Advertenties
Alarm
2. Aansluitpunten
achterpaneel
FLUID
FLUID
(FLUÏDISATIE)
(FLUÏDISATIE)
PILOT AIR
(STUURLUCHT)
SUPPLY AIR
EXHAUST AIR
(LUCHT-
(AFBLAASLUCHT)
TOEVOER)
Afb. 2-3
Aansluitpunten achterpaneel
E 1991 Nordson Corporation
Alle rechten voorbehouden
Er is een optioneel extern alarm met een zoemer en een amberkleurig
knipperlampje leverbaar. Na installatie informeert dit lampje de operator
wanneer het ladingsignaal van één of meer automatische pistolen daalt
tot onder het alarmniveau dat bij de pistoolbesturingsmodules is
ingesteld.
Aansluitpunten aan het achterpaneel zijn o.a.:
S
Veertien (14) afgedichte gaten (uit te breken) voor voedings– en
signaalkabels naar de pistoolbesturingsmodules.
S
Afgedicht gat voor bedrading van een optioneel extern lage–lading
alarm.
S
Afgedicht gat voor elektriciteitsleiding voor netvoeding.
S
Afgedicht gat voor bedrading van externe triggervoorziening.
S
Afgedicht gat voor bedrading van afzuigventilatorbeveiliging.
S
Afgedicht gat voor bedrading van transportbandbeveiliging.
S
Afgedicht gat voor afblaaslucht vanaf magneetklep.
S
Tapeind voor aardeaansluiting modulekast.
S
Snelkoppelingen voor luchtslangen: twee voor fluïdisatielucht–uit
(4 mm), één voor stuurlucht–uit (4 mm) en één voor luchttoevoer–in
(6 mm).
11
10
9
8
CONV.
FAN
ALARM
INTERLOCK
INTERLOCK
(TRANSP.
(VENTILATOR
BAND
BEVEILIGING)
BEVEILIGING)
213 631A
Uitgave 01/91
7
6
5
4
CABINET
GROUND
(KAST AARDE)
14
13
12
Beschrijving
2-3
3
2
1
EXT. TRIGGER MAIN POWER
(NETVOEDING)
3712003A
Handleiding 37-12
Advertenties
