1
1. Lange zijde, liggend
2. Korte zijde, liggend
3. Lange zijde, staand
4. Korte zijde, portret
Kleuropties instellen
Via de opties van het tabblad Kleur kan worden ingesteld hoe kleuren vanuit softwareprogramma's
moeten worden geïnterpreteerd en afgedrukt. U kunt kiezen uit de kleuropties Automatisch en
Handmatig. Zie
●
Selecteer Automatisch als u de gebruikte kleur en halftoon voor ieder onderdeel van een
document wilt optimaliseren (bijvoorbeeld tekst, illustraties en foto's). De instelling Automatisch
biedt extra kleuropties voor programma's en besturingssystemen die kleurbeheersystemen
ondersteunen. Deze instelling wordt aanbevolen voor het afdrukken van al uw kleurendocumenten.
●
Selecteer Handmatig als u de instellingen van kleuren en halftonen voor tekst, illustraties en foto's
handmatig wilt aanpassen. Als u een PCL-driver gebruikt, kunt u de RGB-gegevens aanpassen.
Als u de PS-driver gebruikt, kunt u de RGB- en CMYK-gegevens aanpassen.
De kleuropties instellen
1.
Open de printerdriver (zie
2.
Selecteer het tabblad Kleur.
108
Hoofdstuk 4 Afdruktaken
2
Kleuropties van de printer beheren (Windows)
De printerdrivers
4
3
Deze afdrukstand wordt vaak gebruikt bij boekhoud-,
gegevensverwerkings- en spreadsheetprogramma's. De
afbeeldingen worden om en om ondersteboven afgedrukt.
Gespiegelde pagina's worden doorlopend gelezen van boven
naar onder.
Elke afgedrukte afbeelding wordt staand afgedrukt.
Gespiegelde pagina's worden gelezen van boven naar onder
op de linkerpagina en vervolgens van boven naar onder op de
rechterpagina.
Dit is de standaardinstelling en de meest algemeen gebruikte
indeling, waarbij de afgedrukte afbeelding rechtop staat.
Gespiegelde pagina's worden gelezen van boven naar onder
op de eerste pagina en vervolgens van boven naar onder op
de tweede pagina.
Deze indeling wordt dikwijls gebruikt op klemborden. De
afbeeldingen worden om en om ondersteboven afgedrukt.
Gespiegelde pagina's worden doorlopend gelezen van boven
naar onder.
voor meer informatie.
openen).
NLWW