Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Parameterinstelling In De Akoestische Modi; Handmatige Instelling Van De Sensorgevoeligheid; Automatische Instelling Van De Sensorgevoeligheid7; Keuze Van Filtervoorinstellingen - Trotec LD6000 Bedieningshandleiding

Combi-lekdetector
Inhoudsopgave

Advertenties

7.1. Parameterinstelling in de akoestische modi

7.1.1. Handmatige instelling van de sensorgevoeligheid

24-01-11 17:00
11 17:00
1
2
2
3
3
4
4
% 0
10
20
20
%
0
600
Voor het instellen van de gevoeligheid van de op het meetapparaat aangesloten
microfoon, in het meetweergavescherm navigeren naar het symbool voor het
instellen van de sensorgevoeligheid
Het venster voor het instellen van de sensorgevoeligheid opent.
Op een schaal van 0 tot 100 % wordt de actuele versterkingsfactor voor uw
microfoon weergegeven. Deze kunt u nu door het draaien aan de rechter draaiknop
of direct door het verschuiven van de schaalbalk met uw vinger op het touchscreen
op de gewenste gevoeligheid instellen.
De optimale gevoeligheidswaarde is bereikt, als de links in het venster
weergegeven controlebalk
, zoals weergegeven, tot de helft rood wordt weer-
gegeven.
Wilt u het venster verlaten, zonder de gevoeligheidswaarde te wijzigen, druk dan
op de knop annuleren.
Voor het bevestigen van een uitgevoerde instelling, drukken op de rechter
draaiknop of knop annuleren. Alternatief kunt u uw keuze ook direct op het
touchscreen door het drukken op het symbool voor het instellen van de
sensorgevoeligheid
bevestigen.
Belangrijk: Bij elke verandering van de gevoeligheidsinstelling,
wordt de actuele meetreeks gewist!
De ingestelde gevoeligheid wordt op het meetweergavevenster in het symbool
voor het instellen van de sensorgevoeligheid
de vorm van een tachometergrafiek weergegeven.
7.1.2. Automatische instelling van de sensorgevoeligheid
Naast het handmatig instellen, beschikt de LD6000 ook over een automatische
functie voor het zelfstandig instellen van de optimale sensorgevoeligheid.
Voor het gebruik van de automatische functie, in het meetweergavescherm
navigeren naar het symbool voor het instellen van de sensorgevoeligheid
dit activeren en uw keuze bevestigen.
Het venster voor het instellen van de sensorgevoeligheid
Druk op de opname-knop en deze ingedrukt houden, tot een akoestische
signaalreeks klinkt.
Het akoestische signaal geeft aan dat de versterking nu automatisch optimaal
is ingesteld.
Voor het sluiten van het instelvenster, drukken op de rechter draaiknop of op de
knop annuleren. Alternatief kunt u het venster ook direct op het touchscreen
door het drukken op het symbool voor het instellen van de sensorgevoeligheid
sluiten.
7.1.3. Keuze van filtervoorinstelling
Voor akoestische lekdetectie zijn drie voorgedefinieerde filterinstellingen
selecteerbaar, bovendien kan elk filterbereik tijdens de meting individueel worden
gewijzigd.
NL
Menu
Menu
Help
Help
5
5
6
6
7
7
8
8
9
9
10
10
30
40
50
60
70
80
90 100
Hz
%
1200
, dit activeren en uw keuze bevestigen.
altijd numeriek en daarnaast in
opent.
Bedieningshandleiding LD6000
24-01-11 17: 00
1
2
Save
Save
20
%
0
Om een van de drie voorgedefinieerde filterinstellingen te selecteren, in het meet-
weergavescherm navigeren naar het symbool voor de filtermodus
0
en uw keuze bevestigen. Het venster voor het kiezen van de filtervoorinstellingen
opent.
Er kan uit drie voorinstellingen worden gekozen:
• Armaturen
Voorgedefinieerd is een frequentiebereik van 0 tot 2.000 Hz met een
hoogdoorlaatfilter van 200 Hz en een laagdoorlaatfilter van 800 Hz,
optimaal voor het beluisteren van armaturen en hydranten.
• Grond
Voorgedefinieerd is een frequentiebereik van 0 tot 1.000 Hz met een
hoogdoorlaatfilter van 50 Hz en een laagdoorlaatfilter van 400 Hz,
optimaal voor het beluisteren leidingtrajecten. Bij de eerste keer in gebruik
nemen is deze instelling vanuit de fabriek voorgeselecteerd.
• Gebruiker
Deze voorinstelling maakt gebruik van het filterbereik, dat u volgens uw per-
soonlijke filtervoorkeuren via het instellingenmenu frequentiebereik heeft
voorgedefinieerd (zie hoofdstuk 6.4.5). In de geleverde toestand is een
frequentiebereik van 0 tot 1.200 Hz met een hoogdoorlaatfilter van 100 Hz
en een laagdoorlaatfilter van 800 Hz vooringesteld.
Voor het instellen in het venster voor de gewenste voorinstelling
navigeren. Uw keuze activeren en bevestigen door het drukken op de rechter
draaiknop. Het venster sluit en het symbool van de gekozen filterinstelling wordt
als actueel filtermodus-symbool
Wilt u het venster verlaten, zonder de filterinstelling te wijzigen, druk dan op de
knop annuleren.
Belangrijk: Bij elke verandering van de filterinstelling,
wordt de actuele meetreeks gewist!
Naast de vooringestelde filters kunt u bij alle meet-modi voor akoestische lekdetectie
altijd de vooringestelde filterfrequenties handmatig aanpassen tussen de
verschillende metingen door. Hiervoor de instructies in hoofdstuk 7.7. volgen.
,

7.1.4. Instellen van geluidssterkte

24-01-11 17: 00
24-01-11 17:00
1
1
2
2
% 0
10
20
30
20
%
0
Afhankelijk van de vooringestelde gehoorbeschermingsintensiteit (zie hoofdstuk
6.4.6) kunt u de geluidsterkte van de koptelefoon aanpassen.
Menu
3
3
4
4
5
5
6
6
7
7
8
8
Mode
Fittings
Ground
User
Hz
500
1000
weergegeven.
Menu
Menu
3
3
4
4
5
5
6
6
7
7
8
8
40
50
60
70
80
90 100
Hz
600
1200
Help
Save
9
9
10
10
%
, dit activeren
,
of
Help
Help
Save
9
9
10
10
%
7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave