13
Geef het faxnummer op met het toetsenblok.
Opmerking: u kunt maximaal 64 nummers opgeven.
14
Druk op
om de instelling op te slaan.
15
Druk twee keer op
16
Druk herhaaldelijk op
17
Druk op
.
18
Druk herhaaldelijk op
19
Druk op
.
20
Druk herhaaldelijk op
21
Druk op
.
22
Geef de datum op met het toetsenblok.
23
Druk op
.
24
Geef de tijd op met het toetsenblok.
25
Druk op
.
26
Als de waarde voor het uur dat u opgeeft 12 of lager is, drukt u herhaaldelijk op
verschijnt.
27
Druk op
om de instelling op te slaan.
Voettekst voor faxen instellen
1
Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen.
2
Druk op .
3
Druk herhaaldelijk op
4
Druk op
.
5
Druk herhaaldelijk op
6
Druk op
.
7
Druk herhaaldelijk op
8
Druk op
.
9
Druk herhaaldelijk op
10
Druk op
.
11
Tijdens de installatie van de printer wordt u gevraagd de datum en de tijd op te geven. Ga als volgt te werk als u
deze informatie nog niet hebt opgegeven:
a
Druk twee keer op
b
Druk herhaaldelijk op
c
Druk op
.
d
Druk herhaaldelijk op
.
of
tot Extra verschijnt.
of
tot App.instlng wordt weergegeven.
of
tot Datum/tijd verschijnt.
of
tot Faxinstellingen wordt weergegeven.
of
tot Fax afdrukken wordt weergegeven.
of
tot Voettekst fax wordt weergegeven.
of
tot Aan wordt weergegeven.
.
of
tot Extra verschijnt.
of
tot App.instlng wordt weergegeven.
Fax gebruiken
35
of
tot AM, PM of 24uur