stelt u het toegewezen NetWare-netwerknummer in. <geen> Inschakelen Hiermee schakelt u de NetWare-ondersteuning in of uit. Opmerking: "Aan"...
Menu-item Beschrijving Inschakelen Hiermee wordt de AppleTalk-ondersteuning in- of uitge- schakeld. Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. Zone instellen Hiermee wordt een lijst met AppleTalk-zones weergegeven die op het netwerk beschikbaar zijn. <lijst met zones beschikbaar op het netwerk> Opmerking: De standaardinstelling is de standaardzone voor het netwerk.
Printerberichten Lijst met statusberichten en foutmeldingen Bezig met antwoorden De printer is bezig met het beantwoorden van een faxoproep. Wacht tot het bericht is verdwenen. Lade <x> vol Verwijder de stapel papier uit de betreffende uitvoerlade om het bericht te wissen. Bezig Wacht tot het bericht is verdwenen.
Pagina 197
Sluit klep <x> Sluit de aangegeven klep. Het bericht wordt dan gewist. Sluit klep <x> Sluit de aangegeven klep. Verbinden <x>bps Er is een faxverbinding. Wacht tot het bericht is verdwenen. Opmerking: <x> is de baudsnelheid per seconde. Exemplaren Voer het gewenste aantal exemplaren in. Flash defragmenteren NIET UITZETTEN Wacht tot het bericht is verdwenen.
Pagina 198
Schijf x/y XX% wordt gecodeerd NIET UITZETTEN Wacht tot het bericht is verdwenen. Waarschuwing: Zet de printer niet uit wanneer de printer bezig is met de codering van de vaste schijf. Het percentage dat is voltooid, wordt weergegeven op het display. Voer PIN in Voer de pincode in die u hebt ingesteld in Eigenschappen toen de vertrouwelijke (beveiligde) taak naar de printer werd gestuurd.
Pagina 199
Interne systeemfout, laad beveiligingscertificaten • Laad de beveiligingscertificaten opnieuw. • Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Ongeldige enginecode U dient een geldige enginecode in de printer te laden. Raadpleeg voor meer informatie over het laden van codes de Gebruikershandleiding op de cd Software en documentatie.
Pagina 200
Menu's zijn uitgeschakeld De printermenu's zijn uitgeschakeld. U kunt de printerinstellingen niet wijzigen via het bedieningspaneel. Neem contact op met uw systeembeheerder voor ondersteuning. Opmerking: Hoewel de menu's zijn uitgeschakeld, is het nog steeds mogelijk om afdruktaken te annuleren, een vertrouwelijke afdruktaak of een taak in de wachtrij uit te voeren.
Pagina 201
Flash programmeren NIET UITZETTEN Wacht tot het bericht is verdwenen. Waarschuwing: Schakel de printer niet uit zolang Flash programmeren op het display wordt weergegeven. Systeemcode wordt geprogrammeerd NIET UITZETTEN Wacht tot het bericht is verdwenen. Waarschuwing: Schakel de printer niet uit zolang Systeemcode wordt geprogrammeerd op het display wordt weergegeven.
Pagina 202
Plaats alle originelen terug bij opn. starten taak Een of meerdere berichten waarvoor een scantaak werd onderbroken, worden nu gewist. Plaats de originele documenten weer in de scanner om de scantaak opnieuw te starten. • Raak Taak annuleren aan als er een scantaak wordt verwerkt wanneer het bericht wordt weergegeven. Hierdoor wordt de taak geannuleerd en het bericht gewist.
Pagina 203
Serieel <x> De printer wordt aangesloten via een seriële kabel. De seriële poort is de actieve communicatieverbinding. Klok instellen De klok is niet ingesteld. Dit bericht wordt weergegeven zolang er geen ander faxstatusbericht wordt weergegeven. Het wordt pas gewist nadat de klok is ingesteld. Sommige taken in wacht zijn niet hersteld Raak Doorgaan aan om de aangegeven taak te verwijderen.
Dit bericht verdwijnt automatisch na 30 seconden. Vervolgens wordt de geladen emulator op de firmwarekaart uitgeschakeld. U kunt dit verhelpen door de juiste emulatorversie te laden vanaf de website van Lexmark op www.lexmark.com. 31 <kleur> cartridge ontbreekt/is defect De opgegeven tonercartridge ontbreekt of functioneert niet goed.
Pagina 205
35 Onvoldoende geheugen voor ondersteuning van functie voor bronnenopslag • Raak Doorgaan aan om Bronnen opslaan uit te schakelen en door te gaan met afdrukken. • Als u Bronnen opslaan wilt inschakelen nadat u dit bericht hebt ontvangen, dient u ervoor te zorgen dat de koppelingsbuffers zijn ingesteld op Autom.
Pagina 206
52 Flash vol • Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Geladen lettertypen en macro's die niet eerder zijn opgeslagen in het flashgeheugen, worden verwijderd. • Verwijder lettertypen, macro's en andere gegevens uit het flashgeheugen. •...
Pagina 207
56 Seriële poort <x> uitgeschakeld • Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen. De printer negeert gegevens die via de seriële poort worden ontvangen. • Controleer of het menu-item "Seriële buffer" niet is ingesteld op "Uitgeschakeld". 56 Standaard USB-poort uitgeschakeld •...
Pagina 208
61 Verwijder defecte schijf • Druk op Doorgaan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. • Installeer een nieuwe vaste schijf voordat u acties uitvoert waarvoor een vaste schijf is vereist. 62 Schijf vol • Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen en door te gaan met verwerken. •...
84 Vervang fc-eenheden kleur Een of enkele kleurenfotoconductor(s) is versleten. Installeer een nieuwe cyaan, magenta en gele fotoconductor. 84 Niet-ondersteunde fc-eenheid <kleur> Vervang de aangegeven fotoconductor(s). Opmerking: De printer heeft vier fotoconductors: cyaan, magenta, geel en zwart. De cyaan, magenta en gele fotoconductors moeten allemaal tegelijkertijd worden vervangen.
De printer onderhouden Bepaalde taken moeten regelmatig worden uitgevoerd om een optimale afdrukkwaliteit te behouden. Supplies bewaren Bewaar supplies in een koele, schone ruimte. Supplies moeten altijd rechtop in de originele verpakking worden bewaard tot het moment waarop ze worden gebruikt. Stel de printersupplies niet bloot aan: •...
In de VS belt u voor het bestellen van supplies +1-800-539-6275 voor informatie over erkende dealers van Lexmark- supplies in uw omgeving. In andere landen of regio's kunt u terecht op de website van Lexmark op www.lexmark.com of neemt u contact op met de winkel waar u de printer hebt gekocht.
Raadpleeg de illustraties aan de binnenzijde van de finisher-klep waaronder het nietapparaat zich bevindt voor meer informatie. Artikelnaam Artikelnummer Nietcassettes – verpakking met 3 stuks (nietjes G5) 25A0013 Nietjes voor geavanceerde boekjes 21Z0357 (nietjes G11 en nietjes G12) Toneroverloopbak bestellen Bestel een nieuwe toneroverloopbak als 82 Toneroverloopbak bijna vol wordt weergegeven.
Pagina 213
Nokje van klep E6 Haal de nieuwe toneroverloopbak en de accessoires uit de verpakking. Open klep E (de voorklep van de printer). Waarschuwing: Om te voorkomen dat de fotoconductors te lang aan licht worden blootgesteld, dient u de klep niet langer dan tien minuten open te houden.
Pagina 214
Pak het nokje van klep E6 vast en druk de klep omlaag. Verwijder de oude lensreiniger voor de printkop van klep E en gooi deze vervolgens weg. Verwijder de toneroverloopbak.
Pagina 215
Sluit de toneroverloopbak af met het plastic deksel. Plaats de toneroverloopbak in de zak voor recycling. Reinig de lenzen van de printkop met de nieuwe lensreiniger voor de printkop.
Pagina 216
Plaats de nieuwe toneroverloopbak. Plaats de nieuwe lensreiniger voor de printkop in de nokjes van klep E. Sluit klep E6.
Sluit klep E. Verwijder al het papier uit de papierbaan van de printer. Ga naar www.lexmark.com/recycling voor meer informatie over het recyclen van de toneroverloopbak. De lenzen van de printkop reinigen Reinig de lenzen van de printkop wanneer u de toneroverloopbak vervangt of wanneer zich problemen met de afdrukkwaliteit voordoen.
Pagina 218
Nokje van klep E6 Open klep E (de voorklep). Waarschuwing: Om te voorkomen dat de fotoconductors te lang aan licht worden blootgesteld, dient u de klep niet meer dan tien minuten open te houden. Pak het nokje van klep E6 vast en druk de klep omlaag. Verwijder de toneroverloopbak.
Pagina 219
Steek het zachte uiteinde van de lensreiniger voor de printkop in de eerste lensopening van de printkop. Duw de lensreiniger voor de printkop helemaal naar de achterkant van de lens en trek de reiniger er vervolgens weer uit. Reinig de drie overige lenzen van de printkop.
Pagina 220
Plaats de toneroverloopbak. Plaats de lensreiniger voor de printkop in de nokjes van klep E. Sluit klep E6.
Sluit klep E. Een fotoconductor vervangen Vervang de zwarte fotoconductor als 84 Vervang fc-eenheid <zwart> wordt weergegeven. Vervang de cyaan, magenta en gele fotoconductors als 84 Vervang fc-eenheid <kleur> wordt weergegeven. Open klep E (de voorklep van de printer). Waarschuwing: Om te voorkomen dat de fotoconductors te lang aan licht worden blootgesteld, dient u de klep niet langer dan tien minuten open te houden.
Pagina 222
Verwijder de op het display weergegeven fotoconductor(s). Kleur fotoconductor Naam opening Zwart Cyaan Magenta Geel Haal de nieuwe fotoconductor uit de verpakking. Lijn het uiteinde van de fotoconductor uit voor het plaatsen.
Pagina 223
Verwijder de tape van de bovenkant van de fotoconductor. Druk de knop naar voren om de fotoconductor te plaatsen terwijl u het omhulsel verwijdert. Trek de grendel omhoog en druk vervolgens hendel E5 omlaag zodat deze de grendel op zijn plaats houdt.
Sluit klep E. Een tonercartridge vervangen Verwijder de betreffende tonercartridge (cyaan, magenta, geel of zwart) als 88 Replace <color> toner (88 Vervang <kleur> toner) wordt weergegeven. De printer hervat het afdrukken pas nadat de betreffende cartridge is vervangen. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat Ready (Gereed) of 88 Replace <color> toner (88 Vervang <kleur>...
Pagina 225
Verwijder de cartridge door deze voorzichtig uit de printer te trekken. Breng de pijlvormige hendel op één lijn met het symbool dat aangeeft dat de cartridge ontgrendeld is en schuif de tonercartridge vervolgens volledig in de opening. Vergrendel de cartridge door de pijlvormige hendel van de cartridge rechtsom te draaien totdat deze naar het symbool wijst dat aangeeft dat de cartridge is vergrendeld.
Sluit klep E. Buitenkant van de printer reinigen Controleer of de printer is uitgeschakeld en dat de stekker van het netsnoer uit het stopcontact is getrokken. Let op: trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak alle kabels los van de printer voordat u doorgaat om elektrische schokken te voorkomen.
Wrijf over de witte onderkant van de klep van de scanner totdat deze schoon en droog is. Sluit de klep van de scanner. Lexmark producten hergebruiken U retourneert als volgt een Lexmark product voor hergebruik: Bezoek de website van Lexmark op www.lexmark.com/recycle. Volg de aanwijzingen op het scherm.
De printer verplaatsen Als u de printer wilt verplaatsen of als de printer of onderdelen voor verwerking van afdrukmateriaal, zoals laden en finishers, moeten worden vervoerd naar een nieuwe locatie, dient u al deze onderdelen te verwijderen uit de printer. Verpak de printer en de onderdelen voor verwerking van afdrukmateriaal goed, zodat ze tijdens het vervoer niet worden beschadigd.
De printer van de scannerplaat loskoppelen alvorens de printer te verplaatsen Zet de printer uit. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
Pagina 230
Verwijder de verbindingsbeugel. Ontkoppel alle kabels aan de achterzijde van de printer en de scanner. Verwijder al het papier of speciaal afdrukmateriaal uit de standaarduitvoerlade. Verwijder al het papier of speciaal afdrukmateriaal uit de universeellader. Pak het verlengstuk van de universeellader vast en klap deze volledig terug.
Duw de universeellader omhoog om deze te sluiten. Rol de printer onder de scannerplaat vandaan. Let op: De printer weegt 91,2 kg; daarom zijn er twee personen nodig om deze veilig te verplaatsen. Let op: Als u de scanner en de plaat ergens anders naartoe wilt verplaatsen, doe dit dan ook met twee personen aangezien de scanner 25 kg weegt.
50 mm 825 mm 418 mm 100 mm 1750 mm Voltooi de installatie van de printer en scanner door het uitvoeren van de aanwijzingen in het hoofdstuk “De printer installeren” in de Installatiehandleiding. Controleer of de printer en de scanner goed functioneren door een pagina met menu-instellingen af te drukken. De printer vervoeren Als u de printer, scanner en eventuele opties wilt vervoeren, bewaar dan de originele verpakking of neem contact op met de winkel waar u de printer hebt gekocht voor de benodigde verpakkingsmaterialen.
Beheerdersondersteuning Helderheid van het display aanpassen Als u problemen hebt met het aflezen van het display, kunt u de LCD-helderheid aanpassen in het menu Instellingen. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Raak aan op het beginscherm.
Raak herhaaldelijk aan totdat Time-outs wordt weergegeven. Raak herhaaldelijk aan totdat Spaarstand wordt weergegeven. Raak aan om de tijd te verkorten of raak aan om de tijd te verlengen. U kunt kiezen uit een instelling tussen 2 en 240 minuten. Raak Indienen aan.
Menu's op het bedieningspaneel vergrendelen met de Embedded Web Server Met de vergrendelfunctie op het bedieningspaneel kunt u een PIN maken en de specifieke menu's selecteren die u wilt vergrendelen. Telkens wanneer een vergrendeld menu wordt geselecteerd, wordt de gebruiker gevraagd de juiste PIN in te voeren.
Klik in Overige instellingen op Beveiliging. Klik op Instellingen beveiligd afdrukken. Ondersteuning IPSec IPSec (Internet Protocol Security) zorgt voor verificatie en codering van de netwerklaag waardoor alle toepassings- en netwerkverbindingen die via het IP-protocol lopen, zijn beveiligd. IPSec kan worden ingesteld tussen de printer en maximaal vijf hosts, waarbij zowel IPv4 als IPv6 wordt gebruikt.
802.1x-verificatie gebruiken Met 802.1x-verificatie kan de printer toegang krijgen tot netwerken waarvoor verificatie is vereist. 802.1x- poortverificatie kan worden gebruikt met de WPA-functie (WiFi Protected Access) van draadloze printers of afdrukservers voor ondersteuning van WPA-Enterprise-beveiliging. 802.1x wordt alleen ondersteund als referenties voor de printer, zoals certificaten, zijn ingesteld. Door middel van certificaten is de printer herkenbaar voor de verificatieserver.
Beveiligingsmodus gebruiken De beveiligingsmodus zorgt voor veilige communicatie via de TCP- (Transmission Control Protocol) en UDP-poort (User Datagram Protocol). Opmerking: De beveiligingsmodus kan alleen worden ingeschakeld als er een beheerderswachtwoord is gemaakt voor de Embedded Web Server. U configureert als volgt de beveiligingsmodus via de Embedded Web Server: Open een webbrowser.
Problemen oplossen Niet-reagerende printer controleren Als de printer niet reageert, controleer dan het volgende: • Het netsnoer is goed aangesloten op de printer en op een geaard stopcontact. • Het stopcontact is niet uitgeschakeld met behulp van een schakelaar of stroomonderbreker. •...
Er wordt een foutbericht over het lezen van het USB-station weergegeven Controleer of het USB-station wordt ondersteund. Raadpleeg de website van Lexmark op www.lexmark.com voor informatie over geteste en goedgekeurde apparaten met USB-flashgeheugen. Taken worden niet afgedrukt Hieronder volgen mogelijke oplossingen.
Neem contact op met uw systeembeheerder om te controleren of het netwerk goed werkt. De printersoftware is ook beschikbaar op de website van Lexmark: www.lexmark.com. Gebruik alleen een van de aanbevolen USB- of ethernetkabels of seriële kabels.
Schakel de functie Paginabeveiliging uit. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Raak aan op het beginscherm. Raak Instellingen aan. Raak Algemene instellingen aan. Raak herhaaldelijk aan totdat Afdrukherstel wordt weergegeven. Raak aan totdat Uit wordt weergegeven. Raak Indienen aan.
Controleer of de printer over voldoende geheugen beschikt. Voeg extra geheugen toe of installeer een optionele vaste schijf. Er komen onverwachte pagina-einden voor Verhoog de waarde voor Afdruktime-out: Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Raak aan op het beginscherm.
Pagina 244
• Scheve lijnen • Vlekken • Strepen • Onverwachte tekens • Witte lijnen op afdrukken Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties: Worden er foutberichten op het display weergegeven? Verwijder eventuele foutberichten. Is de toner bijna op? Als 88 <kleur>...
Documenten of foto's worden worden gedeeltelijk gekopieerd Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties: Controleer de plaatsing van het origineel. Zorg dat het document of de foto linksboven op de glasplaat is geplaatst, met de bedrukte zijde naar beneden. Controleer de instelling voor papierformaat.
Is de glasplaat vuil? Reinig de glasplaat met een schone, stofvrije doek die met water is bevochtigd. Pas de scanresolutie aan Verhoog de resolutie van de scan voor een betere kwaliteit van de uitvoer. Controleer de kwaliteit van het origineel Zorg dat het document van goede kwaliteit is.
Kan geen faxen verzenden of ontvangen Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties: Worden er foutberichten op het display weergegeven? Verwijder eventuele foutberichten. Controleer de stroomtoevoer Controleer of de stekker van de printer goed in het stopcontact zit, of het apparaat is ingeschakeld en of Gereed op het display wordt weergegeven.
Controleer op papierstoringen Verwijder eventueel vastgelopen papier en controleer of Gereed op het display verschijnt. Schakel de functie voor wisselgesprek tijdelijk uit Wisselgesprek kan faxverzendingen verstoren. Schakel deze functie uit alvorens een fax te verzenden. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij voor de toetscombinatie waarmee u de functie voor wisselgesprek kunt uitschakelen.
Is het document correct geplaatst? Plaats het document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF, of in de linkerbovenhoek op de glasplaat met de bedrukte zijde naar beneden. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF.
Klik op Faxinstellingen. Klik op Analoge faxinstellingen. Klik op Fax zonder naam blokkeren. Deze optie blokkeert alle inkomende faxen zonder faxstationnaam of met een privégebruikers-ID. Voer in het veld Lijst met geblokkeerde faxnummers de telefoonnummers of de faxstationnamen in van specifieke faxverzenders die u wilt blokkeren.
Finisher Als de finisher niet goed werkt, zijn dit mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties: Controleer of de finisher goed is aangesloten op de printer. Als de finisher staat vermeld op de pagina met menu-instellingen, maar het papier vastloopt op het punt waar het de printer uitgaat en de finisher ingaat, dan is de finisher mogelijk niet goed geïnstalleerd.
Zorg ervoor dat er niet te veel papier in de papierlade ligt Zorg ervoor dat u niet meer papier plaatst dan de maximale stapelhoogte die is aangegeven voor de papierlade of universeellader. Controleer de papiergeleiders. Schuif de geleiders in de juiste positie voor het desbetreffende papierformaat. Heeft het papier in een vochtige omgeving gelegen en daardoor vocht opgenomen? •...
Raak Algemene instellingen aan. Raak herhaaldelijk aan totdat Afdrukherstel wordt weergegeven. Raak Afdrukherstel aan. Raak naast Herstel na storing aan totdat Aan of Autom. wordt weergegeven. Raak Indienen aan. Raak aan. Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Met de informatie in de volgende onderwerpen kunt u problemen met betrekking tot de afdrukkwaliteit oplossen. Neem contact op met onze klantenondersteuning als het probleem door deze suggesties niet wordt opgelost.
lege pagina's De printer heeft misschien onderhoud nodig. Neem voor meer informatie contact op met klantenondersteuning. Tekens hebben gekartelde of ongelijkmatige randen Als u werkt met geladen lettertypen, controleer dan of de lettertypen worden ondersteund door de printer, de hostcomputer en het softwareprogramma. Onvolledige afbeeldingen Hieronder volgen mogelijke oplossingen.
Grijze achtergrond ABCDE ABCDE ABCDE De ingestelde waarde voor Tonerintensiteit verlagen Selecteer in Eigenschappen een lagere waarde voor Tonerintensiteit. Verzend dan pas de taak naar de printer. Onjuiste marges Controleer de papiergeleiders. Schuif de geleiders in de juiste positie voor het desbetreffende papierformaat. Controleer de instelling voor papierformaat.
Zijn de fotoconductors defect? Vervang de fotoconductor(s). Opmerking: De printer heeft vier fotoconductors: cyaan, magenta, geel en zwart. De cyaan, magenta en gele fotoconductors moeten allemaal tegelijkertijd worden vervangen. De zwarte fotoconductor kan afzonderlijk worden vervangen. Is de overdrachtsband defect? Vervang de overdrachtsband.
Opmerking: Herhaal deze procedure meerdere keren. Als de afdrukken vaag blijven, is het tijd om de cartridge te vervangen. Is het verhittingsstation versleten of defect? Vervang het verhittingsstation. Herhaalde storingen Komen sporen steeds in dezelfde kleur en meerdere keren op een pagina voor? Vervang de fotoconductor(s) bij storingen na iedere: •...
Heeft het papier in een vochtige omgeving gelegen en daardoor vocht opgenomen? • Vervang het papier. Gebruik papier uit een nieuw pak. • Bewaar papier altijd in de originele verpakking en pak het pas uit als u het gaat gebruiken. Controleer het papier.
De printer heeft misschien onderhoud nodig. Neem voor meer informatie contact op met klantenondersteuning. Op de pagina verschijnen lichte tonervegen of schaduwen op de achtergrond Mogelijk is een tonercartridge defect. Vervang de tonercartridge. Zijn de fotoconductors versleten of defect? Vervang de fotoconductor(s). Opmerking: De printer heeft vier fotoconductors: cyaan, magenta, geel en zwart.
Afdrukkwaliteit van transparant is laag Transparanten controleren Gebruik uitsluitend transparanten die door de fabrikant van de printer worden aanbevolen. De instelling voor papiersoort controleren Plaats de transparanten in de lade en stel de Papiersoort in op Transparanten. Verschillen in afdrukdichtheid ABCDE ABCDE ABCDE...
Pagina 261
Hoe bepaalt de printer welke kleur moet worden afgedrukt? Wanneer een gebruiker een document afdrukt, wordt informatie over het type en de kleur van ieder object naar de printer verzonden. De kleureninformatie wordt verstrekt via kleurconversietabellen, waarin de gewenste kleuren worden samengesteld uit de juiste hoeveelheden cyaan, magenta, gele en zwarte toner.
Handmatig een andere kleurconversietabel toepassen: Selecteer Kleurcorrectie in het menu Kwaliteit en selecteer vervolgens Handmatig. Selecteer Aangepaste kleur in het menu Kwaliteit en selecteer vervolgens de juiste kleurconversietabel voor het betreffende objecttype. Het menu Aangepaste kleur Objecttype Kleurconversietabellen RGB-kleurbeeld • Levendig: geeft helderdere kleuren met een hogere verzadiging en kan worden toegepast op alle binnenkomende kleurformaten.
U hebt ook de modelnaam en het serienummer van de printer nodig. Deze gegevens vindt u aan de binnenkant van de bovenste voorklep van de printer. U kunt het serienummer ook vinden op de pagina met menu-instellingen. Bel in de Verenigde Staten of Canada (1-800-539-6275). Voor andere landen of regio's bezoekt u de website van Lexmark op www.lexmark.com.
Informatie over deze uitgave April 2007 De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de voorwaarden strijdig zijn met de nationale wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC., LEVERT DEZE PUBLICATIE ALS ZODANIG ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT DE IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Waarschuwing: hiermee wordt aangegeven dat een handeling kan leiden tot schade aan de hardware of software van het product. Let op: hiermee wordt aangegeven dat een handeling kan leiden tot lichamelijk letsel. Let op: hiermee wordt aangegeven dat u het gemarkeerde gedeelte niet moet aanraken. Let op: hiermee wordt aangegeven dat een bepaald gedeelte heet kan worden.
Alulírott, Lexmark International, Inc. nyilatkozom, hogy a termék megfelel a vonatkozó alapvetõ követelményeknek és az 1999/5/EC irányelv egyéb elõírásainak. Íslenska Hér með lýsir Lexmark International, Inc. yfir því að þessi vara er í samræmi við grunnkröfur og aðrar kröfur, sem gerðar eru í tilskipun 1999/5/EC. Italiano Con la presente Lexmark International, Inc.
Bil-preżenti, Lexmark International, Inc., jiddikjara li dan il-prodott huwa konformi mal-ħtiġijiet essenzjali u ma dispożizz- jonijiet oħrajn relevanti li jinsabu fid-Direttiva 1999/5/KE. Nederlands Hierbij verklaart Lexmark International, Inc. dat het toestel dit product in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Het AEEA-logo geeft aan dat er in de Europese Unie specifieke programma's en procedures zijn voor het hergebruiken van elektronische producten. Wij moedigen het hergebruiken van onze producten aan. Als u meer vragen hebt over de mogelijkheden voor hergebruik, bezoekt u de Lexmark website op www.lexmark.com voor het telefoonnummer van uw lokale verkoopafdeling. Verwijdering van het product Gooi de printer of onderdelen niet weg met het huishoudelijke afval.
Pagina 269
De stroomverbruikniveaus in de vorige tabel zijn metingen op basis van tijdgemiddelden. Stroompieken kunnen aanzienlijk hoger zijn dan het gemiddelde. Waarden kunnen gewijzigd worden. Zie www.lexmark.com voor de huidige waarden. Spaarstand Dit product werd ontworpen met een energiebesparende modus, genaamd Spaarstand. De spaarstand is het equivalent van de modus Slapen van EPA.
Index 54 Standard network software error (54 900–999 Service <message> (900-999 Cijfers Softwarefout in Onderhoud <bericht>) 209 1565 Emul Error Load Emul Option standaardnetwerk) 206 (1565 Emulatiefout; laad Symbolen 55 Unsupported option in slot (55 Niet- emulatieoptie) 204 ondersteunde optie in sleuf) 206 "naar computer scannen", scherm 200–289.yy paper jam (200–289.yy 56 Parallel port <x>...
Pagina 271
taak wordt afgedrukt vanuit verkeerde beginscherm Custom Bin Names (Aangepaste lade 242 knoppen 20 ladenamen), menu 135 taken in wacht worden niet bellen met klantenondersteuning 263 Custom Names (Aangepaste namen), afgedrukt 241 bestandstype voor verzending menu 134 taken worden niet afgedrukt 240 wijzigen 73 Custom Type <x>...
Pagina 272
toevoegen, berichtregel 72 kiezen, een faxverbinding 76 toevoegen, onderwerpregel 72 met behulp van het adresboek 88 gecontroleerde afdruktaken 102 via het toetsenblok 70 resolutie wijzigen 88 afdrukken vanaf de Macintosh- e-mailfunctie snelkoppelingen gebruiken 87 computer 104 instellen 69 snelkoppelingen maken met de afdrukken via Windows 103 E-mail Server Setup (Instellingen e- Embedded Web Server 86...
Pagina 273
Invalid file format (Ongeldige klep scannereenheid sluit niet 243 Fax Mode (Analog Fax Setup) bestandsindeling) 199 kopieerfunctie reageert niet 243 [Faxmodus (Analoge Invalid Network Code (Ongeldige slechte kwaliteit van gescande faxinstellingen)] 145 netwerkcode) 199 afbeeldingen 245 Fax Mode (Fax Server) [Faxmodus Invalid PIN (Ongeldige pincode) 199 slechte kwaliteit van kopieën 243 (Faxserver)] 152...
Pagina 274
ontgrendelen plaatsen Onvold. geheugen voor menu's op bedieningspaneel 233 enveloppen 39 defragmentatie flashgeheugen) 205 opties karton 39 37 Insufficient memory to collate job firmwarekaart 30 lade voor 1133 vel 38 (37 Onvoldoende geheugen voor firmwarekaarten 28 lade voor 520 vel (standaard of sorteren) 205 flashgeheugenkaart 30 optioneel) 35...
Pagina 276
<n> ontvangen) 201 Klep A 239 ontvangen 247 recycling niet-reagerende printer kan wel faxen ontvangen, maar niet Lexmark-producten 227 controleren 239 verzenden 248 WEEE-verklaring 268 niet-reagerende scanner kan wel faxen verzenden, maar niet reinigen controleren 245...
Pagina 277
richtlijnen Some held jobs will not be restored briefhoofdpapier 47 (Sommige taken in wacht worden niet taak annuleren enveloppen 49 hersteld) 203 via bureaublad Windows 107 etiketten 49 sorteren, exemplaren 62 via een Macintosh-computer met Mac karton 50 standaardlade OS 9 107 transparanten 48 vullen 35 via een Macintosh-computer met Mac...
Pagina 278
verplaatsen van printer installeren, printer op nieuwe locatie 231 naar andere locatie binnen kantoor 228 printer loskoppelen van scannerplaat 229 richtlijnen om persoonlijk letsel te voorkomen 228 richtlijnen om schade aan de printer te voorkomen 228 richtlijnen voor verplaatsing 228 vervoeren naar andere locatie 232 voorzorgsmaatregelen 228 wagen gebruiken 228...