Voeding
Accu ontladen
De Hibernation-voorziening is standaard ingeschakeld, maar kan
worden uitgeschakeld. Voordat u de accu volledig gaat ontladen,
schakelt u de Hibernation-voorziening uit. U schakelt de
Hibernation-voorziening als volgt uit:
1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Prestaties en
onderhoud > Energiebeheer > tabblad Slaapstand.
2. Schakel het selectievakje Slaapstand inschakelen uit.
3. Klik op Toepassen.
Ä
VOORZICHTIG: Als u de notebookcomputer onbeheerd wilt
achterlaten tijdens het ontladen, slaat u uw werk op voordat u de
ontladingsprocedure start.
Ga als volgt te werk om de accu volledig te ontladen:
1. Selecteer het pictogram voor Energiebeheer op de taakbalk
of selecteer Start > Configuratiescherm > Prestaties en
onderhoud > Energiebeheer > tabblad
Energiebeheerschema's.
2. Noteer alle instellingen in de kolom Netstroom en alle
instellingen in de kolom Accustroom, zodat u deze
instellingen na de kalibratie weer kunt opgeven.
3. Stel elk item in de twee kolommen met behulp van de lijsten
in op Nooit.
4. Klik op OK.
5. Koppel de notebookcomputer los van de externe
voedingsbron, maar schakel de notebookcomputer niet uit.
6. Laat de notebookcomputer op accuvoeding werken totdat
de accu volledig is ontladen. Het acculampje gaat knipperen
wanneer de accu bijna leeg is. Wanneer de accu volledig
is ontladen, gaat het acculampje uit en wordt
de notebookcomputer afgesloten.
3–24
Handleiding voor de hardware en software