Installatie
5
Installatie
5.1
Opstelling
5.2
Voorbereidende werkzaamheden
5.3
Montage
12
Gevaar door afbreken van de turbopomp
In het geval van een plotseling blokkeren van de rotor kan een draaimoment tot
4200 Nm optreden, dat bij een verkeerde bevestiging kan leiden tot het afbreken van de
turbopomp. De daarbij vrijkomende energie kan de volledige pomp of inwendige
brokstukken van de pomp door de ruimte slingeren. Daarbij kan zeer ernstig letsel,
eventueel dodelijk letsel en ernstige materiële schade worden veroorzaakt.
De installatievoorschriften in deze gebruikershandleidingen nauwgezet opvolgen.
Uitsluitend oorspronkelijke onderdelen van Pfeiffer Vacuum (accessoires) voor de in-
stallatie gebruiken.
Gevaar door onveilige elektrische installaties
De exploitant is verantwoordelijke voor het veilige bedrijf na de installatie.
Het apparaat niet eigenhandig ombouwen of wijzigen.
Voor veilige integratie in een noodstop veiligheidscircuit zorgen.
Pfeiffer Vacuum raadplegen voor speciale vereisten.
Installatie en gebruik van accessoires
Pfeiffer vacuümpompen kunnen worden uitgerust met een reeks accessoires. De ins-
tallatie, bediening en het onderhoud van aangesloten apparatuur worden beschreven in
de gebruikershandleidingen van de afzonderlijke componenten.
Zie hoofdstuk "Accessoires" voor informatie over de bestelnummers van componen-
ten.
Uitsluitend oorspronkelijke accessoires gebruiken.
Bij het opstellen van de pomp dient men zich aan de volgende voorwaarden te houden:
● De voor het toepassingsgebied genoemde vomgevingscondities.
● Vloerverankering van de pomp is uitsluitend in overleg met Pfeiffer Vacuum toege-
staan.
● Het gebruik in installaties waarvan schokbelastingen en trillingen of periodieke krach-
ten invloed hebben op de apparatuur is niet toegestaan.
Zorgen voor voldoende koeling voor de turbopomp.
Bij magneetvelden > 6 mT een geschikte afscherming gebruiken. De opstellingsplaats
controleren en indien nodig overleggen met Pfeiffer Vacuum!
De maximaal toelaatbare rotortemperatuur voor de turbopomp is 90 °C. Bij voor het
proces noodzakelijke optredende hoge temperaturen mag het opgewekte thermische
vermogen 4.2 W niet worden overschreden. Indien nodig geschikte afschermplaten
installeren (informatie op aanvraag).
● Bij het monteren van alle hoogvacuümonderdelen zorgen voor de hoogstmogelijke
reinheid. Vuile onderdelen verlengen de uitpomptijd.
● Alle flensonderdelen moeten bij de installatie vetvrij, stofvrij en droog zijn.
● Het bedrijfsvloeistofreservoir is reeds op de turbopomp HiPace 700 gemonteerd en
gevuld.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING