Onderhoud
5.4 Opslag
36
Neem de sensor uit de monsterstroom en reinig hem grondig.
Kortstondige opslag
Houd de membranen en het referentiesysteem vochtig (gebruik geen gedestilleerd of
gedemineraliseerd water).
Dit voorkomt een lange responstijd als de sensor in de monsterstroom wordt
teruggeplaatst. Anders kan geen juiste werking van de sensor worden gegarandeerd.
Langdurige opslag
Koppel de cartridge los en gebruik de meegeleverde opslagcontainer bij opslag voor langere tijd.
Bevochtig het sponsje in de opslagcontainer met drinkwater (GEBRUIK GEEN GEDESTILLEERD
WATER!) en zorg ervoor dat de ISE-membranen van de sensorcartridge nat blijven. Breng de dop
van het referentiesysteem aan.
Controleer, afhankelijk van de omgevingsvoorwaarden, de membranen om de 2–4 weken
en kijk of ze nog vochtig zijn.
Opmerking: Een opslagcontainer wordt geleverd om de sensorcartridge vochtig te houden. Bewaar
de sensorcartridge tijdens kortstondige en langdurige opslag afgedekt in de opslagcontainer. Zie
Hoofdstuk 1 Technische gegevens, pagina 5
Sensor en sensorcartridge
Let op de contacten tussen de sensor en de sensorcartridge. Deze contacten moeten droog zijn.
L E T O P
voor informatie over opslagtemperaturen.
L E T O P