7. Selecteer het bestand met de extensie .EXE, bijvoorbeeld
BESTANDSNAAM.EXE. (De installatie begint.)
8. Volg de instructies op het scherm om de installatie te
voltooien.
✎
Nadat op het scherm het bericht is verschenen dat de installatie
is geslaagd, kunt u het gedownloade bestand uit de map
SWSetup verwijderen.
Systeemherstel
Met het hulpprogramma Systeemherstel kunt u systeembestanden
en configuraties beveiligen met behulp van systeemherstelpunten.
Herstelpunten zijn momentopnamen van het systeem die u kunt
terugzetten. Op de notebookcomputer kunnen automatisch
systeemherstelpunten worden ingesteld wanneer u uw
persoonlijke instellingen wijzigt of wanneer u software of
hardware toevoegt. Door systeemherstelpunten handmatig in te
stellen, kunt u de systeembestanden en -instellingen nog beter
beveiligen. U wordt aangeraden systeemherstelpunten in te
stellen in de volgende situaties:
■
voordat u software of hardware toevoegt of ingrijpend
wijzigt;
■
op gezette tijden wanneer het systeem optimaal functioneert.
Systeemherstelpunt instellen
U stelt als volgt handmatig een systeemherstelpunt in:
1. Selecteer Start > Help en ondersteuning > Tools
(Systeemwerkset) (Er worden gegevens over de
notebookcomputer en diagnosegegevens weergegeven.)
2. Selecteer Systeemherstel en volg de instructies op het
scherm voor het instellen van een herstelpunt.
Handleiding voor de hardware en software
Software-updates, herstelprocedures en hulpprogramma's
9–9