iTHERM TM111 iTHERM TM131
Veiligheidsinstruc
ties: specifieke
gebruiksvoorwaar
den
Endress+Hauser
• De brandbestendige koppelingen zijn niet bedoeld om te worden
gerepareerd.
• Er moet worden geverifieerd, rekening houdend met de worst-case
proces- en omgevingstemperaturen,
• of de temperatuur van de behuizing op het procesaansluitpunt het
omgevingstemperatuurbereik van de armatuur niet overschrijdt en
• of de temperatuur van de optioneel gebruikte RB**1NS koppeling
het bedrijfstemperatuurbereik van –50 ... +150 °C niet overschrijdt
voor de volgende optie:
TM131-abc...
c
Thermometermodel:
M
Nippel-koppeling aansluiting NPT½"
N
Nippel-koppeling-nippel aansluiting NPT½"
• Wanneer geleverd met een speciale laklaag (type TM111 suffix code i
= YY, type TM131 suffix code m = YY) zie de instructies
"Veiligheidsinstructies laklaag XA01369T/09/A2/01.16" voor
informatie over het minimaliseren van het risico van elektrostatische
ontlading.
• Temperatuurarmaturen met losse aders (type TM111 suffix code h =
0A, type TM131 suffix code l = 0A) moeten worden voorzien van een
ronde transmitter van max. 2,2 W met een diameter tot maximaal
45 mm en een sensorsignaal van max 10 V
Type TM111
• Sensoren met een diameter van 3 mm (suffix code b = A) moeten
worden beschermd door een beschermbuis.
• Sensoren met andere diameters (suffix code b = Y) moeten worden
beschermd door een thermobuis behalve indien uitgesloten in de
productinformatie op de website van de fabrikant (CER viewer of
Asset Central Viewer) en de veiligheidsinstructies voor optionele
thermokoppels en RTD' s (document 10000013456).
Deze veiligheidsinstructies geven aan, afhankelijk van de
sensorspecificaties, of bescherming door een beschermbuis nodig is.
De viewer op de website toont de sensorspecificaties voor elk
serienummer van de armatuur.
Type TM131
De sensor moet worden beschermd door de beschermbuis die is
geleverd of een thermobus zoals gespecificeerd in de instructies.
XA01799T
en 1 mA.
DC
7