Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Intergas Prestige A CW 6 Installatievoorschrift
Verberg thumbnails Zie ook voor Prestige A CW 6:
Inhoudsopgave

Advertenties

&: 
,QVWDOODWLHYRRUVFKULIW
Lees voor het installeren en gebruiken van het toestel deze installatievoorschriften
zorgvuldig door. Bewaar dit installatievoorschrift bij het toestel.
Handel altijd volgens de aangegeven voorschriften
1
,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Intergas Prestige A CW 6

  • Pagina 1 &:  ,QVWDOODWLHYRRUVFKULIW Lees voor het installeren en gebruiken van het toestel deze installatievoorschriften zorgvuldig door. Bewaar dit installatievoorschrift bij het toestel. Handel altijd volgens de aangegeven voorschriften ,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    De beschikbare informatie is met alle mogelijke zorg samengesteld, maar Intergas Verwarming BV kan niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele fouten in de informatie of voor de gevolgen daarvan.. Intergas Verwarming BV kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade voortvloeiend uit werkzaamheden die door derden zijn uitgevoerd.
  • Pagina 3 Neem bij twijfel contact op met de fabrikant. Bewaar dit installatievoorschrift bij het toestel. Gebruikte afkortingen en benamingen Omschrijving Te noemen als Hoog Rendement Intergas Prestige A cw6 gaswandketel Toestel Toestel met leidingwerk voor centrale verwarming CV-installatie Toestel met leidingwerk voor warm tapwater WW-installatie...
  • Pagina 4: Veiligheidsvoorschriften

    (strikt) naleven van de veiligheidsvoorschriften en -instructies, dan wel door onachtzaamheid tijdens het installeren van de Intergas Kombi Kompakt Hoog Rendement gaswandketel en de eventueel bijbehorende accessoires. Voor de verschillende disciplines zijn de voorschriften gescheiden vermeld.
  • Pagina 5: Toestelomschrijving

    Het toestel wordt in hanteerbare delen geleverd die tijdens de montage samen gevoegd worden. De Intergas Prestige is voorzien van het CE keurmerk en de Gaskeur labels HR, SV, NZ en CW6. Het CW6 toestel is geschikt voor; het tappen van 7,5 liter water per minuut van 60°C, gelijktijdig met een douchefunctie van 3,6 liter tot tenminste 7,5 liter water per minuut van 60°C (dit komt overeen met 6 tot 12,5 liter water per minuut van 40°C);...
  • Pagina 6 1DGUDDLHQ &9 RI RSZDUPHQ ERLOHU Na het einde van CV bedrijf draait de CV-pomp na. De nadraaitijd staat van fabriekswege ingesteld op de waarde volgens Zie § 7.3 Blz.:33. Deze instelling kan gewijzigd worden. Bovendien gaat de pomp automatisch 1 keer per 24 uur gedurende 10 seconden draaien om vastzitten te voorkomen.
  • Pagina 7: Pc Interface

    2SZDUPHQ ERLOHU De boiler wordt opgewarmd als de temperatuur van de boilersensor is gedaald. De tapwaterpomp zorgt voor de circulatie van het water. Het omschakelventiel zorgt ervoor dat er alleen water van 60 °C de boiler instroomt. Zolang het water de gewenste temperatuur niet heeft bereikt zal er alleen circulatie plaatsvinden over de warmtewisselaar.
  • Pagina 8: Hoofdcomponenten

    HOOFDCOMPONENTEN Rookgasafvoer 12. Boilersensor S4 23. Warmwater uit 34. Retoursensor S2 Schermkap boven 13. Tapwaterpomp 24. Aanvoerbuis 35. Branderautomaat Rookgaskoker 14. Omschakelventiel 25. Gaskraan 36. Display Ontsteekpen 15. Thermostatischmengventiel 26. Schermkap onder 37. Manometer Voorplaat 16. Achterhelft mantel 27. Montagebeugel 38.
  • Pagina 9: Accessoires

    Twee-wegklepset 230V~ voor vloerverwarming en MIT 092.637 090.177 Concentrische aansluiting (ø80x110 > ø80x125) met CO meetnippels Concentrische rookgasadapter • Afdichtring rookgasafvoer • Afdichtdop • Intergas dubbelpijps doorvoerset-horizontaal 090.127 PC Interface kabel 090.407 842.177 Thermostatisch mengventiel 35° - 65°tbv NZ ,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9...
  • Pagina 10: Installatie

    INSTALLATIE 4.1 Inbouwmaten Aanvoer CV Ø22 Condensafvoer Ø32 (afvoer sifon ø25 flexibel) Retour CV Ø22 Q = Vrije ruimte op de muur C = Gas ½”inw. Rookgasafvoer Ø80 (afdichtring) D = Tapwater koud Ø15 Luchttoevoer Ø80 (afdichtring) Tapwater warm Ø15 ,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9...
  • Pagina 11: Opstellingsruimte

    4.2 Opstellingsruimte Het toestel, dient aan een wand gemonteerd te worden die voldoende draagkracht heeft. (Het gewicht van het met water gevulde toestel bedraagt ±110kg.) Bij lichte wand constructies bestaat de mogelijkheid dat er resonantiegeluiden optreden. Binnen een afstand van 1 m van het toestel moet een wandcontactdoos met randaarde zitten.
  • Pagina 12: Montage

    4.3 Montage (zie ook de uitgebreide montage handleiding) Het toestel wordt in delen geleverd en tijdens de installatie samengevoegd. Pak het toestel uit. Controleer de inhoud van de verpakking, deze bestaat uit: Ophangprofiel/aansluitbeugel (met aansluitkoppelingen) en • bevestigingsmateriaal (pluggen en schroeven) Manteldelen (achter- en frontpaneel mantel, schermkappen boven en •...
  • Pagina 13 Vul de sifon en monteer hem onder het ketelunit Monteer het overstortventiel in het T-stuk en sluit de aanvoerbuis m.b.v. het T-stuk en de andere afgebeelde onderdelen aan op de koppeling in de montagebeugel. Monteer de vulaftapkraan in de retourbuis en het geheel tussen de CV-pomp en de koppeling in de montage beugel Monteer de buizenset.
  • Pagina 14: Aansluiten

    Hiermee wordt voorkomen dat er tijdens tapwaterbedrijf van het toestel thermosifonwerking optreedt. (Een niet veerbediende terugslagklep, moet verticaal gemonteerd worden.) De Intergas Prestige A cw6 is reeds voorzien van een Een vul/aftapkraan (A) in de retourleiding direct onder het toestel. •...
  • Pagina 15: Warmwater-Installatie Aansluiten

    In combinatie met een zonne-energiesysteem moet er na het toestel altijd een thermostatisch mengventiel geplaatst worden, ingesteld op ca 62,5°C. Deze kan besteld worden bij Intergas art.nr.:842177 5.3 Gas aansluiten Plaats een gaszeef in de aansluiting voor het toestel als het gas vervuild kan zijn.
  • Pagina 16: Elektrisch Aansluiten

    5.4 Elektrisch aansluiten VOORZICHTIG Een wandcontactdoos met randaarde mag maximaal 1 meter van het toestel verwijderd zijn. De wandcontactdoos moet gemakkelijk bereikbaar zijn. Voor opstelling in vochtige ruimten is een vaste aansluiting verplicht. Neem bij werkzaamheden aan het elektrisch circuit de steker uit de wandcontactdoos Draai de beide kwartslagsluitingen achter het display venster los Pak het frontpaneel aan onder en bovenkant beet , draai hem naar rechts open en neem...
  • Pagina 17: Rookgasafvoer En Luchttoevoer

    5.5 Rookgasafvoer en luchttoevoer De leidingen voor verbrandingsgassen en luchttoevoer moeten een diameter • hebben van ø 80 mm. Neem voor andere diameters contact op met de fabrikant. Een concentrische afvoer moet minimaal diameters hebben van ø80x125 mm of • 60x110mm.
  • Pagina 18: Leidinglengten

    5.6 Leidinglengten Naarmate de weerstand van de rookgasafvoer- en luchttoevoerleidingen toeneemt zal het vermogen van het toestel afnemen. De maximale toegestane vermogens afname bedraagt 5%. De weerstand van de luchttoevoer en de verbrandingsgasafvoer is afhankelijk van de lengte, de diameter en alle componenten van het leidingsysteem. Per toestelcategorie is de totale toegestane leidinglengte aangegeven van de luchttoevoer en de verbrandingsgasafvoer.
  • Pagina 19: Uitmonding Systemen

    Breng isolatie aan, indien noodzakelijk. Toe te passen materialen: Toestel- Materialen Leverancier categorie Doorvoer Intergas Overige onderdelen Gastec QA of Intergas Doorvoer Intergas Doorvoer bij de Prefab Gastec QA, Intergas of derden Overige onderdelen Alle materialen Gastec QA of Intergas...
  • Pagina 20: Montage Dubbelpijpsdoorvoer

    Montage dubbelpijpsdoorvoer Maak twee sparingen van ø 90 mm op de plaats van uitmonding. Kort de dubbelpijpsdoorvoer in op de juiste lengte. Schuif de toe- en afvoerpijp in de sparingen. Dek de sparingen af met de muurafdekplaten. Monteer de uitblaasroosters op de toe- en afvoerpijp. Bevestig deze aan de pijpen.
  • Pagina 21: Gevel- En Dakuitmonding Combidoorvoer Horizontaal

    Toestelcategorie: C13 VOORZICHTIG Leidingen voor de verbinding van de luchttoevoer en de verbrandingsgasafvoer tussen het toestel en de dubbelpijpsdoorvoer, moeten een diameter hebben van ø 80 Intergas combidoorvoer-horizontaal. • Voor gevel- of dakuitmonding horizontaal. Intergas combidoorvoer-horizontaal. • Voor verlenging van een balkon-/galerij uitmonding.
  • Pagina 22: Montage Combiverlengpijp T.b.v. Balkon-/Galerij Uitmonding

    Montage combiverlengpijp t.b.v. balkon-/galerij uitmonding Als de vrije uitmonding wordt gehinderd door een dakoverstek, balkon, galerij, of anders, moet de combidoorvoer verlengd te worden tot tenminste de voorzijde van het overstekende deel. Monteer de combiverlengpijp op de combidoorvoer. Kort de combidoorvoer of de combiverlengpijp in op de juiste lengte volgens de aangegeven maten.
  • Pagina 23: Dakuitmonding Combidoorvoer-Verticaal En Dubbelpijpsdoorvoer-Verticaal

    5.7.3 Dakuitmonding combidoorvoer-verticaal en dubbelpijpsdoorvoer-verticaal Toestelcategorie: C33 VOORZICHTIG Als de Intergas combidoorvoer-verticaal niet toegepast kan worden, moeten de luchttoevoer en verbrandingsgasafvoer separaat uitgevoerd worden. Intergas combidoorvoer-verticaal. • Toegestane leidinglengte Luchttoevoer- en verbrandingsgasafvoerleiding: samen 60 meter, exclusief de lengte van de combidoorvoer of de dubbelpijpsdoorvoer.
  • Pagina 24 Montage dubbelpijpsdoorvoer-verticaal VOORZICHTIG De uitmondingen van verbrandingsgasafvoer en luchttoevoer dienen in hetzelfde drukvlak gemaakt te worden. De luchttoevoer uit het schuine dakvlak en de verbrandingsgasafvoer door middel van een bouwkundige schoorsteen is ook mogelijk, omgekeerd niet. Monteer een standaard dubbelwandige verbrandingsgasdoorvoer (ø 80 mm) met Giveg-afvoerkap op een schuin dak op de plaats van de uitmonding.
  • Pagina 25: Dakuitmonding Prefabschoorsteen

    5.7.4 Dakuitmonding prefabschoorsteen Toestelcategorie: C33 Als er in een schacht te weinig ruimte is, kan een dakuitmonding door een prefabschoorsteen noodzakelijk zijn. De prefabschoorsteen dient voorzien te zijn van rookagafvoer en luchttoevoer openingen van tenminste 150cm per aangesloten toestel en moet aan de aangegeven minimale maten voldoen.
  • Pagina 26: Dakuitmonding En Luchttoevoer Vanuit De Gevel

    Maak op de plaats van de toevoer een sparing van ø 90 mm. Kort de luchttoevoerleiding in op de gewenste lengte uit de muur. Monteer het Intergas inlaatrooster en bevestig dit aan de pijp. Schuif de luchttoevoerleiding in de sparing en dek de sparing af met een rozet, indien noodzakelijk.
  • Pagina 27: Luchttoevoer Vanuit De Gevel En Een Dakuitmonding Met Gemeenschappelijk Afvoersysteem

    Een luchttoevoer vanuit de gevel en een dakuitmonding met een gemeenschappelijk afvoersysteem is toegestaan. VOORZICHTIG De luchttoevoer (A) in de gevel moet voorzien worden van een Intergas inlaatrooster. De minimale doorlaat van het gemeenschappelijk afvoersysteem Aantal toestellen Diameter afvoer Toegestane leidinglengte Luchttoevoer- en verbrandingsgasafvoerleiding tussen toestel en gemeenschappelijke verbrandingsgasafvoer en luchttoevoerleiding: samen 75 meter.
  • Pagina 28: Dakuitmonding Clv-Systeem

    5.7.7 Dakuitmonding CLV-systeem Toestelcategorie : C43 VOORZICHTIG Een dakuitmonding door een Combinatie- LuchttoevoerVerbrandingsgasafvoersysteem (CLV-systeem) is toegestaan. Voor de gemeenschappelijke verbrandingsgas-afvoerkap en luchttoevoerkap is een verklaring van geen bezwaar of een gaskeur van het Gastec-Gasinstituut nodig. De gemeenschappelijke luchttoevoer en de gemeenschappelijke afvoer van de verbrandingsgassen mogen concentrisch of afzonderlijk uitgevoerd worden.
  • Pagina 29: Inbedrijf Stellen Van Het Toestel

    INBEDRIJF STELLEN VAN HET TOESTEL 6.1 Vullen en ontluchten van toestel en installatie WAARSCHUWING Sluit het toestel na het vullen en ontluchten pas aan op de netspanning! 6.1.1 CV-systeem WAARSCHUWING Als een toevoegmiddel aan het CV-water wordt toegevoegd, moet dit geschikt zijn voor de in het toestel toegepaste materialen zoals koper, messing, roestvast staal, staal, kunststof en rubber.
  • Pagina 30: In Bedrijf Stellen Van Het Toestel

    6.2 In bedrijf stellen van het toestel Nadat de voorgaande handelingen zijn uitgevoerd, mag het toestel in bedrijf gesteld worden. Druk op de aan/uit knop, om het toestel in bedrijf te stellen. De boiler wordt opgewarmd en op het service display verschijnen (op service display).
  • Pagina 31: Buiten Bedrijf Stellen

    6.3 Buiten bedrijf stellen VOORZICHTIG Tap het toestel en de installatie af, als de netspanning is onderbroken en er kans is op bevriezing. Neem de stekker uit de wandcontactdoos. Tap het CV-deel van het toestel af met de vul-/aftapkraan. Tap de CV-installatie af op het laagste punt. Open een warmwater tappunt tot dat het uitstromende water koud is.
  • Pagina 32: Instelling En Afregeling

    INSTELLING EN AFREGELING et functioneren van het toestel wordt hoofdzakelijk bepaald door de (parameter)instellingen in de branderautomaat. Een deel hiervan is direct via het bedieningspaneel in te stellen, een ander deel kan alleen m.b.v. de installateurscode worden aangepast. 7.1 Direct via bedieningspaneel De volgende instellingen kunnen direct via het bedieningspaneel aangepast worden.
  • Pagina 33: Parameters

    7.3 Parameters Para- Prestige meter Instellingen A cw6 Beschrijving Servicecode [15] Toegang tot installateurinstellingen. De servicecode moet ingegeven worden (=15). Installatietype 3=Kompakt Solo HR 4=Prestige 5= Prestige Tap CV-pomp continue 0=alleen pomp nadraaien 1=pomp continue actief 2= n.v.t. 3= n.v.t. Ingesteld CV vermogen Instelbereik ingestelde waarde parameter c tot 85% Maximum capaciteit modulerende pomp...
  • Pagina 34: Instellen Maximaal Cv Vermogen

    7.4 Instellen maximaal CV vermogen Het maximaal CV vermogen wordt in de fabriek ingesteld op 70%. Als er voor de CV installatie meer of minder vermogen nodig is, kan het maximaal CV vermogen gewijzigd worden door het toerental van de ventilator te wijzigen. Zie tabel: Instelling CV vermogen.
  • Pagina 35: Weersafhankelijke Regeling

    De Prestige A CW 6 is voorzien van een modulerende A-klasse pomp waarvan de minimale en maximale capaciteit van de pomp met de rode draaiknop op de pomp kan worden ingesteld. De pomp heeft 3 instelmogelijkheden: Variabele drukregeling (fabrieksinstelling) Ontluchtingssyclus...
  • Pagina 36: Ombouw Naar Andere Gassoort

    7.8 Ombouw naar andere gassoort VOORZICHTIG Werkzaamheden aan gasvoerende delen mogen uitsluitend door een erkend installateur uitgevoerd worden. Als op het toestel een andere gassoort wordt aangesloten dan waarvoor het toestel door de fabrikant is afgesteld dient de gasdoseerring vervangen te worden. Ombouw setjes t.b.v.
  • Pagina 37: Gas/Luchtregeling

    Gas/luchtregeling De gasluchtregeling van het toestel is af fabriek zodanig ingesteld dat de verbranding optimaal is voor de toegepaste gassoort. De gassoort (aardgas of propaan) waarop het toestel is afgesteld staat aangegeven op het typeplaatje onderop het toestel. Het toestel mag niet worden toegepast indien het gebruikte gas afwijkt van datgene wat op het typeplaatje vermeld staat.
  • Pagina 38: Controle Gasluchtregeling

    7.10 Controle gasluchtregeling 7.10.1 Hooglast meting 1. Schakel het toestel uit met de toets. Op het service display verschijnt [ 2. Verwijder de voorhelft van de mantel van het toestel door het losdraaien van de 2 bevestigings-schroeven. 3. Verwijder de voordeksel (E). 4.
  • Pagina 39: Laaglast Meting

    7.10.2 Laaglast meting Voordat de laaglast meting uitgevoerd wordt dient de hooglast meting afgerond te zijn. De gemeten O (H) of CO (H) waarde tijdens hooglast is van belang voor het bepalen van de juiste waarde tijdens de laaglast controle. Zie § 7.10.1 voor de hooglast meting. 1.
  • Pagina 40: Laaglast Correctie

    7.10.3 Laaglast correctie Voordat de laaglast correctie wordt uitgevoerd dienen de hoog- en laaglast metingen uitgevoerd te zijn. De gemeten O (H) of CO (H) waarde tijdens hooglast is van belang voor het bepalen van de juiste waarde van de laaglast instelling (zie § 7.10.1. en § 7.10.2). 1.
  • Pagina 41 Tabel 5a: Bepaling CO (L) instelwaarde voor aardgas 2EK (open mantel) Aardgas 2EK G25.3 (25 mBar) Gemeten waarde bij hooglast Instelwaarde laaglast (zie § 7.10.1 punt 8) (= 0.5 x CO (H) + 4.1) (H) [%] (L) [%] 9.0 ±0.1 8.9 ±0.1 8.8 ±0.1 8.7 ±0.1...
  • Pagina 42: Storingen

    29,30 Gasklep relais defect Vervang branderautomaat • Vervang defecte onderdelen uitsluitend voor de originele Intergas onderdelen. Het niet of onjuist monteren van de sensoren S1 en/of S2 kan leiden tot ernstige schade. 8.1.1 Laatste storing tonen De laatste vergrendelende storing kan getoond worden: Breng het toestel met de aan/uit toets in de uit-stand en druk de service toets in.
  • Pagina 43: Overige Storingen

    8.2 Overige storingen 8.2.1 Brander ontsteekt niet Mogelijke oorzaken: Oplossing: Gaskraan is dicht. Zet gaskraan open. Lucht in de gasleiding. Ontlucht de gasleiding. Voordruk te laag. Neem contact op met het gasbedrijf. Geen ontsteking. Vervang ontsteekpen. Geen vonk. Ontsteekunit op gasblok defect. Controleer de bekabeling.
  • Pagina 44: Cv Komt Niet Op Temperatuur

    8.2.4 Geen verwarming (CV) Mogelijke oorzaken: Oplossing: Controleer de bedrading. Kamerthermostaat/weersafhankelijke regeling Vervang de thermostaat. niet gesloten of defect. Vervang de weersafhankelijke regeling. Controleer de bedrading volgens het schema. Geen spanning (24 V). Controleer de connector X4. Vervang de defecte automaat. Controleer de spanning.
  • Pagina 45: Onvoldoende Hoeveelheid Warmwater

    8.2.7 Geen warmwater (WW) Mogelijke oorzaken: Oplossing: Tapflow < 2,0 l/min. Stromingsschakelaar schakelt niet. Vervang de stromingsschakelaar. Geen spanning op de stromingsschakelaar (5V Controleer de bedrading volgens het schema. DC). Brander komt niet in op WW: S3 defect. Vervang S3. Brander ontsteekt niet Zie Brander ontsteekt niet.
  • Pagina 46 8.2.10 Boiler wordt niet opgewarmd Mogelijke oorzaken: Oplossing: Boilersensor S4 defect, kabelboom defect of Controleer de kabelboom op los contact controleer de boilersensor S4 aansluiting los geen doorstroming in tapwaterpomp of een Ontlucht de pomp, reinig de waaier. vervuilde waaier Controleer de pomp tapwaterpomp draait niet tijdens boiler-bedrijf Controleer de spanning...
  • Pagina 47: Onderhoud

    ONDERHOUD 9.1 Reiniging exterieur Het toestel kan met een vochtige doek gereinigd worden. Gebruik geen agressieve of schurende schoonmaak- of oplosmiddelen. 9.2 Periodieke reiniging/controle warmte wisselaar Het toestel en de installatie dienen elk jaar door een erkend vakman gecontroleerd en zo nodig gereinigd te worden.
  • Pagina 48: Technische Specificaties

    TECHNISCHE SPECIFICATIES Toestel categorie B23; B33; C13; C 33; C 43; C53; C63; C83 Gasvoordruk 20 - 30 mbar Geschikt voor gas Technische gegevens Prestige A cw6 Tapwater Nom. belasting bovenwaarde 8,0 – 36,3 Nom. belasting onderwaarde 7,2 – 32,7 Nom.
  • Pagina 49: Productkaart Volgens Celex-32013R0811, Bijlage Iv

    10.1 Productkaart volgens CELEX-32013R0811, bijlage IV Leverancier Intergas Verwarming bv Europark Allee 2 7742 NA Coevorden Typeaanduiding Symbool Eenheid Prestige A CW 6 Seizoensgebonden energie efficiëntie- klasse voor ruimteverwarming Nominale warmteafgifte (vermogen) rated Seizoensgebonden energie efficiëntie η klasse voor ruimteverwarming...
  • Pagina 50: Elektrisch Schema

    10.2 Elektrisch schema Aard aansluiting wisselaar Zekering CV pomp WW sensor Ontsteekkap Gasblok + ontsteek module Sanitair pomp Boiler sensor Brander automaat Ontsteek/ionisatie pen Aanvoer sensor Stromingsschakelaar Aardaansluitingen Netvoeding Retour sensor Ventilator 3.15 AT Connector X4 Aan/Uit kamerthermostaat (0,1A-24Vdc) en/of vorstthermostaat 24V= Buitenvoeler (12k ohm / 25°C)
  • Pagina 51: Garantiebepalingen

    Door ondertekening van Met inachtname van de hieronder vermelde voorwaarden garandeert de garantiekaart verklaart de koper zich akkoord met de goede Intergas Verwarming BV tegenover de erkende installateur de staat van het geleverde. deugdelijkheid van de gebruikte materialen, alsmede de goede werking Indien het bedrijf van de installateur vóór het verstrijken van de...
  • Pagina 52 ,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9  (XURSDUN $OOHH  3RVWEXV   $$ &RHYRUGHQ 7HO  )D[  ZZZLQWHUJDVYHUZDUPLQJQO ,QWHUJDV 9HUZDUPLQJ %9...

Inhoudsopgave