L
L1-cache — Primaire cache opgeslagen in de processor.
L2-cache — Secundaire cache die zich buiten de
processor kan bevinden of zijn ingebouwd in de
processorarchitectuur.
LAN — local area network — Een computernetwerk dat
een klein gebied beslaat. Een LAN wordt doorgaans
slechts gebruikt door een gebouw of door een aantal
gebouwen in de buurt. Een LAN kan over een willekeurige
afstand worden aangesloten op een andere LAN via
telefoonlijnen en radiogolven om een WAN (wide area
network) te vormen.
LCD — liquid crystal display (beeldscherm met vloeibare
kristallen) — De technologie die gebruikt wordt bij
beeldschermen van draagbare computers en flat-
panelmonitoren.
LED — light-emitting diode (licht afgevende halfgeleider)
— Een elektronisch onderdeel dat licht afgeeft om de status
van de computer aan te duiden.
leesmij-bestand — Een tekstbestand in een softwarepakket
of hardwareproduct. Leesmij-bestanden bieden gewoonlijk
installatiegegevens en beschrijven verbeteringen of correcties
van nieuwe producten die nog niet zijn vastgelegd.
lokale bus — Een gegevensbus die een snelle doorvoer van
apparaten naar de processor.
LPT — line print terminal (printerpoort) — De toewijzing
van een parallelle verbinding met een printer of andere
parallel apparaat.
LVDS — low-voltage differential signaling (differentiële
signalering met laag voltage)
M
map — Een term die gebruikt wordt om de ruimte op de
schijf of op het station te beschrijven waarin bestanden
worden georganiseerd en gegroepeerd. Bestanden in een
map kunnen op diverse manieren worden weergegeven en
gerangschikt, zoals alfabetisch, op datum en op grootte.
Mb — megabit — Een eenheid van geheugenchipscapaciteit
die gelijk is aan 1024 Kb.
190
Termenlijst
MB — megabyte — Een eenheid van gegevensopslag die
gelijk is aan 1.048.576 bytes. 1 MB is gelijk aan 1024 KB.
Wanneer het aantal GB verwijst naar de opslag op vaste
schijf, wordt dit vaak afgerond tot 1.000.000 bytes.
Mbps — megabits per seconde — Een miljoen bits per
seconde. Deze eenheid wordt doorgaans gebruikt voor
overdrachtssnelheden voor netwerken en modems.
MB/sec — megabytes per seconde — Een miljoen bytes
per seconde. Deze eenheid wordt doorgaans gebruikt voor
gegevensoverdrachtspecificaties.
mediahouder — Een houder die apparaten ondersteunt,
zoals optische stations, een tweede batterij of een Dell
TravelLite™-module.
MHz — megahertz — Een frequentie-eenheid die gelijk
is aan 1 miljoen cycli per seconde. De snelheden voor
computerprocessors, bussen en interfaces worden vaak in
MHz uitgedrukt.
Minikaart — Een kleine kaart ontworpen voor
ingebouwde randapparatuur, zoals communicatie-NIC's.
De minikaart heeft dezelfde functies als een standaard
PCI-uitbreidingskaart.
Mini-PCI — Een standaard voor ingebouwde
randapparatuur waarbij de nadruk wordt gelegd op
communicatie, zoals modems en NIC's. Een mini-PCI-
kaart is een kleine externe kaart met dezelfde functies als
een standaard PCI-uitbreidingskaart.
modem — Een apparaat waarmee de computer via
analoge telefoonlijnen met andere computers kan
communiceren. Er zijn drie typen modems: extern, als
PC-kaart en intern. U gebruikt uw modem doorgaans om
verbinding te maken met het internet en om te e-mailen.
modulehouder — Zie mediahouder.
MP — megapixel — Een eenheid voor de afbeeldingsresolutie
die gebruikt wordt voor digitale camera's.
ms — milliseconde — Een eenheid van tijd die gelijk is
aan een duizendste van een seconde. Toegangstijden van
opslagapparaten worden vaak aangeduid in ms.