5. toetsenbord
Op het bedieningspaneel zijn toetsen te vinden die specifiek voor draaien zijn. Alleen deze toetsen
worden in deze handleiding beschreven. De toetsen die van toepassing zijn voor frezen en schuren
worden buiten beschouwing gelaten.
Selecteer een as
Numeriek toetsenbord voor de invoer van waarden
4
3
5
9
6
7
Invoer decimale punt
±
Invoer positieve of negatieve waarde
Bevestigen van de ingevoerde waarden
Ingegeven waarde wissen bij maatinvoer
Functie activeren om het midden te zoeken
1
2
Schakelen tussen weergave in inches of millimeters
Toets voor functie Sleep
Functietoets voor instellen 200 referentiepunten
Schakelen tussen absolute en incrementele modus
Naar beneden / boven bladeren
Inschakelen functie tapsheid berekenen
Oproepen gereedschappen
Inschakelen functie gereedschappen
TOOL
S E L
S E L
WIJZIGINGEN EN T YPEFOUTEN VOORBEHOUDEN
—
√
7
8
9
4
5
6
1
2
3
±
1
0
2
R
+
-
×
÷
=
6
35