4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
Wanneer u [
] selecteert
U kunt de brandpuntpositie instellen door de groep AF-zones te
selecteren.
De 49 AF-zones zijn in groepen verdeeld waarvan ieder uit
9 zones bestaat (uit 6 of 4 zones op de rand van het scherm).
1
Druk op 2 (
2
Selecteer [
] en druk op 4.
3
Druk op 3/4/2/1 om een AF-zonegroep te selecteren.
4
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
•
Alleen de weergave van [i] (middelpunt van de geselecteerde
groep) zal op het beeldscherm blijven.
•
De instelling van het kader van de AF-zone wordt geannuleerd als
op [MENU/SET] gedrukt wordt of [
Wanneer u [
] selecteert
U kunt de scherpstelpositie op precieze wijze instellen door het scherm te vergroten.
•
De focuspositie kan niet op de rand van het beeldscherm ingesteld worden.
1
Druk op 2 (
2
Selecteer [
] en druk op 4.
3
Druk op 3/4/2/1 om de focuspositie in te stellen en
druk vervolgens op [MENU/SET].
4
Beweeg [+] naar de positie die scherp gesteld moet
worden.
Knopbediening Aanraakbediening
3/4/2/1
s
[DISP.]
•
Als het beeld in de venstermodus weergegeven wordt, kunt u het beeld ongeveer 3
vergroten/verkleinen; als het beeld op het volledige scherm weergegeven wordt, kunt u het
beeld ongeveer 3
•
U kunt ook opnames maken door [
5
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
).
).
Aanraken
Beweegt [+].
Open-/
Vergroot/verkleint het scherm met kleine stappen.
dichtknijpen
s
Vergroot/verkleint het scherm met grote stappen.
Schakelt naar de vergrote weergave (venstermodus/
volledig scherm)
[Reset]
Plaatst [+] terug naar het midden.
k
k
tot 10
vergroten/verkleinen.
] aangeraakt wordt.
Beschrijving van de bediening
] aan te raken.
99
Voorbeelden van een groep
k
k
tot 6