• Controleer dat het apparaat altijd goed geventileerd kan worden. Stel
zeker dat de in- en uitvoer van de ventilatie niet geblokkeerd zijn.
• Gebruik het apparaat op een horizontaal oppervlak om te vermijden dat
water weg kan lekken.
NL
• Gebruik het apparaat niet in een explosieve of corrosieve omgeving.
• Gebruik dit apparaat bij een omgevingstemperatuur van 35 graden Celsius
of lager.
• De verwarmingsfunctie van het apparaat dient te worden gebruikt bij een
binnentemperatuur tussen 7°C en 23°C.
• Reinig het luchtfilter regelmatig om de meest efficiënte koeling te behou-
den.
• Wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld, moet u minstens 3,5 minuten
wachten tot u het opnieuw start, om beschadiging van de compressor te
voorkomen.
• Het apparaat moet minstens 7 ampère voeding krijgen voor het gebruik
van de compressor. Gebruik geen verlengsnoer, om overbelasting van het
stroomnet te vermijden.
• Dit apparaat is bestemd voor het koelen, verwarmen en ontvochtigen van
binnenruimten.
• Wanneer u het apparaat inschakelt om de ventilator te gebruiken, dan
start de compressor drie minuten nadat het lampje is begonnen te knippe-
ren.
-Bij de verwarmingsfunctie zal het lampje 3 minuten knipperen voordat de
compressor en de ventilator starten.
• Wanneer de stroomkabel is beschadigd, moet deze door de producent,
diens klantendienst of een gekwalificeerde installateur worden vervangen
om gevaren te vermijden.
• Voor een veilige afvalverwijdering van het apparaat moeten eerst de batte-
rijen worden verwijderd.
• Dit apparaat is niet bestemd voor het gebruik door personen, met inbe-
grip van kinderen, met een beperkt lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk
vermogen of te weinig ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan
of een uitgebreide instructie voor het gebruik van het apparaat hebben
64