Inhoudsopgave
Advertenties
4 Werken met de Master
Voorbeeld met temperatuurtrigger
Naam. Vrij te kiezen naam van de melding in de meldingenlijst.
ID. Identificatienummer van de melding in de meldingenlijst (mogelijk: 90001
tot 90030)
Trigger. Trigger van de melding, in dit geval Temperatuur.
Sensor. Selectie van de temperatuursensoren die moeten worden bewaakt.
Het is mogelijk om één sensor, meerdere sensoren of alle sensoren te selec-
teren.
Regel. Definitie van de regel wanneer de melding wordt weergegeven. Moge-
lijke waarden zijn T werkelijk > T, T werkelijk < temperatuur T, T werkelijk tus-
sen waarden T1 en T2.
Temperatuur T. Bepaling van de temperatuur/temperaturen voor de regel.
Periode. Omschrijving van de periode waarin aan de regel moet worden vol-
daan. Van 0 min tot 1 week.
Gemiddelde waarde. Als het vinkje is ingeschakeld, wordt de melding weer-
gegeven als de gemiddelde waarde in de gedefinieerde periode aan de regel
voldoet. In het voorbeeld zou een melding worden weergegeven als de gemid-
delde temperatuurwaarde van de externe sensor bij klep nr. 20 gedurende het
afgelopen uur lager was dan 50 °C.
Als het vinkje niet is ingeschakeld, moet een waarde worden gespecificeerd
die de naleving van de regel in de gedefinieerde periode bewaakt. Waarden
tussen 1 en 100 zijn mogelijk. In het voorbeeld zou een melding worden weer-
gegeven als de temperatuur binnen 1 uur 5 keer onder de 50 °C daalt.
Pop-uptitel. Naam van de melding in de pop-up die wordt weergegeven bij de
Master.
Pop-uptekst. Beschrijving van de melding in de pop-up die wordt weer-
gegeven bij de Master.
66
Advertenties
Inhoudsopgave
