In tabel 6 staat het gedrag van de integra�eweerstanden systeem en sanitair vermeld in alle gevallen van de
werking van de machine.
TABEL 6. WERKING INTEGRATIEWEERSTANDEN
NR.
STATUS
WERKING
VERWARME
1
VERWARMEN
N+SAN
VERWARME
2
SANITAIR
N+SAN
3
KOELEN+SAN
SANITAIR
4
KOELEN+SAN
KOELEN
9.11.1 OFFSETBEHEER VAN DE HULPSYSTEMEN
Tenslo�e kan worden bepaald dat ketel en/of integra�eweerstanden (a�ankelijk van de geselecteerde
bronnen en prioriteiten) in modus "verwarmen" of sanitair een setpoint hebben dat hoger is dan van de
warmtepomp. Dit wordt verkregen door een offset op de setpoints in te stellen:
r29: Offset temperatuur voor ketel en weerstanden systeem eerste setpoint (G02);
-
r30: Offset temperatuur voor ketel en weerstanden systeem tweede setpoint (G05);
-
-
r31: Offset temperatuur voor ketel en weerstanden sanitair (G03).
Op deze manier stopt de warmtepomp bij het ingestelde setpoint (G02, G03, G05) en komt het
temperatuurverschil, a�ankelijk van de ingestelde offset, ten laste van de ketel en/of de weerstanden.
9.12 SIGNALERINGEN
Als de func�e dubbel setpoint niet ac�ef is, kan één van de volgende signaleringen worden geconfigureerd.
9.12.1 SEIZOEN SYSTEEM
Het is mogelijk om een digitale uitgang te configureren om het werkingsseizoen van de machine,
systeemzijde te signaleren.
De uitgang is ac�ef in zomermodus, terwijl hij in de stand OFF of warm gedeac�veerd is.
Tijdens de sanitaire produc�e en de ontdooiing behoudt de uitgang de instelling van het oorspronkelijke seizoen.
I/O-bron (Parameter)
DO7 ac�veerbaar via
9.12.2 ALARM
Het is mogelijk om een spanningsuitgang te configureren die de aanwezigheid van een alarm signaleert.
INTEGRATIEWEERSTAND SYSTEEM
Werkt zoals aangeduid in de TABELLEN 1,2,3 en
4.
Alleen als alle 3 de voorwaarden zijn geverifieerd:
-de uitgang voor weerstand integra�e systeem
geconfigureerd;
-r24=1/3;
-externe
temperatuursensor
systeemwater aanwezig en geconfigureerd;
de integra�eweerstand systeem wordt alleen
geac�veerd in de volgende gevallen:
-
na r12 minuten vanaf de start van de
telling geac�veerd in de eerdere
bedrijfsmodus "VERWARMEN" (zie
regel nr.1);
-
indien niet al een telling geac�veerd in
de
eerdere
"VERWARMEN", na r12 minuten vanaf
de aanvraag van de thermoregeling.
- In SANITAIR, met niet geconfigureerde externe
sensor, wordt de weerstand integra�e systeem
gedeac�veerd of worden eventuele tellingen
onderbroken.
- Met contact "on-off extern" open wordt de
integra�eweerstand systeem gedeac�veerd.
Niet ac�veerbaar
Niet ac�veerbaar
Waarde
31
H85
INTEGRATIEWEERSTAND SANITAIR
In "VERWARMEN+SAN" hee� de thermoregeling
sanitair standaard voorrang op die van het systeem,
daarom als de thermoregeling dit vereist, schakelt de
machine over op de werking "SANITAIR" en de
integra�eweerstand sanitair gedraagt zich zoals
aangeduid in de TABELLEN 1,2,3 en 4.
van
het
Werkt zoals aangeduid in de TABELLEN 1,2,3 en 4.
bedrijfsmodus
Werkt zoals aangeduid in TABEL 5.
Niet ac�veerbaar
Func�e
Signalering seizoen systeem
28