Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Warmwater-Installatie Aansluiten; Toestel Met Naverwarming Zonneboiler - Intergas Kombi Kompakt HR 22 A Installatievoorschrift

Verberg thumbnails Zie ook voor Kombi Kompakt HR 22 A:
Inhoudsopgave

Advertenties

5.2 Warmwater-installatie aansluiten

1.
Spoel de installatie goed schoon.
2.
Monteer indien voorgeschreven een inlaatcombinatie.
3.
Monteer de koud- en warmwaterleiding (A en B) aan de montagebeugel.
Opmerkingen
Bij de instellingen "aan" en "eco" voldoet het toestel aan de Gaskeur CW eisen.
De specifieke leidinglengte bij een leiding diameter 12/10 mm bedraagt voor de
Kombi kompakt HR 22 A 24,25 meter, voor de Kombi kompakt HR 28 A en Kombi
kompakt HR 28/24 A 30,0 meter en voor de Kombi kompakt HR 36/30 A 27,6
meter. Bij een leiding diameter van 15/13 mm bedraagt deze voor de Kombi kompakt
HR 22 A 14,35 meter, voor de Kombi kompakt HR 28 A en Kombi kompakt HR
28/24 A 17,7 meter en voor de Kombi kompakt HR 36/30 A 16,2 meter.
Als het toestel alleen voor de warmwatervoorziening wordt gebruikt, kan de
verwarmingsfunctie met de servicecode op het bedieningspaneel uitgeschakeld
worden. De CV-installatie behoeft dan niet aangesloten of gevuld te worden.
Als het toestel tijdens de winter buiten bedrijf wordt gesteld en van het lichtnet
afgesloten wordt, moet het sanitairwater afgetapt worden om bevriezing te
voorkomen. Neem hiervoor de tapwateraansluitingen onder het toestel los.
In de Kombi kompakt HR 22 A zit een doseerventiel met een nominale waarde van 6
liter/min. In de Kombi kompakt HR 28 A en Kombi kompakt HR 28/24 A zit een
doseerventiel met een nominale waarde van 7,5 liter/min. De Kombi kompakt HR 36/30
A is voorzien van een doseerschijf-vervangingsring.
Bij de Kombi kompakt HR 36/30 A zijn bij hoge waterdrukken grotere volumestromen
mogelijk. Om bij de Kombi kompakt HR 36/30 A een uitstroomtemperatuur van 60°C
te garanderen dient de warmwaterinstallatie op 9 liter/min ingesteld te worden.
Het doseerventiel dient verwijderd te worden indien de waterdruk voor het doseerventiel
lager is dan 0,8 bar. De doorstroming dienst daarna met behulp van een reduceerventiel
ingesteld te worden.
Het doseerventiel dient te worden gereinigd of te worden vervangen indien de waterdruk
voor het doseerventiel hoger is dan 0,8 bar en de volumestroom lager is dan de
nominale waarde.
Weerstandgrafiek tapcircuit toestel
A. Kombi kompakt HR 22 A
B. Kombi kompakt HR 28 A en Kombi kompakt HR 28/24 A
C. Kombi Kompakt 36/30
X. Waterleidingdruk (Bar)
Y. Debiet (L/min, tolerantie ± 10 %).
5.2.1

Toestel met Naverwarming Zonneboiler

Het toestel is voorzien van het NZ-label: geschikt voor "Naverwarming Zonneboiler".
Hiervoor is op bestelling een aansluitset en een thermostatisch mengventiel
beschikbaar.
Aansluitschema Naverwarming Zonneboiler
A. Toestel
B. Zonneboiler
C. Koud water
D. Inlaatcombinatie
E. T max 85°C
F. Warm water
G. Thermostatisch mengventiel 35° - 65°C (instellen op ca. 62,5°C)
H. Warm water gemengd
K. Koudwatersensor S4
Opmerking
De koudwatersensor S4 dient op kroonsteen X4 9/10 van de branderautomaat te worden
aangesloten. In combinatie met een zonne-energiesysteem moet er na het toestel altijd
een thermostatisch mengventiel geplaatst worden, ingesteld op ca. 62,5°C.
De ombouwset Naverwarmen Zonneboiler kan worden besteld bij Intergas (art.nr.:
090347)
Een thermostatisch mengventiel kan besteld worden bij Intergas (art.nr.: 842177).
Intergas Verwarming BV
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave