Digitale geheugenkaarten uitschakelen
of opnieuw starten
Een geplaatste digitale geheugenkaart gebruikt voeding, ook
wanneer de kaart niet in gebruik is. Als u de kaart uitschakelt,
wordt er minder stroom verbruikt.
Als u een geplaatste digitale geheugenkaart wilt uitschakelen,
selecteert u het pictogram Deze computer op het bureaublad van
Windows, klikt u met de rechtermuisknop op de schijfeenheid die
aan de kaart is toegewezen en selecteert u Uitwerpen. (De kaart
wordt stopgezet, maar niet ontgrendeld uit het
digitale-mediaslot.)
Als u de kaart opnieuw wilt starten, verwijdert u de kaart en
plaatst u deze opnieuw. Raadpleeg de gedeelten
geheugenkaarten plaatsen"
verwijderen"
Geheugen uitbreiden
U kunt de hoeveelheid RAM (Random Access Memory) in de
notebookcomputer uitbreiden met een goedgekeurde optionele
geheugenmodule.
Elk geheugenslot van de notebookcomputer biedt ondersteuning
voor één 256-MB, 512-MB, 1024-MB of 2048-MB DDR2
SODIMM-geheugenmodule.
Bij sommige notebookmodellen is een van de twee geheugenslots
bij aflevering leeg. Bij andere modellen kan het geheugenslot een
vooraf geïnstalleerde geheugenmodule bevatten, die op elk
gewenst moment kan worden vervangen.
Handleiding voor de hardware en software
en
eerder in dit hoofdstuk voor instructies.
Hardwareopties en -upgrades
"Digitale geheugenkaarten
"Digitale
6–17