Deksel met filter eraf schroeven.
Filter met schoon water of perslucht rei-
nigen.
In omgekeerde volgorde weer in elkaar
zetten.
Alle 500 bedrijfsuren, minstens
jaarlijks
Laat het onderhoud van het apparaat
uitvoeren door de klantenservice.
Olie vervangen.
Olieverversing
Instructie:
Oliehoeveelheid en -soort zie „Technische
gegevens".
Bevestigingsschroef van de apparaatkap
losdraaien, apparaatkap verwijderen.
Olieaftapschroef vooraan op de motor-
behuizing losdraaien.
Olie in opvangbak aflaten.
Olieaflaatschroef indraaien.
Nieuwe olie langzaam vullen; luchtbel-
len moeten ontsnappen.
Deksel van het oliereservoir aanbrengen.
Apparaatkap bevestigen.
Hulp bij storingen
GEVAAR
Verwondingsgevaar door onverwacht star-
tend apparaat en elektrische schok
– Voor alle werkzaamheden aan het ap-
paraat moet het apparaat uitgeschakeld
en de stekker uitgetrokken worden.
– Laat elektrische onderdelen enkel con-
troleren en repareren door de geautori-
seerde klantenservice.
– Raadpleeg bij storingen die in dit hoofd-
stuk niet worden vermeld, in geval van
twijfel en bij een uitdrukkelijke instructie
de geautoriseerde klantenservice.
Controlelampje
Het controlelampje geeft bedrijfstoestan-
den (groen) en storingen (rood) aan.
Terugstellen:
Apparaatschakelaar op „0" stellen.
Kort wachten.
Apparaatschakelaar op "I" zetten.
Bedrijfstoestandenindicatie
– Lampje brandt continu groen:
apparaat is bedrijfsklaar.
– 1 keer knipperen groen:
bedrijfsklaarheid na 30 minuten afgelo-
pen.
Het apparaat is na 30 minuten continue
werking uitgeschakeld (veiligheid bij
opengebarsten hogedrukslang).
Storingsindicatie
– 1 keer knipperen rood:
hogedrukkant ondicht.
Hogedrukslang, slangverbindingen en
handspuitpistool op dichtheid controle-
ren.
– 2 keer knipperen rood:
motor te heet.
Apparaatschakelaar op „0" stellen.
Apparaat laten afkoelen.
Apparaatschakelaar op „I" stellen.
– 3 keer knipperen rood:
Fout in de spanningtoevoer.
Netaansluiting en netzekeringen con-
troleren.
– 4 keer knipperen rood:
Stroomopname te groot.
Klantendienst raadplegen.
Apparaat draait niet
bedrijfsklaarheid is afgelopen. Contro-
lelampje knippert groen. Apparaat uit-
en opnieuw inschakelen.
Aansluitkabel controleren op schade.
Bij een elektrisch defect moet de klan-
tendienst geraadpleegd worden.
Apparaat komt niet op druk
Sproeier op „Hogedruk" stellen.
Sproeier reinigen/vervangen.
Fijn filter reinigen, zo nodig vernieuwen.
Apparaat ontluchten (zie „Inbedrijfstel-
ling").
Watertoevoerhoeveelheid controleren
(zie Technische gegevens).
Alle toevoerleidingen naar de pomp
controleren.
Indien nodig de klantendienst raadple-
gen.
NL
– 7
47