2.1.3
Elektrische gevaren
Bij aanraking van componenten die onder spanning staan, is er sprake van onmiddellijk
levensgevaar door elektrische schok. Beschadiging van de isolatie of afzonderlijke
componenten kan levensgevaarlijk zijn.
● Laat elektrische werkzaamheden aan de installatie uitsluitend door een geschoold
elektricien uitvoeren.
● Schakel bij beschadigingen aan componenten die onder spanning staan de
stroomtoevoer onmiddellijk uit en laat een reparatie uitvoeren.
● Schakel de spanningsvoorziening uit voordat u aan elektrische componenten van
de installatie werkt.
● Schakel actieve delen van de installaties voorafgaand aan de werkzaamheden aan
spanningsvrij. Waarborg deze voor de duur van de werkzaamheden. Neem de
volgende 5 veiligheidsregels in acht:
b vrijgeven (netstekker eruit trekken)
c tegen opnieuw inschakelen beveiligen
d controleren of er geen spanning meer aanwezig is
e aarden en kortsluiten
f
● Zorg ervoor dat het stopcontact is aangesloten op een beschermingsleiding. Rust
het stopcontact indien nodig nog uit met een adapter met aardingscontact.
● Overbrug nooit elektrische zekeringen. Stel de zekeringen niet buiten werking.
Neem bij het vervangen van zekeringen de correcte gegevens betreffende de
stroomsterkte in acht.
● Houd vocht uit de buurt van onderdelen die onder spanning staan. Vocht kan tot
kortsluiting leiden.
2.1.4
Personen die bescherming nodig hebben
● Kinderen mogen niet met het product spelen.
● Dit product mag niet door personen (inclusief kinderen) met een beperkt
vermogen, ontbrekende ervaring of gebrekkige kennis te worden gebruikt. Behalve
als er op hen wordt toegezien, zij ten aanzien van het veilige gebruik van het
product geïnstrueerd zijn en de daaruit voortvloeiende gevaren begrijpen.
● Reiniging en onderhoud mogen niet door kinderen worden uitgevoerd.
nabijgelegen, onder spanning staande delen afdekken of afschermen
Veiligheid
11 | 56