Bezig met kopiëren
Kopieën maken
Snel kopiëren
1
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische
documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals
knipsels uit tijdschriften) in de ADI. Plaats deze items op de glasplaat.
2
Stel de papiergeleiders af wanneer u een document in de automatische documentinvoer plaatst.
Opmerking: Zorg ervoor dat het formaat van het origineel en het kopieerpapier hetzelfde zijn. Als u een onjuist
formaat instelt, wordt de afbeelding mogelijk bijgesneden.
3
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
Kopiëren met de ADI
1
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde naar voren in de ADI.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals
knipsels uit tijdschriften) in de ADI. Plaats deze items op de glasplaat.
2
De papiergeleiders aanpassen.
3
Blader in het startscherm naar:
Kopiëren > wijzig de kopieerinstellingen > Kopiëren
Kopiëren met de glasplaat
1
Plaats een origineel document met de afdrukzijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.
2
Blader in het startscherm naar:
Kopiëren > wijzig de kopieerinstellingen > Kopiëren
3
Plaats het volgende document op de glasplaat en raak Volgende pagina scannen aan als u nog meer pagina's wilt
scannen.
4
Raak Taak voltooien aan om terug te keren naar het beginscherm.
om te kopiëren.
Bezig met kopiëren
28