AANWIJZING
Als de Universal Terminal of de Task Controller
niet op de AmaTron 4 moeten worden uitgevoerd,
kunnen de Universal Terminal of de Task
Controller worden gedeactiveerd.
AUX-N-invoerapparaten kunnen alleen op de
bedieningsterminal met UT-nummer 1 worden
geconfigureerd.
Als de AmaTron 4 de enige aangesloten
bedieningsterminal is, dan neemt het apparaat
automatisch het UT-nummer en het TC-nummer
van de AmaTron 4 over.
Als naast de AmaTron 4 andere
bedieningsterminals zijn aangesloten, geldt
het volgende:
Als bedieningsterminals met hetzelfde UT-
nummer of TC-nummer zijn aangesloten,
kiest de AmaTron 4 automatisch een vrij UT-
nummer en TC-nummer. In dit geval wordt een
melding getoond.
Om de apparaatbesturing en de
opdrachtdocumentatie op de gewenste
bedieningsterminal uit te voeren, moeten
het UT-nummer en het TC-nummer in de
apparaatbesturing zijn geconfigureerd.
Het aangesloten apparaat kiest de
bedieningsterminal met het UT-nummer en het
TC-nummer, waarvoor het apparaat het laatst
was geconfigureerd.
1. Kies in het set-up-menu "ISOBUS".
MG6010-NL-NL | Q.1 | 23.08.2022 | © AMAZONE
10 | ISOBUS configureren
CMS-I-00000170
43