Ingebruikname
Beschrijving en instellingen
Lucht voor de verbranding
Type
Verm. brander Luchtinstelling in °
ontst.
nom.
ontst.
AGP
kW
kW
nok III
700
900
06.120
200
10
1100
06.160
1200
1100
06.160
200
1300
10
1600
1150
1400
240
06.210
1700
10
1900
2100
Vet gedrukt: uitrusting bij levering
Servomotor Y10
1
Index nulinstelling van de nokken
2
Vier getande en instelbare
nokken
3
Sleutel voor het instellen van de
nokken
4
Gegradueerde schijf, instelbaar
voor de stand van de servomotor
5
Drukknop voor het ontkoppelen
van de nokkentrommel
6
Klem voor de verbinding
SQN31 481
A
Gegradueerde sector van 0 tot
90°. Duidt de amplitude van de
luchtklep aan.
B
Koppeling tussen de luchtklep en
de servomotor.
C
Standindex van de luchtklep.
Functie van de nokken
Nok Functie
I
Nominaal luchtdebiet
II
Sluiting lucht bij stilstand bij 0°
III
Luchtdebiet voor de ontsteking
IV
Niet instelbaar en vast verbonden
met nok V
V
Minimumdebiet van de regeling
· Enkele graden lager of hoger
instellen dan de waarde die op
nok III afgelezen wordt, maar
altijd lager dan de waarde van
de nok I.
nom.
nok I
35
45
50
60
50
80
90
55
65
80
85
90
0211 / 13 007 365D
Instellingen
· De nulinstelling van de
nokkentrommel controleren.
· De getande nokken vooraf instellen
volgens het vermogen van de ketel
en de waarden die worden
aangeduid in de tabel die hier wordt
opgenomen.
m
Om dit te doen:
· Met de hand of met een sleutel
ingrijpen op de nokken. De hoekstand
wordt gelezen ten opzichte van de
index die op iedere nok staat.
13