5 Bedieningspaneel en functiebeschrijving
NL
1.POWER
Druk deze knop in om het apparaat AAN of UIT te zetten.
2.FUNCTION
Deze toets dient om koeling, verwarming of ontvochting te selecteren.
3.TEMPERATUURREGELING (naar boven)
Tijdens het koelen: door deze toets in te drukken, verhoogt u de vooraf ingestelde
temperatuur in stappen van 1°C. De vastgelegde limiet ligt bij 30°C.
Tijdens het verwarmen: door deze toets in te drukken, verhoogt u de vooraf ingestelde
temperatuur in stappen van 1°C. De vastgelegde limiet ligt bij 25°C.
4.TEMPERATUURREGELING (naar beneden)
Tijdens het koelen: door deze toets in te drukken, verlaagt u de temperatuur in stappen
van 1°C. De ondergrens ligt bij 17°C.
Tijdens het verwarmen: door deze toets in te drukken, verlaagt u de temperatuur in
stappen van 1°C. De ondergrens ligt bij 15°C.
5.LED WEERGAVE
De display geeft de actuele instelling van de temperatuur weer of de timer-instelling.
Wanneer de ingestelde temperatuur of de tijd is gewijzigd, wordt de nieuwe instelling
weergegeven. De display geeft de actuele gewenste temperatuur weer.
– De weergave wordt ook benut om foutcodes aan te geven. Wanneer een fout optree-
dt, vindt u deze onder CODES.
69