Enveloppen afdrukken en laden
Inleiding
De volgende informatie beschrijft hoe u enveloppen moet afdrukken en plaatsen. Voor de beste prestaties
dient u maximaal 5 mm aan enveloppen (4 tot 6 enveloppen) in de voorrangsinvoerlade te plaatsen, en
maximaal 10 enveloppen in de invoerlade.
Volg deze stappen om de juiste instellingen in de printerdriver te selecteren voor het afdrukken van
enveloppen.
Enveloppen afdrukken
1.
Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.
Selecteer de printer in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of
Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:
OPMERKING:
Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.
Klik of tik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.
Selecteer de lade die u wilt gebruiken in de vervolgkeuzelijst Papierbron.
5.
Selecteer Envelop in de vervolgkeuzelijst Afdrukmateriaal.
6.
Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
7.
Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Afdrukstand envelop
Plaats enveloppen in de voorrangsinvoerlade met de afdrukzijde
naar boven, met de korte retouradreszijde eerst in de printer.
Plaats enveloppen in de invoerlade met de afdrukzijde naar
boven, met de korte retouradreszijde eerst in de printer.
18
Hoofdstuk 2 Papierladen
De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm in Windows 8 of 8.1, selecteert u
NLWW