Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
4.4.6
Functie onderhoud
Het apparaat is uitgerust met een controle-indicatie om aan
het vervangen van de filtervulling te herinneren. Als er geen
circulatiefilter gebruikt wordt, heeft de controle-indicatie
geen betekenis.
De controlelamp brandt telkens na 1000 ventilator-
bedrijfsuren. Door de controle-indicatie uit te schakelen,
wordt de urenteller opnieuw gestart.
Toets
Functie
Het symbool brandt als de filtervulling moet
worden vervangen.
, „6.2 Onderhoud" (pagina 34).
Na het verversen van de filtervulling:
1 De menu-toets aanraken.
1 De schuifregelaar langer dan 3 seconden
aanraken op de positie onder het symbool.
2 De urenteller start opnieuw.
4.4.7
Functie chefkok
Functie voor het instellen van de kookzones op een
opgeslagen kookniveau. De indicatie van de panherkenning
is bij deze functie uitgeschakeld.
Instellingen bij de eerste start van de functie:
2 De kookzone linksvoor start met vermogensniveau 8.
2 De kookzone linkssachter start met vermogensniveau 6.
2 De kookzone rechtsachter start met vermogensniveau 2.
2 De kookzone rechtsvoor start met vermogensniveau 4.
Bij gebruik van deze functie worden de laatst gebruikte
instellingen permanent opgeslagen. Bij de volgende start van
de functie zijn de opgeslagen instellingen weer actief.
De toegang gebeurt na het aanraken van de menu-toets,
het betreffende symbool wordt weergegeven.
Toets
Functie
1 De schuifschaal bij de positie onder het
symbool aanraken.
2 De vier indicaties van de kookzones
knipperen kort het woord „C-H-E-F".
2 De kookzones zijn gereed voor het koken
met de opgeslagen vermogensniveaus.
Voor het uitschakelen van de functie:
1 De menu-toets aanraken.
1 De schuifschaal bij de positie onder het
symbool aanraken.
28
4.4.8
Functie pandetectie-automaat
Functie voor automatische detectie, als kookgerei op een
kookzone wordt geplaatst. Bij detectie kan de geselecteerde
kookzone direct worden bediend via de schuifschaal.
In de toestand bij levering is de functie geactiveerd.
De toegang gebeurt na het aanraken van de menu-toets,
het betreffende symbool wordt weergegeven.
Toets
Functie
1 De schuifschaal bij de positie onder het
symbool aanraken.
2 Het symbool brandt zwak.
2 De pandetectie-automaat is uitgeschakeld.
Voor het weer inschakelen van de functie:
1 De schuifschaal bij de positie onder het
symbool opnieuw aanraken.
2 Het symbool brandt sterk.
4.4.9
Functie geluidssterkte
Functie voor het instellen van de geluidssterkte van de
akoestische signalen. De toegang gebeurt na het aanraken
van de menu-toets, het betreffende symbool wordt
weergegeven.
Toets
Functie
1 De schuifschaal bij de positie onder het
symbool aanraken.
Instellen van de geluidssterkte met de
schuifschaal:
2 Directe keuze door aantikken van het
vermogensniveau.
2 Veegbeweging naar rechts, voor het
verhogen van de geluidssterkte.
2 Veegbeweging naar links, voor het
verlagen van de geluidssterkte.
Voor het verlaten van de functie en het
opslaan van de ingestelde waarde:
1 De menu-toets aanraken.
6006540_a – 12.01.2023
Advertenties
Inhoudsopgave
