3. Opnamemodussen
Opnemen van beelden door het veranderen van de helderheid of de
kleurtoon
Opnamefunctie:
Instelling helderheid
∫
1
Druk op [
].
2
Draai aan de modusknop op de achterkant om de
helderheid in te stellen.
•
U kunt de instelling van de belichtingsbracket aanpassen
door op 3/4 te drukken terwijl het instellingenscherm van
de helderheid weergegeven wordt.
•
Druk op [
] om terug te keren naar het opnamescherm.
Kleurinstelling
∫
1
Druk op 1 om het instellingenscherm weer te geven.
2
Draai aan de modusknop op de achterkant om de
kleur in te stellen.
•
Druk op [MENU/SET] om naar het opnamescherm terug te
keren.
Verander de instellingen door het aanraakscherm te
∫
gebruiken
1 Raak [
] aan.
2 Raak het item aan dat u wenst in te stellen.
[
]: Kleurtoon
[
]: Helderheid
3 Versleep de schuifbalk om in te stellen.
•
Druk op [MENU/SET] om naar het opnamescherm terug te
keren.
•
De instelling voor kleur zal opnieuw de fabriekswaarden (centrumpunt) aannemen wanneer dit
toestel uitgeschakeld wordt of als de camera op een andere opnamemodus gezet wordt.
(P142)
65
OFF
OFF
+1
+1
- 5 - 5 - 4 - 4 - 3 - 3 - 2 - 2 - 1 - 1 0 0
+1 +1 +2 +2 +3 +3 +4 +4 +5 +5
A A
B B B