6.2 Grenswaarden van werkbereik
24 / 54
5
Op aanvraag zijn bij lagere druk hogere temperaturen mogelijk.
6
Als de omgevingstemperatuur de waarde overschrijdt of als de motor meer dan 1000 m boven de zeespiegel
is geplaatst, is de motorkoeling minder effectief. Er kan een dienovereenkomstige aanpassing van het
motorvermogen noodzakelijk zijn. De motorbelasting is afhankelijk van de opstellingshoogte boven de
zeespiegel of van de omgevingstemperatuur. Duijvelaar Pompen B.V. is beschikbaar voor gedetailleerde
aanbevelingen.
7
Schommelingen kunnen ervoor zorgen dat het motorvermogen aangepast moet worden. Duijvelaar Pompen
B.V. is beschikbaar voor gedetailleerde aanbevelingen.
8
Pompen die voor bedrijf bij 50 Hz zijn bestemd, mogen niet op 60 Hz worden aangesloten.
9
Bij motoren > 11 kW: 200 starts
4. Ontluchtingsventiel B sluiten.
5. Peil van het te verpompen medium blijven controleren en minimum vloeistofpeil van het
te verpompen medium controleren.
6. Afsluiter aan perszijde volledig openen.
GEVAAR
Overschrijden van de gebruiksgrenzen
Beschadiging van het pompaggregaat!
▷ De bedrijfsgegevens die in het gegevensblad staan vermeld, in acht
nemen.
▷ Bedrijf onder de Q
▷ Het pompaggregaat nooit buiten de volgende grenswaarden laten werken.
Tab. 6 [TPG-20210029-B]: Specificatie van het bedrijfsgebied
Criterium
Temperatuur van te verpompen medium [°C]
6)
Omgevingstemperatuur [°C]
Maximale bedrijfsdruk
7)
Viscositeit [cSt]
7)
Dichtheid [kg/m³]
8)
Frequentie [Hz]
Maximaal aantal starts per uur
Toegestane korrelgrootte
- grenswaarde vermijden.
min
Bedrijfsgebied
5)
-10 tot 120
-20 tot 40
Zie typeplaatje [ð Hoofdstuk 4.4, Pagina 16]
1 - 100
1000 - 2500
10 - 60
300
9)
0,5 µm - 1 mm