Inhoudsopgave
Advertenties
1.19 POMP_D TIMER (standaard: JA - instelbaar: NEE/JA)
Maakt uurprogrammering van de warmwatercirculatiepomp mogelijk.
Het pompschema kan door de gebruiker worden ingesteld.
De recirculatiepomp heeft een speciale voeding nodig.
1.20 POMP_D WERKINGSTIJD (standaard: 5 - instelbaar: 5/120)
Bepaalt het aantal werkingsminuten van de circulatiepomp wanneer
deze wordt gestart.
1. WARMWATERINSTELLING
1.21 DHW POMP DI RUN
1.22 SWW-FUNCTIE
1.23 t_ANTILOCK
AANPASSEN
Afb. 120 1. INSTELLING WARMWATERBEDRIJF: - menu pagina 5/5
1.21 POMP_D DESINFECTEERRUN (standaard: JA - instelbaar: NEE/
JA)
Ondersteunt activering van de recirculatiepomp, zelfs tijdens de anti-le-
gionellacyclus. Activering van de functie wordt aanbevolen. Het is ver-
plicht als T5 zich onder de extra verwarming (TBH) bevindt.
1.22 ACS-FUNCTIE (standaard: NEE - instelbaar: JA/NEE)
Gereserveerde parameter, niet wijzigen.
1.23 t_ANTIBLOKKEREN (standaard: 5 - instelbaar: 0/60)
Ondersteunt een veilige openingscyclus van alle systeemventielen (SV1,
SV2, SV3), waarbij hun openingsminuten worden gedefinieerd als ze
langer dan 24 uur gesloten blijven.
9.2.2
Instellingen van koelbedrijf
▶ MENU > VOOR SERVICEMONTEUR > 2.INSTELLING KOELBE-
DRIJF
2.1 KOELBEDRIJF (standaard: JA - instelbaar: JA/NEE)
Schakelt het koelbedrijf in/uit.
2.2 t_T4_VERS_K (standaard: 0,5 - instelbaar: 0,5/6)
Stelt de tijd in waarop de unit de weersafhankelijke curve bijwerkt en
aanpast aan de buitenluchttemperatuur.
2.3 T4CMAX (standaard: 52 - instelbaar: 35/52)
Bepaalt de maximale buitenluchttemperatuur waarbij de unit in het koel-
bedrijf kan werken. Deze waarde moet duidelijk worden gewijzigd als de
unit wordt gebruikt voor proceskoeling.
2.4 T4CMIN (standaard: 10 - instelbaar: -5/25)
Bepaalt de minimale buitenluchttemperatuur waarbij de unit in het koel-
bedrijf kan werken. Deze waarde moet duidelijk worden gewijzigd als de
unit wordt gebruikt voor proceskoeling.
2.5 dT1SC (standaard: 5 - instelbaar: 2/10)
Bepaalt het bereik tussen de watertoevoertemperatuur (T1) en het in-
stelpunt (T1S) waarin de unit begint te werken in het koelbedrijf. De
warmtepomp start wanneer T1 ≥ T1S + dT1SC en stopt wanneer T1
≤ T1S.
Logatherm WLW156 – 6721874985 (2024/07)
Opstarten - initiële instellingen en functies
1
T1S + dT 1 SC
T1S
5/5
Afb. 121 Koelbedrijf - wateraanvoertemperatuur (T1)
NEE
NEE
[1]
T
water
[2]
Tijd
5 MIN
[3]
Stand-by
[4]
Aan
Deze waarde is sterk afhankelijk van de minimaal toelaatbare waterin-
houd van het circuit. Bij een hoog watervolume kan een smallere regel-
band worden geaccepteerd.
2.6 dTSC (standaard: 2 - instelbaar: 1/10)
0010052168-002
Bepaalt het bereik tussen de kamerluchttemperatuur (Ta) en het instel-
punt (TS) waarbinnen de unit begint te werken in het koelbedrijf. De
warmtepomp start wanneer Ta ≥ TS + dTSC en stopt wanneer Ta ≤ TS.
1
T1S + dT S C
TS
Afb. 122 Koelbedrijf - luchttemperatuur (Ta)
[1]
T
kamer
[2]
Tijd
[3]
Stand-by
[4]
Aan
De parameter wordt alleen gebruikt als de koelbedrijfregeling van de
unit op kamertemperatuur staat.
2.7 t_INTERVAL_K (standaard: 5 - niet instelbaar)
Bepaalt het minimale aantal minuten tussen het uitschakelen van de
compressor en het daaropvolgende herstarten in het koelbedrijf. Voor
de weersafhankelijke curves die kunnen worden ingesteld voor het koel-
bedrijf, kan een aanpasbare curve worden ingesteld met logica, zoals
weergegeven in de grafiek.
2.8 T1SetC1 (standaard: 10 - instelbaar: 5/25)
Stelt het maximale instelpunt voor de watertoevoer in voor de aanpasba-
re weersafhankelijke curve in het koelbedrijf.
T1
4
3
Ta
4
3
9
2
3
0010053147- 001
2
3
0010053150- 001
81
Advertenties
Inhoudsopgave
