28 van 56
www.ksb-onderdelen.nl
5 Opstelling/Inbouw
Afb. 16: Aansluitvarianten
5.4 Elektrisch systeem
5.4.1 Instructies voor de uitvoering van de schakelinstallatie
Voor de elektrische aansluiting van het pompaggregaat moeten de bijgevoegde
"elektrische aansluitschema's" worden aangehouden.
Het pompaggregaat wordt met elektrische aansluitkabels geleverd en is bedoeld
voor direct starten.
AANWIJZING
Bij het leggen van een kabel tussen de schakelinstallatie en het aansluitpunt van
het pompaggregaat moet worden gelet op een voldoende aantal aders voor de
sensoren. De doorsnede moet minimaal 1,5 mm² bedragen.
De motoren kunnen op laagspanningsnetten met een nominale spanning en
spanningstolerantie conform IEC 38 of op andere stroomnetten of
voedingsinstallaties met nominale spanningstoleranties van max. ±10% worden
aangesloten.
5.4.1.1 Overbelastingsbeveiliging
1. Het pompaggregaat met een thermisch vertraagde overbelastingsbeveiliging
volgens IEC 947 en de regionaal geldende voorschriften tegen overbelasting
beveiligen. (ð Hoofdstuk 9.4, Pagina 52)
2. De overbelastingsbeveiliging instellen op de nominale stroom die op het
typeplaatje is gespecificeerd.
5.4.1.2 Niveauregeling
LET OP
Daling tot onder het minimale vloeistofniveau van het te verpompen medium
Beschadiging van het pompaggregaat door cavitatie!
▷ Het vloeistofniveau van het te verpompen medium mag nooit lager zijn dan
het minimumniveau.
Voor automatisch bedrijf van het pompaggregaat in een bekken is een
niveauregeling vereist.
Het gespecificeerde minimumniveau van het te verpompen medium in acht nemen.
5.4.1.3 Sensoren
GEVAAR
Bedrijf van een onvolledig aangesloten pompaggregaat
Beschadiging van het pompaggregaat!
▷ Een pompaggregaat nooit met onvolledig aangesloten elektrische
aansluitkabels of niet goed werkende bewakingsvoorzieningen starten.
Amarex N S 32-160
T +31(0)294-4577122
info@pompdirect.nl