Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

BFT THALIA P Installatievoorschriften pagina 78

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen
  • NL

Beschikbare talen

  • DUTCH, pagina 72
Logica
Definitie
Handhaving
BLOC PERSIST
blokkering
Druk aanslag
PRESS SWC
sluiting
Ice functie
ICE
1 motor actief
1 MOT. O N
Omkering
OPEN IN
openingsrichting
OTHER DIRECT.
Configuratie
van de
veiligheidsingang
SAFE 1
SAFE 1.
72
Configuratie
van de
veiligheidsingang
SAFE 2
SAFE 2.
74
Configuratie
van de
veiligheidsingang
SAFE 3
SAFE 3.
77
Configuratie
van de
veiligheidsingang
SAFE 4
SAFE 4.
79
Configuratie
van de
veiligheidsingang
SAFE 5
SAFE 5.
82
Configuratie
van de
veiligheidsingang
SAFE 6
SAFE 6.
84
Configuratie van
de commando-
IC 1
ingang IC 1.
61
Configuratie van
de commando-
IC 2
ingang IC 2.
62
Configuratie van
de commando-
IC 3
ingang IC 3.
64
Configuratie van
de commando-
IC 4
ingang IC 4.
65
Configuratie
uitgang AUX 0.
AUX 0
20-21
Configuratie van
de uitgang AUX 1.
AUX 1
22-23
Configuratie van
de uitgang AUX 2.
AUX 2
24-25
Configuratie van
de uitgang AUX 3.
AUX 3
26-27
78 -
THALIA P
INSTALLATIEHANDLEIDING
Uitgevoerde
Default
instelling
aanvinken
0
Logica niet actief
Als de motoren langer dan een uur stil blijven staan in positie van volledige opening of volledige sluiting,
worden ze 3 seconden lang geactiveerd in de richting van de aanslag. Deze handeling wordt ieder uur
0
uitgevoerd.
1
N.B.: Het doel van deze functie is om bij de hydraulische motoren de eventuele verlaging van het olievolume
te compenseren, te wijten aan de temperatuurverlaging tijdens langere pauzes , bijvoorbeeld 's nachts of te
wijten aan interne lekkages.
BELANGRIJK - Deze functie niet gebruiken in afwezigheid van geschikte mechanische stopnokken.
De beweging wordt uitsluitend stopgezet door de activering van de sluitingsaanslag; in dit geval is het
0
noodzakelijk te zorgen voor een precieze afstelling van de sluitingsaanslag (Fig. G, Ref. B).
Te gebruiken bij aanwezigheid van mechanische sluitnok.
Met deze functie wordt de druk van de vleugels op de mechanische nok geactiveerd, zonder dat dit door de
0
amperostop-sensor als obstakel wordt beschouwd.
1
De slag van de stang gaat enkele seconden verder, na de interceptie van de aanslag of tot de mechanische
nok. Op deze wijze, door de activering van de sluitingsaanslagen iets eerder uit te voeren, wordt de perfecte
aanslag van de vleugels op de stopaanslag verkregen (Fig. G, Ref. A).
0
De grens voor activering van de amperostop-beveiliging behoudt de ingestelde waarde.
De centrale voert automatisch bij ieder opstarten een compensatie uit van de grens voor activering van het
obstakelalarm.
Controleren of de waarde van de botsingskracht gemeten in de punten voorzien door de norm
0
1
EN12445, lager is dan hetgeen aangegeven in de norm EN 12453. In geval van twijfel secundaire
veiligheidsinrichtingen gebruiken.
Deze functie is nuttig in geval van installaties die met lage temperaturen werken.
LET OP: na het activeren van deze functie is het noodzakelijk een autoset-manoeuvre uit te voeren.
0
Beide motoren actief (2 vleugels).
0
1
Alleen motor 1 actief (1 vleugel).
0
Standaard werking (Zie Fig. G, Ref. C).
0
1
De openingsrichting wordt omgekeerd t.o.v. de standaard werking (Zie Fig.G, Ref. D)
0
Ingang geconfigureerd als Phot, fotocel.
0
1
Ingang geconfigureerd als Phot test, trusted fotocel.
2
Ingang geconfigureerd als Phot op, fotocel alleen actief bij opening.
3
Ingang geconfigureerd als Phot op test, trusted fotocel alleen actief bij opening.
6
4
Ingang geconfigureerd als Phot cl, fotocel alleen actief bij sluiting.
5
Ingang geconfigureerd als Phot cl test, trusted fotocel alleen actief bij sluiting.
6
Ingang geconfigureerd als Bar, gevoelige rand.
2
7
Ingang geconfigureerd als Bar, trusted gevoelige rand.
8
Ingang geconfigureerd als Bar 8k2 (Niet actief op SAFE 3,4,5,6).
4
Ingang geconfigureerd als een Bar OP, gevoelige rand met omkering uitsluitend geactiveerd tijdens het openen.
*
9
Tijdens het sluiten wordt de beweging gestopt.
Ingang geconfigureerd als een Bar OP TEST, gecontroleerde gevoelige rand met omkering uitsluitend geacti-
*
10
veerd tijdens het openen. Tijdens het sluiten wordt de beweging gestopt.
Ingang geconfigureerd als een Bar OP 8k2, gevoelige rand met omkering uitsluitend geactiveerd tijdens het
*
openen. Tijdens het sluiten wordt de beweging gestopt.
0
11
(Niet actief op SAFE 3,4,5,6)
Ingang geconfigureerd als een Bar CL, gevoelige rand met omkering uitsluitend geactiveerd tijdens het sluiten.
*
12
Tijdens het openen wordt de beweging gestopt.
Ingang geconfigureerd als een Bar CL TEST, gecontroleerde gevoelige rand met omkering uitsluitend geactiveerd
*
13
tijdens het sluiten. Tijdens het openen wordt de beweging gestopt.
6
Ingang geconfigureerd als een Bar CL 8k2, gevoelige rand met omkering uitsluitend geactiveerd tijdens het
*
sluiten. Tijdens het openen wordt de beweging gestopt.
14
(Niet actief op SAFE 3,4,5,6)
0
Ingang geconfigureerd als Start E.
0
1
Ingang geconfigureerd als Start I.
2
Ingang geconfigureerd als Open.
4
3
Ingang geconfigureerd als Close.
4
Ingang geconfigureerd als Ped.
2
5
Ingang geconfigureerd als Timer.
3
6
Ingang geconfigureerd als Voetgangerstimer.
0
Uitgang geconfigureerd als 2e Radiokanaal.
6
1
Uitgang geconfigureerd als SCA, Verklikkerlichtsignaal Hek Open.
2
Uitgang geconfigureerd als commando Hulplicht.
3
3
Uitgang geconfigureerd als commando Plaatselijke Verlichting.
4
Uitgang geconfigureerd als Traplicht
5
Uitgang geconfigureerd als Alarm
1
6
Uitgang geconfigureerd als Knipperlicht
7
Uitgang geconfigureerd als Klikslot
8
Uitgang geconfigureerd als Magneetslot
0
9
Uitgang geconfigureerd als Onderhoud
10
Uitgang geconfigureerd als Zwaailicht en Onderhoud.
Opties

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Thalia

Inhoudsopgave