Pagina 1
XTREME 24 XTREME 30 XTREME 36 INSTALLATIEVOORSCHRIFT Hoog Rendement Gaswandketel Lees voor het installeren en gebruik van het toestel dit installatievoorschrift zorgvuldig door. Bewaar dit installatievoorschrift bij het toestel. Handel altijd volgens de aangegeven voorschriften.
INHOUDSOPGAVE Toelichting en veiligheidsvoorschriften Algemene toelichting ......................4 1.1.1 Pictogrammen in het installatievoorschrift .
Pagina 3
5.8.5 Dakuitmonding en luchttoevoer vanuit de gevel C53 ................37 5.8.6 Luchttoevoer vanuit de gevel en een dakuitmonding met gemeenschappelijk afvoersysteem C83 5.8.7...
(strikt) naleven van de veiligheidsvoorschriften en - instructies, dan wel door onachtzaamheid tijdens het installeren van het Intergas toestel en de eventueel bijbehorende accessoires. Intergas Verwarming BV zoekt voortdurend naar manieren om de kwaliteit van haar producten te waarborgen en waar nodig te verbeteren.
Aan de Intergas Xtreme zijn de labels HR, CW, SV en NZ toegekend. Comfort Warmwater klasse 3 [Xtreme 24]: Dit houdt in dat de Xtreme 24 voldoet bij de bereiding van warm tapwater aan CW klasse 3. Hiermee is de Xtreme 24 geschikt voor: ►...
Intergas Verwarming BV efficiency klasse (voor CV en warm tapwater), geluidsniveau en vermogen. De Intergas Xtreme is voorzien van een A-label voor zowel CV als warm tapwater. Daarnaast voldoet de Intergas Xtreme aan een XXL capaciteitsprofiel voor tapwater.
Dit houdt in dat het vermogen wordt aangepast aan de gewenste warmtebehoefte. In de aluminium warmtewisselaar zijn twee van elkaar gescheiden koperen circuits geïntegreerd. Daarnaast is de Intergas Xtreme voorzien van een 2e warmtewisselaar (warmte-terugwin-unit). Deze 2e warmtewisselaar is geïntegreerd in de rookgasafvoer van het toestel waarmee het rendement op tapwater verder verhoogd wordt.
Bedieningspaneel Het toestel is voorzien van een volledig geïntegreerd touchscreen bedieningspaneel dat informatie weergeeft over de bedrijfstoestand van het toestel. Er kunnen symbolen (toetsen), cijfers, punten en/of letters worden weergegeven. De toetsen lichten op zodra deze bedienbaar zijn. Zie voor uitgebreide bedieningsmogelijkheden §7. OPMERKING ►...
Knelring Ø15 (3x) Ø22 (2x) Accessoires Originele Intergas accessoires zijn separaat bij de reguliere groothandel te bestellen. Instructies over het op de juiste wijze monteren en gebruiken van deze accessoires worden bij bestelling meegeleverd en worden derhalve niet in dit installatievoorschrift behandeld.
Opstellingsruimte Het toestel dient aan een wand gemonteerd te worden die voldoende draagkracht heeft om de ketel, gevuld met water, te kunnen dragen. Bij het toestel dient er op maximaal 1 meter afstand een wandcontactdoos met randaarde voorhanden te zijn en dient er een mogelijkheid te zijn om de condensafvoer van het toestel op het riool aan te sluiten.
4.2.2 Frontpaneel afnemen/monteren Voor diverse werkzaamheden aan het toestel dient het frontpaneel van het toestel verwijderd te worden. Ga hierbij als volgt te werk: ► Draai de beide (verliesvrije) inbusschroeven (1) onder het toestel los m.b.v. een inbussleutel 5 mm. ►...
7. Monteer de luchttoevoer en de rookgasafvoer (zie §5.6). OPMERKING ► De Intergas Xtreme is voorzien van een specifiek bij dit toestel behorende sifonbeker. Let op dat bij een eventuele vervanging de juiste uitvoering wordt besteld.
AANSLUITEN CV-installatie aansluiten ► Spoel de CV-installatie goed schoon. Aanvoer: ► Monteer de aanvoerleiding met behulp van een Ø22 mm knelaansluiting aan de montagebeugel. ► Monteer in deze leiding een overstortventiel van 3 bar op een afstand van maximaal 500 mm van het toestel. Tussen het toestel en het overstortventiel mag zich geen afsluiter of vernauwing bevinden.
5.1.3 LT/HT zone systeem Het is mogelijk om de CV-installatie op te delen in 2 groepen met een verschillende stooktemperatuur, bijvoorbeeld een hoog temperatuur zone (HT) met radiatoren en een laag temperatuur zone (LT) met vloerverwarmingssysteem zonder eigen circulatiepomp. Beide zones moeten beschikken over een eigen ruimtethermostaat.
5.1.4 Opdeling CV-installatie in groepen bij aanwezigheid extra warmtebron Werkingsprincipe Indien de kamerthermostaat de CV-ketel uitschakelt doordat een andere verwarmingsbron de ruimte opwarmt, is het mogelijk dat de overige ruimten afkoelen. Dit kan worden voorkomen door de CV-installatie op te delen in twee groepen.
► Monteer de warmwaterleiding met behulp van een Ø15 mm knelaansluiting aan de montagebeugel Opmerkingen ► Voor de Xtreme 24 bedraagt de specifieke leidinglengte bij een leidingdiameter 12/10 mm 23,5 meter en voor de Xtreme 30 en Xtreme 36 bedraagt deze 30,0 meter.
Het toestel is geschikt om in combinatie met een warmtepompboiler toegepast te worden. Indien de uitstroomtemperatuur van een warmtepompboiler lager is dan 55°C, zorgt de Intergas Xtreme ervoor dat het tapwater uit de warmtepompboiler onder HR condities wordt naverwarmd. Werkingsprincipe:...
100mm). Hierdoor wordt voorkomen dat het toestel bij iedere tapvraag in bedrijf komt. Beïnvloeding waterstromen: Om te voorkomen dat de flow door de Intergas Xtreme tijdens het omschakelen van het ventiel wordt beïnvloed, dient de warm tapwater-uit leiding van de combinatie rechtdoor te lopen (zie aansluitschema [F]).
► De wandcontactdoos dient goed toegankelijk te zijn. ► Wanneer het netsnoer vervangen moet worden, dient deze bij Intergas besteld te worden. Indien er werkzaamheden aan het elektrisch circuit uitgevoerd dienen te worden: ► Neem de steker uit de wandcontactdoos.
Kamerthermostaat aansluiten Het toestel is geschikt voor het aansluiten van de volgende kamerthermostaten: ► OpenTherm (OT) thermostaat. ► Aan/uit thermostaat. ► RF thermostaat, zie §7.1.4. 5.5.1 Modulerende OpenTherm thermostaat aansluiten Het toestel is standaard voorzien van een OpenTherm aansluiting. Hierdoor kunnen zonder verdere aanpassingen modulerende OpenTherm thermostaten worden aangesloten.
5.5.3 Buitentemperatuurvoeler aansluiten Het toestel is voorzien van een aansluiting voor een Intergas buitentemperatuurvoeler. De buitentemperatuurvoeler dient in combinatie met een aan/uit of OpenTherm kamerthermostaat toegepast te worden. In principe kan elke willekeurige aan/uit of OpenTherm kamerthermostaat gecombineerd worden met een Intergas buitenvoeler.
PC aansluiten 5.5.7 Incomfort® Het is mogelijk om de Xtreme met de Intergas Incomfort® set (optioneel verkrijgbaar) te combineren. Deze set bestaat uit een LAN2RF gateway en een aansluitset. De LAN2RF gateway zorgt voor verbinding tussen een internetrouter en het toestel, waarna middels de Incomfort®...
Rookgasafvoer en luchttoevoer ► Zie voor het installeren van het rookgasafvoer- en luchttoevoermateriaal de bij het materiaal ingesloten handleiding. Neem contact op met de fabrikant van het desbetreffende rookgasafvoer- en luchttoevoermateriaal voor uitgebreide technische informatie en specifieke montagevoorschriften. ► Alleen roestvaststaal of kunststof (PP T120) rookgasafvoermateriaal is toegestaan.
Leidinglengten Naarmate de weerstand van de rookgasafvoer- en luchttoevoerleidingen toeneemt zal het vermogen van het toestel afnemen. De toegestane vermogensafname bedraagt maximaal 5%. De weerstand van de luchttoevoer en de rookgasafvoer is afhankelijk van de lengte en diameter van het leidingsysteem en alle bijbehorende componenten.
Algemene indeling rookgasafvoer OPMERKING ► Boven- en nevenstaande schematische tekeningen dienen als voorbeeld en kunnen op details afwijken van de werkelijke situatie.
Pagina 29
C(12)3 C(10)3 C(11)3 C(12)3 C(10)3 C(12)3 C(11)3 C(10)3 C(11)3 C(12)3 Toelichting bij rookgasafvoersystemen Cat. Toelichting volgens CE Gemeenschappelijke concentrisch luchttoevoer- rookgasafvoerkanaal (CLV) onder overdruk. C(10)3/ Alleen toestellen waarbij C(10)3/C(11)3 op de typeplaat staat aangegeven mogen volgens deze C(11)3 categorie worden aangesloten. Toestel geschikt om te worden aangesloten op een zogenaamd half CLV-systeem (= gemeenschappelijk rookgasafvoer) onder overdruk.
één of twee standaard leidingen (Ø80 mm). Toelaatbare leidinglengte Luchttoevoer- en rookgasafvoerleiding inclusief de lengte van de tweepijpsdoorvoer. Toestel Lengte Intergas Xtreme 24 100 m Intergas Xtreme 30 85 m Intergas Xtreme 36 80 m Montage tweepijpsdoorvoer ►...
Pagina 33
Montage tweepijps verlengpijp(en) t.b.v. de balkongalerij uitmonding Als de vrije uitmonding wordt gehinderd door een dakoverstek, balkon, galerij of anders, moeten de luchttoevoerleiding en rookgasafvoerleiding verlengd worden tot minimaal de voorzijde van het overstekende deel. Als de luchttoevoer niet verstoord kan worden door obstakels, zoals een console of scheidingsmuurtje en als de uitmonding zich niet aan de rand van een gebouw bevindt, behoeft de luchttoevoerleiding niet verlengd te worden.
Zie voor het beugelen §5.8.12. Toegestane leidinglengten ► Tweepijps Luchttoevoer- en rookgasafvoerleiding samen, exclusief de lengte van de combidoorvoer. Toestel Lengte Intergas Xtreme 24 100 m Intergas Xtreme 30 85 m Intergas Xtreme 36 80 m ► Concentrisch Luchttoevoer- en verbrandingsgasafvoerleiding samen, exclusief de lengte van de combidoorvoer.
Zie voor het beugelen §5.8.12. Toegestane leidinglengte ► Tweepijps Luchttoevoer- en rookgasafvoerleiding samen, exclusief de lengte van de combidoorvoer. Toestel Lengte Intergas Xtreme 24 100 m Intergas Xtreme 30 85 m Intergas Xtreme 36 80 m ► Concentrisch Luchttoevoer- en verbrandingsgasafvoerleiding excl. de lengte van de combidoorvoer.
Ø80 mm. ► Zie voor het beugelen §5.8.12. Toegestane leidinglengte bij Ø80 mm Luchttoevoer- en rookgasafvoerleiding: Toestel Lengte Intergas Xtreme 24 105 m Intergas Xtreme 30 90 m Intergas Xtreme 36 85 m Montage prefabschoorsteen De uitmonding kan op een willekeurige plaats in het schuine of platte dakvlak gemaakt worden.
► Maak op de plaats van de toevoer een sparing van Ø90 mm. ► Kort de luchttoevoerleiding in op de gewenste lengte uit de muur. ► Monteer het Intergas inlaatrooster en bevestig dit aan de pijp. ► Schuif de luchttoevoerleiding in de sparing en dek de sparing, indien noodzakelijk, af met een rozet.
926187 Aantal Diameter rookgasafvoer toestellen Xtreme 24 Xtreme 30 Xtreme 36 Opmerking Het gemeenschappelijk afvoersysteem is in combinatie met het toestel gekeurd. Bij toepassing van een gemeenschappelijk rookgasafvoersysteem dient het toestel voorzien te zijn van een terugslagklep rookgassen. Gemeenschappelijke rookgasafvoer De uitmonding van de rookgasafvoer kan op een willekeurige plaats in het schuine dakvlak gemaakt worden, mits de uitmonding in het dakvlak dezelfde oriëntatie heeft als de luchttoevoer in de gevel.
Aantal art.nr. 926187 Diameter rookgasafvoer toestellen Xtreme 24 Xtreme 30 Xtreme 36 Opmerking Het gemeenschappelijk afvoersysteem is in combinatie met het toestel gekeurd. Bij toepassing van een gemeenschappelijk rookgasafvoersysteem dient het toestel voorzien te zijn van een terugslagklep rookgassen. Gemeenschappelijke rookgasafvoer De uitmonding van de rookgasafvoer kan op een willekeurige plaats in het schuine dakvlak gemaakt worden, mits de uitmonding in het dakvlak dezelfde oriëntatie heeft als de luchttoevoer in de gevel.
Zie voor het beugelen §5.8.12. Aantal Xtreme 24 Xtreme 30 Xtreme 36 toestellen RGA = Rookgasafvoer, LTV = Luchttoevoer BELANGRIJK ► Indien er meer dan 20 toestellen aangesloten worden dienen de diameters van het CLV systeem te allen tijde bij Intergas opgevraagd te worden.
Zie voor het beugelen §5.8.12. Aantal Xtreme 24 Xtreme 30 Xtreme 36 toestellen RGA = Rookgasafvoer, LTV = Luchttoevoer BELANGRIJK ► Indien er meer dan 20 toestellen aangesloten worden dienen de diameters van het CLV systeem te allen tijde bij Intergas opgevraagd te worden.
5.8.11 Vrij in de markt verkrijgbare rookgasafvoerdelen C63 De eigenschappen van de gasverbranding van het toestel bepalen de keuze van het aansluit- en afvoerkanaal: temperatuur, druk, chemische samenstelling, condensvorming en de aanwezigheid van roet. De normen EN 1443, EN 1856-1 en EN 1856-2 voorzien de indeling van de aansluit- en afvoerkanalen al naargelang hun weerstand t.o.v.
Pagina 43
Maatvoering rookgasafvoermateriaal: De rookgasafvoerdelen dienen te voldoen aan de volgende maatvoering: Parallel Concentrisch 80/125 Concentrisch 60/100 RGA / LTV Ø 80 mm Ø 80 mm Ø 125 mm Ø 60 mm Ø 100 mm +0,3 +0,3 +0,3 Ø 80 Ø 80 Ø...
5.8.12 Beugelen rookgasafvoer en luchttoevoer BELANGRIJK VOORZICHTIG ► Deze voorschriften gelden voor ► Het is niet toegestaan om zowel concentrische als parallelle beugels van verschillende rookgasafvoersystemen. fabrikanten door elkaar te ► Het rookgasafvoersyteem dient te worden gebruiken. bevestigd aan een stevige constructie. ►...
Pagina 45
BELANGRIJK ► Onderstaande voorbeelden gelden voor zowel parallel als concentrisch beugelen. element na 1 bocht element na 1 bocht...
IN BEDRIJF STELLEN Het bedieningspaneel gebruiken Tikken Aanraken en 2 seconden vasthouden 2sec Voorbereidende werkzaamheden 6.2.1 Vullen en ontluchten CV-installatie ► Steek de steker van het toestel in een wandcontactdoos. Er kan kortstondig een op het rechter display te zien zijn, betekenende dat de aangesloten sensoren gecontroleerd worden.
Pagina 47
► Ontlucht het toestel met de handontluchter. ► Ontlucht de installatie met de ontluchters op de radiatoren. ► Vul de installatie bij indien de druk door het ontluchten te ver is gedaald. ► Sluit de waterkraan en de vul-/aftapkraan. ► Verwijder de vulslang. Hier kan wat water bij vrijkomen. Handontluchter ►...
► Instrueer de eindgebruiker over het vullen en ontluchten en de werking van de verwarming en de warm tapwater voorziening. ► Overhandig het bedieningsvoorschrift en garantiekaart "voor klant" aan de eindgebruiker. Garantiebewijs Intergas HR-ketel Type/Serienr. Datum installatie: Voor de ‘Garantiebepalingen Volgens geldende voorschriften Intergas HR-ketels’...
Opmerkingen ► Het toestel is voorzien van een branderautomaat die de brander ontsteekt, de vlam continu bewaakt en de modulerende pomp en ventilator aanstuurt, bij iedere warmtevraag van de verwarming of van de warm tapwatervoorziening. ► De circulatiepomp gaat bij iedere warmtevraag voor de verwarming draaien.
INSTELLING EN AFREGELING Het functioneren van het toestel is te beïnvloeden door de diverse (parameter)instellingen in de branderautomaat. Aan de hand van een aantal specifieke menu's kunnen deze instellingen via het display gemaakt en gewijzigd worden. Een deel van de instellingen zijn alleen bereikbaar na het ingeven van de installateurscode (zie §7.1.5 en §7.2) ►...
7.1.2 Tapwater menu Het tapwater menu kent 2 instellingen en is bereikbaar door vanuit het hoofdmenu op het tapwater symbool te tikken. Via het tapwater menu ► is de tapwater temperatuur te wijzigen ► is de tapcomfortfunctie te wijzigen De volgende toetsen zullen oplichten: ►...
7.1.3 CV menu Het CV menu kent 2 instellingen en is bereikbaar door vanuit het hoofdmenu op het CV symbool te tikken. Via het CV menu ► is de maximale temperatuur van het CV water te wijzigen ► kan er toegang tot het RF menu verkregen worden. De volgende toetsen zullen oplichten: ►...
Pagina 53
Om een RF kamerthermostaat toe te wijzen: 1. Raak het CV symbool aan en hou 2 seconden vast. 2. De methode van toewijzing is afhankelijk van het CV menu soort kamerthermostaat en wordt beschreven in de 2sec installatie- en bedieningsvoorschriften van de draadloze kamerthermostaat.
7.1.5 Service menu Het service menu is bereikbaar door vanuit het hoofdmenu de service toets aan te raken en deze 2 seconden vast te houden. Via het service menu: ► kunnen de testprogramma's geactiveerd worden ► kan er toegang verkregen worden tot de (installateurs) Hoofdmenu parameters.
Pagina 55
(Installateurs)parameters De (installateurs)parameters van de branderautomaat zijn in de fabriek ingesteld volgens de tabel in §7.2. Deze parameters kunnen alleen met de installateurscode gewijzigd worden. De installateurscode wordt op het linker display weergegeven en wordt voorafgegaan door de letter De parameters worden eveneens op het linker display weergegeven en worden voorafgegaan door de letter Om een parameter te wijzigen: (bijvoorbeeld parameter 31 wijzigen van 80 naar 90)
Indien de CV-belasting moduleert tussen de minimale en maximale waarde zal de pompcapaciteit evenredig mee moduleren. Drukverlies grafiek toestel CV-zijdig A. Xtreme 24 B. Xtreme 30 C. Xtreme 36 1000 1500 2000...
Weersafhankelijke regeling Bij het aansluiten van een buitenvoeler wordt de aanvoertemperatuur automatisch geregeld afhankelijk van de buitentemperatuur, volgens de ingestelde stooklijn. De weersafhankelijke regeling functioneert uitsluitend met een aan/uit kamerthermostaat. Bij het toepassen van een OpenTherm kamerthermostaat wordt de buitentemperatuur doorgegeven, echter de stooklijn van de CV-ketel is niet actief.
Ombouw naar andere gassoort BELANGRIJK ► Dit toestel is afgesteld voor de toestelcategorie K (I2K) en is geschikt voor het gebruik van G en G+ distributiegassen volgens de specificaties zoals die zijn weergegeven in de NTA 8837:2012 Annex D met een Wobbe- index van 43,46 –...
Gas/luchtregeling BELANGRIJK ► Werkzaamheden aan gasvoerende delen alsmede het afstellen van de gasluchtregeling dient te worden uitgevoerd door een erkend installateur. De gas/luchtregeling is af fabriek zodanig ingesteld dat de verbranding optimaal is voor de toegepaste gassoort. De gassoort (aardgas of propaan) waarop het toestel is afgesteld staat aangegeven op het typeplaatje onderop het toestel.
Controle gasluchtregeling 7.9.1 Hooglast meting A. Schakel het toestel uit. – Op het rechter display verschijnt een streepje en de CV-druk wordt zichtbaar op het linker display. B. Verwijder de voormantel van het toestel door de 2 bevestigingsschroeven los te draaien (1) en het vervolgens naar voren toe weg te nemen (2).
Pagina 62
Tabel 2a: Toegestane O (H) grenzen bij hooglast (open mantel) Gascategorie Grenswaarden Aardgas 2EK Propaan 3P Aardgas 2E G25.3 Bovengrens 5.70 6.05 5.60 Ondergrens 3.15 4.50 3.85 Tabel 2b: Toegestane CO (H) grenzen bij hooglast (open mantel) Gascategorie Grenswaarden Aardgas 2EK Propaan 3P Aardgas 2E G25.3...
7.9.2 Laaglast meting Voordat de laaglast meting uitgevoerd wordt, dient de hooglast meting afgerond te zijn. De gemeten O (H) of CO (H) waarde tijdens hooglast is van belang voor het bepalen van de juiste waarde tijdens de laaglast controle. Zie §7.9.1 voor de hooglast meting. A.
Pagina 64
BELANGRIJK ► De gasluchtregeling is correct ingesteld als de gemeten waarde op laaglast binnen de aangegeven boven- en ondergrenzen valt. Bijstellen van de gasluchtregeling is in dat geval niet nodig. De instelling bij laaglast dient bijgesteld te worden volgens de in § 7.9.3 omschreven methode indien de gemeten waarde buiten de aangegeven grenzen ligt.
7.9.3 Laaglast correctie Voordat de laaglast correctie wordt uitgevoerd dienen de hoog- en laaglast metingen uitgevoerd te zijn. De gemeten (H) of CO (H) waarde tijdens hooglast is van belang voor het bepalen van de juiste waarde van de laaglast instelling (zie §7.9.1 en §7.9.2).
Pagina 66
Tabel 4a: Bepaling O (L) instelwaarde voor Tabel 5a: Bepaling CO (L) instelwaarde voor aardgas 2EK (open mantel) aardgas 2EK (open mantel) Aardgas 2EK G25.3 (25 mbar) Aardgas 2EK G25.3 (25 mbar) Gemeten waarde bij Instelwaarde laaglast Gemeten waarde bij Instelwaarde laaglast hooglast (= 0.5 x O...
STORINGEN Storingscodes Storingscode opvragen Als de branderautomaat een storing detecteert, wordt dit weergegeven middels een knipperend service symbool op het display. Op het linker display wordt gedurende 30 F004 seconden een storingscode weergegeven, bijvoorbeeld Daarna zal het linker display doven. Het service symbool blijft knipperen.
Pagina 68
► Controleer de goede werking van CV aanvoersensor S1. f031 fout ► Vervang CV aanvoersensor S1. ► Vervang branderautomaat. BELANGRIJK ► Vervang defecte onderdelen uitsluitend door originele Intergas onderdelen. ► Het niet of onjuist monteren van de sensoren kan leiden tot ernstige schade.
Overige storingen 8.2.1 Geen verwarming (CV) Eventuele oorzaken Analyse Oplossing De power LED wordt niet getoond. → → Controleer de voedingsspanning. Controleer de zekering, zie Elektrisch schema, §10.1. ↓ Het rechter display geeft een streepje → Schakel de ketel in door net iets boven de power LED aan te →...
8.2.4 Geen warm tapwater (WW) Eventuele oorzaken Analyse Oplossing De power LED wordt niet getoond. → → Controleer de voedingsspanning. Controleer de zekering, zie Elektrisch schema §10.1. ↓ Stromingssensor werkt niet. → → Vervang de stromingssensor. ↓ Tapflow < 2 l/min. →...
8.2.7 Brander resoneert Eventuele oorzaken Analyse Oplossing Gasvoordruk lager dan 20 mbar of valt → → Mogelijk is de huisdrukregelaar defect. Neem contact op met soms weg. het energiebedrijf. ↓ Recirculatie rookgassen. → → Controleer de rookgasafvoer en luchttoevoer. ↓ Gas-luchtregeling niet goed →...
ONDERHOUD Het toestel en de installatie dienen elk jaar door een erkend installateur gecontroleerd en zo nodig gereinigd te worden. Het jaarlijks onderhoudsinterval is gebaseerd op een te verwachten bedrijfstijd van ca. 1500 stookuren/jaar. VOORZICHTIG ► Werkzaamheden aan gasvoerende delen mogen uitsluitend door een erkend installateur uitgevoerd worden.
Monteren BELANGRIJK ► Vervang de O-ring in de voorplaat. ► Controleer en vervang eventuele overige afdichtingen. Controleer tevens de juiste positionering. ► Controleer of er tussen de flens van de borstbout en de voorplaat een dunne laag keramisch vet aanwezig is. Als er geen of onvoldoende vet aanwezig is moet dit alsnog worden aangebracht: ►...
Jaarlijks brandstofverbruik n.n.b. n.n.b. 5822 * n.n.b. = nog niet bekend. Neem voor meer informatie contact op met Intergas Verwarming. BELANGRIJK ► Lees voor het installeren het installatievoorschrift en het bedieningsvoorschrift. ► Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met verminderde...
Met inachtneming van de hieronder vermelde voorwaarden De garantie is uitsluitend geldig indien het door de koper garandeert Intergas Verwarming BV tegenover de erkende ondertekend aanhangsel van het garantiebewijs binnen 8 dagen installateur de deugdelijkheid van de gebruikte materialen, alsmede na installatie aan ons is geretourneerd.
De beschikbare informatie is met alle mogelijke zorg samengesteld, maar Intergas Verwarming BV kan niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele fouten in de informatie of voor de gevolgen daarvan. Intergas Verwarming BV kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade voortvloeiend uit werkzaamheden die door derden zijn uitgevoerd.