Installatie van de
hoofdbesturingsmodule
voltooien
(vervolg)
3. Kast/rek–installatie
E 1991 Nordson Corporation
Alle rechten voorbehouden
2. Installeer de module in de kast of het rek, gebruik de bijbehorende
bevestigers in de open sleuven aan de zijkanten van het frontpaneel.
3. Sluit als volgt de luchtslangen aan op de snelkoppelingen aan het
achterpaneel:
Functie
Luchttoevoer
Fluïdisatielucht
Stuurlucht
Zie afbeeldingen 3-2 t/m 3-5 voor veel voorkomende installatiewijzen en
slangaansluitingen.
4. Sluit de modulekastaarde aan op de rek– of kastaarde. Controleer of
alle pistoolbesturingsmodules en de hoofdbesturingsmodule
deugdelijk zijn aangesloten aan de kast– of rekaarde, en of de kast–
of rekaarde correct is aangesloten op een deugdelijke
aardeverbinding.
PAS OP: Alle apparatuur in de spuitruimte dient te zijn geaard
en de aardeaansluitingen moeten regelmatig worden
gecontroleerd. Vonken afkomstig van niet–geaarde apparatuur
kunnen brand of explosie veroorzaken.
De besturingskast (of –rek) wordt afgeleverd met al geïnstalleerde
hoofdbesturingsmodule, pistoolbesturingsmodules en componenten voor
luchtbediening en met alle interne elektrische bedrading en luchtslangen
al aangesloten. De kast kan snel en gemakkelijk in of nabij de
spuitruimte worden opgesteld en aangesloten aan de andere
componenten van het poederspuitsysteem.
1. Plaats de besturingskast of –rek op een locatie waar deze
gemakkelijk toegankelijk is en op een maximale afstand van 5 meter
vanaf de voorraadhoppers en de poederpompen.
2. Controleer de luchtslangaansluitingen naar de
hoofdbesturingsmodule en de pistoolbesturingsmodules.
3. Sluit de luchttoevoerslang aan op de snelkoppelingen
onder–/achteraan het rek of onderaan de modulekast. Vrouwelijke
snelkoppelingen voor
leverbaar. Zie het hoofdstuk Onderdelen .
213 631A
Uitgave 01/91
Slangdiameter
3
1
/
inch en
/
inch binnnendiameter slang zijn
4
2
Installatie
3-7
6 mm
4 mm
4 mm
Handleiding 37-12