Inhoudsopgave
Advertenties
3.
5.
3 kg
600 g
WAARSCHUWING!
Gevaar voor vallen
Zuigelingweegschalen worden meestal op ver-
hoogde werkvlakken geplaatst. Wanneer de zui-
geling van het werkvlak valt, kan hij ernstige,
irreversibele of dodelijke verwondingen oplopen.
– Controleer of het apparaat stevig en vlak
staat.
– Installeer de aansluitsnoeren (indien
aanwezig) zodanig dat de gebruiker er niet
over kan struikelen.
– Laat de zuigeling nooit zonder toezicht.
3. Verschuif het grote schuifgewicht tot de ruiterbalk
bij benadering in evenwicht is.
De wijzer en de contrawijzer moeten bij benadering
op dezelfde hoogte zijn.
4. Wacht tot de ruiterbalk niet meer pendelt.
OPGELET!
Foutieve meting door wrijvingskracht
Wanneer u de weegschaal aanraakt, wordt het
gewicht niet correct gemeten.
– Controleer of u de weegschaal niet aanraakt
terwijl de ruiterbalk pendelt.
5. Verschuif het kleine schuifgewicht tot de ruiterbalk
exact in evenwicht is.
De wijzer en de contrawijzer moeten exact op
dezelfde hoogte zijn.
6. Wacht tot de ruiterbalk niet meer pendelt.
OPGELET!
Foutieve meting door wrijvingskracht
Wanneer u de weegschaal aanraakt, wordt het
gewicht niet correct gemeten.
– Controleer of u de weegschaal niet aanraakt
terwijl de ruiterbalk pendelt.
7. Lees het gewicht van de zuigeling af:
– Aantal kilo's op het grote schuifgewicht
aflezen (hier: 3 kg = 3.000 g)
– Aantal gram op het kleine schuifgewicht
aflezen (hier: 600 g)
– Tel beide waarden op (hier: 3.600 g)
Nederlands
Bediening • 97
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
