Uw computer gebruiken
✍
Als u de aan/uit-knop langer dan vier seconden ingedrukt houdt, wordt de computer automatisch uitgeschakeld.
Als de Standby-modus is geactiveerd, kunt u geen schijf plaatsen.
De computer verlaat de Standby-modus sneller dan de Slaapmodus.
In de Standby-modus verbruikt de computer meer stroom dan in de Slaap-modus.
Als de computer op het stroomnet is aangesloten en langer dan 25 minuten niet is gebruikt, komt hij terecht
in de stand Standby. Als de computercomputer batterijstroom gebruikt, komt hij na 5 minuten terecht in
de stand Standby. Om dit te vermijden, kunt u de instellingen wijzigen in het Configuratiescherm of in
PowerPanel (klik met de rechtermuisknop op het pictogram PowerPanel en selecteer Edit/Create
Profile). De instellingen van het Configuratiescherm blijven geldig totdat u uw machine opnieuw opstart.
De Slaap-modus gebruiken
De toestand van het systeem wordt opgeslagen op de harde schijf en de stroom wordt uitgeschakeld. In
deze modus brandt het stroomlampje niet.
Om de Slaap-modus te activeren, gaat u als volgt te werk:
Druk op <Fn>+<F12>.
Het venster Slaapstand verschijnt en de computer schakelt over op de Slaap-modus.
Of,
Klik op Start en selecteer Computer afsluiten.
Houd in het venster Computer afsluiten de <Shift>-toets ingedrukt en klik op Slaapstand.
Om terug te keren naar de normale modus, gaat u als volgt te werk:
Zet de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken.
De computer keert terug naar zijn vorige toestand.
n N
68