7. Montage
m Let op!
Het apparaat moet volledig gemonteerd zijn voor-
dat het in gebruik mag worden genomen!
Montage van de standbeugel (afb. 3 - 9)
• Monteer de onderste schuifbeugel (4) zoals voor-
gesteld in afbeelding 3+4. Fixeer de beugel met
vier zeskantschroeven en de flensmoeren (E).
• Verbind de bovenste schuifbeugel (greep) (1) met
de onderste schuifbeugel (4). Gebruik hiervoor
de twee vleugelmoeren met de overeenkomstige
schroeven (5) (fig. 5+6)
• Breng de kabelhouder (B) aan de rechterzijde van
de handgreep aan, zoals in afbeelding 7 voorge-
steld.
• Fixeer de kabel met de beide kabelklemmen (A)
aan de schuifbeugel. (fig. 8+9)
Montage opvangzak (afb. 10-11)
• Uitwerperklep (afb.11/pos.7) met een hand optil-
len en de opvangkorf (afb.11/pos.6) met de andere
hand aan de handgreep bovenaan inhangen. Op-
gelet! Voor het inhangen van de opvangkorf dient
de motor afgeschakeld te zijn en de wals mag niet
draaien!
Instellen van de verticuteerdiepte (afb. 12)
De verticuteerdiepte wordt ingesteld met de diep-
teverstelling (11). Hiervoor de diepteverstelling (11)
lichtjes naar rechts wegtrekken en in de gewenste
positie brengen en laten inklikken.
+1 = rij- of transportstand
0 = 0 mm
-1 = verticuteerdiepte -2,5 mm
-2 = verticuteerdiepte -5 mm
-3 = verticuteerdiepte -7,5 mm
-4 = verticuteerdiepte -10 mm
-5 = verticuteerdiepte -12,5 mm
-6 = verticuteerdiepte -15 mm
8. Werking
Let op!
De motor wordt zonder olie geleverd. Voor inge-
bruikname daarom altijd olie bijvullen. Het olie-
peil in de motor dient voor elke werkzaamheid
gecontroleerd te worden.
Starten van het apparaat
Om een toevallig starten van de motor te vermijden
dient deze met een motorrem uitgerust te worden
(afb. 1/ pos. 1), dewelke bij de werking steeds inge-
drukt dient te worden, omdat anders de motor stopt.
OPGELET: Bij het loslaten van de motorremhendel
dient deze in de uitgangspositie terug te keren en de
motor dient te stoppen.
Is dit niet het geval mag het apparaat niet gebruikt
worden.
1. Benzinekraan openen (afb. 14/ pos. B). Hiervoor
de kraan op "ON" zetten.
2. Chokehendel (afb. 14/pos. A) op positie "Choke"
zetten. Aanwijzing: De choke is gewoonlijk bij het
opnieuw starten van een warme motor niet nodig.
3. Gashendel (afb. 13/pos. 3) in de middelste positie
zetten.
4. Motorremhendel (afb. 13) indrukken en krachtig
aan de startkabel (pos. 14) trekken tot de motor
start.
5. Motor kortstondig laten warmlopen en aanslui-
tend de chokehendel (afb. 13/pos. A) op positie
"RUN" zetten.
6. Met de gashendel (afb.13/pos. 3) kan het toerental
van de verticuteerwals geregeld worden.
Opgelet: De startkabel steeds langzaam tot de eer-
ste weerstand uittrekken vooraleer deze voor het
starten snel uitgetrokken wordt. Laat de startkabel na
succesvol starten niet terugschieten
Opgelet: De verticuteerwals roteert wanneer de mo-
tor gestart wordt.
Opgelet! Open nooit de uitwerpklep als de motor nog
draait. De draaiende mescilinder kan letsel veroorza-
ken. Bevestig altijd de uitwerpklep zorgvuldig. Deze
wordt door de trekveer in de „dicht"-positie terugge-
klapt! De door het geleidingswiel aangegeven veilig-
heidsafstand tussen de behuizing en de gebruiker
moet altijd in acht worden genomen.
Tijdens het verticuteren en veranderingen van de rij-
richting bij struikgewassen en hellingen moet uiterst
voorzichtig te werk worden gegaan. Zorg altijd voor
een stabiele stand, draag schoenen met antislipbe-
stendige zolen en een lange broek. Verticuteer altijd
dwars op een helling. Hellingen van meer dan 15
graden mogen om willen van veiligheidsredenen niet
worden geverticuteerd.
Wees met name voorzichtig bij het achterwaarts ver-
plaatsen en bij het trekken van de verticuteermachi-
ne. Gevaar voor struikelen!
Aanwijzingen voor het juist verticuteren
Tijdens het verticuteren wordt een overlappende
werkwijze geadviseerd. Voor het bereiken van een
zuiver verticuteerbeeld moet de verticuteermachine
zo recht mogelijk in banen worden gereden. Hierbij
moeten deze banen altijd enkele centimeters overlap-
pen zodat er geen stroken overblijven. Zodra tijdens
het verticuteren grasresten blijven liggen, moet de
opvangzak worden geleegd. Opgelet! Voor het ver-
wijderen van de opvangzak de motor uitschakelen en
de stilstand van de mescilinder afwachten!
Voor het losmaken van de opvangzak, moet de uit-
werpklep met een hand worden opgetild en met de
andere hand moet de opvangzak worden verwijderd!
www.scheppach.com
NL | 65