• Plaats geen papier boven de "
" markering (5) op de papiergeleider.
6
Zet de papiergeleider tegen het papier.
7
Controleer of het formaat van het geplaatste papier overeenkomt met de stand
van de knop voor het papierformaat.
• Als het papierformaat en het ingestelde papierformaat niet met elkaar overeenkomen, treedt een fout op en
kan er niet worden afgedrukt.
8
Plaats de papiercassette terug in de printer.
9
Als u media gebruikt waarvan u het papierformaat niet kunt selecteren met de
opties voor het kiezen van het papierformaat, zet u de draaiknop op [Other
(Andere)] en vervolgens [Custom Size (Aangepast formaat)] op het
bedieningspaneel en voert u de breedte en lengte van het papier in.
Zie "Afdrukken op papier met een aangepast formaat (Uitgebreide gids)".
Als het papierformaat op de draaiknop te vinden is, zoals A3 en A4, stelt u [Cassette
Size (Cassetteformaat)] in. De standaardinstelling is [Cassette Size (Cassetteformaat)]
en u hoeft de standaardinstelling niet te wijzigen.
Open een bestand dat u wilt afdrukken en print het af volgens de volgende procedure
• Voor PCL-printerstuurprogramma voor Windows
1
Selecteer [Print (Afdrukken)] in het [File (File)] menu.
2
Klik op [Preferences (Voorkeuren)] (of [Property (Eigenschappen)]).
3
Selecteer een papierformaat bij [Size (Formaat)] op het tabblad [Setup
(Instellingen)].
4
Selecteer [Tray 1 (Lade 1)] van [Source (Bron)].
5
Klik op [OK (OK)].
- 60 -
4. Afdrukken