2.
Niveaus voor licht/schaduw
1
2
Licht verwijst naar het lichtste punt in een gescand beeld terwijl
schaduw naar het donkerste punt verwijst. Door de functies voor
licht en schaduw samen te gebruiken kunt u het kleurenbereik
vergroten en meer details laten zien in een grijs beeld of
kleurenbeeld.
Schaduw (1):het donkerste punt in een beeld.
Gamma (2):de middentinten in een beeld.
Licht (3):het lichtste punt in een beeld.
Aanwijzer (4):verplaats deze om de waarde te wijzigen.
Wanneer de gammawaarde verandert, verandert het beeld zoals
hieronder afgebeeld.
1
1. Gammawaarde: 1,0;
2. Gammawaarde: 1,4;
3. Gammawaarde: 2,0
4
2
Bediening > 84
3
3