Handleiding
5.5 Applicatie
Circ. P prioriteit - A217.1 / A217.2 / A317.1 / A317.2
Circuit
1
Kies of de tapwatercirculatiepomp INGESCHAKELD moet zijn tijdens de
tapwaterverwarming.
UIT:
De tapwatercirculatiepomp is UITGESCHAKELD tijdens
de tapwaterverwarming.
AAN:
De tapwatercirculatiepomp is NIET UITGESCHAKELD
tijdens de tapwaterverwarming.
Cont. T control - A217.1 / A217.2 / A317.1 / A317.2
Circuit
1
Afhankelijk van de aansluiting van de tapwatercirculatieleiding kan de
gewenste tapwaterverwarmings-/laadtemperatuur verlaagd worden
wanneer de tapwaterverwarmingsprocedure is afgelopen.
UIT:
De gewenste temperatuur op S3 of S4 wordt verlaagd
tot 10 °C. Het tapwater wordt typisch door de
tapwaterboiler gecirculeerd.
AAN:
De gewenste temperatuur op S3 of S4 wordt verlaagd
tot de gewenste tapwatertemperatuur. Het tapwater
wordt typisch door de warmtewisselaar gecirculeerd
om te compenseren voor het warmteverlies in de
tapwatercirculatieleiding.
Tapw. P post-run - A217.1 / A317.1
Circuit
1
Stel de post run-tijd van de tapwaterverwarmings-/laadpomp
(P1) in (minuten). De pomp kan INGESCHAKELD blijven na de
tapwaterverwarmingsprocedure om de resterende warmte in de
warmtewisselaar/boiler te gebruiken.
0 ... 30: Stel het aantal minuten voor de post run in.
Tapw. P post-run - A217.2 / A317.2
Circuit
1
Stel de post run-tijd van de pomp (P1) van de tapwaterverwarming in
(minuten). De pomp van de tapwaterverwarming kan INGESCHAKELD
blijven na de tapwaterverwarmingsprocedure om de resterende warmte in
de warmtewisselaar/boiler te gebruiken.
0 ... 30: Stel het aantal minuten voor de post run in.
86
DEN-SMT/DK
ECL Comfort 210 / 310, Applicatie A217 / A317
11055
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT / AAN
UIT
11054
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT / AAN
UIT
11041
Instelbereik
Fabrieksinst.
0 ... 30 m
0 m
11041
Instelbereik
Fabrieksinst.
0 ... 30 m
0 m
Wanneer de "Circ. P prioriteit" is ingesteld op UIT, wordt het
programma voor de tapwatercirculatiepomp genegeerd.
VI.LG.U2.10
Danfoss District Energy