8 Aanpassing aan de CV-installatie
7.14.3 Warmwaterbereiding controleren
Geldigheid: Product alleen met CV-bedrijf
1.
Zorg ervoor dat de boilermodus warmte vraagt.
2.
Roep de Live monitor op.
◁
Als de boiler correct geladen wordt, verschijnt op het
display S.24.
3.
Als u een thermostaat aangesloten hebt waarop u de
warmwatertemperatuur kunt instellen, dan zet u de
warmwatertemperatuur op de CV-ketel op de maximaal
mogelijke temperatuur.
4.
Stel de gewenste temperatuur voor de aangesloten
boiler aan de thermostaat in.
◁
Het product neemt de op de thermostaat ingestelde
gewenste temperatuur over.
8
Aanpassing aan de CV-installatie
Om de belangrijkste systeemparameters nog eens in te stel-
len, gebruikt u het menupunt Toestel configuratie.
Menu → Installateurniveau → Toestelconfiguratie
Of start handmatig nog eens de installatieassistent.
Menu → Installateurniveau → Start inst. ass.
Instelmogelijkheden zijn te vinden in het Diagnosemenu.
Menu → Installateurniveau → Diagnosemenu
Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 34)
8.1
Branderwachttijd
Om het frequent in- en uitschakelen van de brander en hier-
door energieverlies te vermijden, wordt steeds na het uit-
schakelen van de brander voor een bepaalde tijd een elek-
tronische herinschakelblokkering geactiveerd. De brander-
wachttijd is alleen voor CV-bedrijf actief. De warmwaterfunc-
tie wordt tijdens een lopende branderwachttijd niet beïnvloed
door de tijdsinstelling (fabrieksinstelling: 20 min).
8.1.1
Branderwachttijd instellen
Navigeer naar Menu → Installateurniveau → Diagno-
1.
semenu → D.002 Max. wachttijd verwarming en be-
vestig met
.
2.
Stel de branderwachttijd in en bevestig met
T
Ingestelde maximale branderwachttijd [min]
aanvoer
(ge-
wenst)
1
5
[°C]
30
2,0
4,0
35
2,0
4,0
40
2,0
3,5
45
2,0
3,0
50
2,0
3,0
55
2,0
2,5
60
2,0
2,0
65
2,0
1,5
70
2,0
1,5
22
.
10
15
20
25
30
8,5
12,5
16,5
20,5
25,0
7,5
11,0
15,0
18,5
22,0
6,5
10,0
13,0
16,5
19,5
6,0
8,5
11,5
14,0
17,0
5,0
7,5
9,5
12,0
14,0
4,5
6,0
8,0
10,0
11,5
3,5
5,0
6,0
7,5
9,0
2,5
3,5
4,5
5,5
6,5
2,0
2,5
2,5
3,0
3,5
T
Ingestelde maximale branderwachttijd [min]
aanvoer
(ge-
wenst)
1
5
[°C]
75
2,0
1,0
T
Ingestelde maximale branderwachttijd
aanvoer
(ge-
[min]
wenst)
35
40
[°C]
30
29,0
33,0
35
25,5
29,5
40
22,5
26,0
45
19,5
22,5
50
16,5
18,5
55
13,5
15,0
60
10,5
11,5
65
7,0
8,0
70
4,0
4,5
75
1,0
1,0
8.1.2
Resterende branderwachttijd terugzetten
Alternatief 1 / 2
1.
▶
Navigeer naar het Menu → Reset wachttijd.
◁
Op het display verschijnt de actuele brander-
wachttijd.
▶
Druk op
, om de branderwachttijd te resetten.
Alternatief 2 / 2
1.
▶
Druk op
.
8.2
Onderhoudsinterval instellen
Navigeer naar Menu → Installateurniveau → Diagno-
1.
semenu → D.084 Onderhoud over en bevestig met
.
2.
Stel het onderhoudsinterval (bedrijfsuren) tot aan het
volgende onderhoud in en bevestig met
Warmte-
Aantal
vraag
personen
1 ‑ 2
5,0 kW
2 ‑ 3
1 ‑ 2
10,0 kW
2 ‑ 3
2 ‑ 3
15,0 kW
3 ‑ 4
3 ‑ 4
20,0 kW
4 ‑ 5
3 ‑ 4
25,0 kW
4 ‑ 6
3 ‑ 4
> 27,0 kW
4 ‑ 6
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC plus 0020243848_01
10
15
20
25
30
1,0
1,0
1,0
1,0
1,0
45
50
55
60
37,0
41,0
45,0
49,5
33,0
36,5
40,5
44,0
29,0
32,0
35,5
38,5
25,0
27,5
30,5
33,0
21,0
23,5
25,5
28,0
17,0
19,0
20,5
22,5
13,0
14,5
15,5
17,0
9,0
10,0
11,0
11,5
5,0
5,5
6,0
6,5
1,0
1,0
1,0
1,0
.
Richtwaarden van de bran-
derbedrijfsuren tot aan de
volgende inspectie en het
volgende onderhoud in een
gemiddelde bedrijfstijd van
een jaar (afhankelijk van het
type installatie)
1.050 h
1.150 h
1.500 h
1.600 h
1.800 h
1.900 h
2.600 h
2.700 h
2.800 h
2.900 h
3.000 h
3.000 h