5.7.3
Dakuitmonding combidoorvoer-verticaal en
dubbelpijpsdoorvoer-verticaal
Toestelcategorie: C33
VOORZICHTIG
• Als de Skyline 3000 HR niet toegepast kan worden, moeten
de luchttoevoer en verbrandingsgasafvoer separaat
worden uitgevoerd.
• Zie voor beugelen § 5.7.10
Toegestane leidinglengte Kombi kompakt HR 22 A en Kombi kompakt HR
28 A
Luchttoevoer- en verbrandingsgasafvoerleiding: samen 70 m, exclusief de lengte van
de combidoorvoer.
Toegestane leidinglengte Kombi kompakt HR 28/24 A en Kombi Kompakt
HR 36/30 A
Luchttoevoer- en verbrandingsgasafvoerleiding: samen 60 m, exclusief de lengte van
de combidoorvoer.
Verbrandingsgasafvoer- en luchttoevoerleiding
Voor de montage, zie § 5.7 Montage algemeen
Montage combidoorvoer-verticaal
1.
Monteer een verticale doorvoerpan met schaal op de plaats van uitmonding op
een schuin dak.
Op een plat dak moet een plakplaat voor een pijp ø 126 mm aangebracht
worden.
2.
Demonteer het spruitstuk van de combidoorvoer.
3.
Schuif de combidoorvoer van buiten naar binnen:
Bij een schuin dak door de verticale doorvoerpan met schaal.
Bij een plat dak door de plakplaat.
4.
Monteer het spruitstuk van de combidoorvoer en borg deze met een
plaatschroef of popnagel.
Intergas Verwarming BV
28